De tot nog toe enkel van historische afbeeldingen bekende zerk werd als verloren beschouwd op grond van de vernielingen uit de nationaalsocialistische periode. Dat deelde het ministerie van Cultuur mee. In het kader van actueel wetenschappelijk onderzoek werd de zerk naast vele andere grafstenen onder het grasvilt teruggevonden.
“De zerk van de vader van Heinrich Heine is een historische vondst en vestigt opnieuw de aandacht op het belang van de joodse begraafplaats in Altona”, zei de partijloze Hamburgse cultuursenatrice Barbara Kisseler.
Samson Heine (1764-1828), lakenhandelaar uit Düsseldorf, bracht zijn laatste levensjaren in Hamburg door en werd in 1828 op de joodse begraafplaats Altona bijgezet. Zijn zoon Heinrich Heine (1797-1856) leerde bij zijn oom Salomon Heine in Hamburg het bankvak en leerde er later zijn uitgever Julius Campe kennen.
De joodse begraafplaats werd in 1611 aangelegd en tot de sluiting in 1869 door de joodse gemeenschap van Altona en Hamburg gedocumenteerd. Het is een van de belangrijkste documenten van het joodse leven in Hamburg en is wegens zijn omvang, zijn instandhouding en zijn grafkunst door Hamburg als kandidaat voor de nieuwe Werelderfgoedlijst van de Unesco naar voor geschoven. (Belga/MS)
