Review | Boeken

Gert Erauws thriller ‘Koorddansen in het zand’: de aan(deel)houder wint altijd

© GF
Lukas De Vos
Lukas De Vos Europakenner

Gert Erauw – in het echte leven B&B-uitbater – vlooit naarstig de psychothriller uit en is allicht de meest nihilistische auteur in ons taalgebied, aldus thrillerrecensent Lukas De Vos.

Met Koorddansen in het Zand is Gert Erauw niet aan zijn proefstuk toe. In 2007 beschreef deze onrechtstreekse kleinzoon van Ast Fonteyne in Het Plan, of de Hoopvolle Ondergang van mijn geniale zelf de ongelijke spanning tussen hebzucht, zelfbevrediging, zelfbescherming aan de ene kant versus maatschappelijke rechtvaardigheid aan de andere. Wat doe je immers als je bij een aanslag in de Antwerpse diamantwijk de hand legt op een koffertje met vier miljoen euro? De verantwoordelijkheid delen, “vrienden” inschakelen, en rekenen op hun eigenbelang om zelf zo veel mogelijk geld binnen te halen. In Uit Balans (2011) doet zich een soortgelijk emotioneel pokerspel voor. “Een wrede grap” in Boergondië, verluidt het, en dat is het ook als twee vrienden op wijnweekend elkaar afpellen tot een weerzinwekkend ego wordt blootgelegd. Erauw doorgrondt zijn omgeving, zelf baat hij een B&B uit in Serley. Zonder enige illusie. De aard van de mens is weinig hoopgevend: alleen het recht van de leepste geldt.

Ideale relaties bestaan niet

Dat is niet anders in Koorddansen in het Zand. De titel verraadt de onzekerheid waarmee elke mens te kampen heeft. Ideale relaties bestaan niet. Je kan hooguit inzichten verwerven in de zwarte ziel van de de medemens, en er je eigen ultieme voordeel mee doen. Want gebrek aan stabiliteit heeft uitsluitend te maken met de onbetrouwbaarheid van de ander, of die nu geliefde, vriend, familielid, of vreemde is. De wereld is een conglomeraat van zelfzuchtige individuen, en het is daarom passend alleen in te spelen op (tijdelijke) gelijklopende belangen of passies.

Wespennest

In een bespreking van Het Plan verwijst Luk Pay al moeiteloos naar de verwantschap met Michel Houellebecq. Ik wijt die aanpak aan de gespletenheid van de rechtskundige die Erauw is: de afgrond tussen woord, wet en recht is peilloos. Summa ius, summa iniuria. In Koorddansen in het Zand voert Erauw andermaal een gedesillusioneerde hoofdpersoon op, een verveelde yuppie die als pas gescheiden veertiger zich graag een nieuwe romance laat aanleunen. Alleen beseft hij niet in welk wespennest hij terechtkomt als hij bij een familie introuwt met de manisch-depressieve Anso (Anne-Sophie, om u te dienen). Het is me wel een provinciaal nest daar met een hotel onder curatele en een boekhoudkundig plan dat ten onder gaat aan dorpsobsessies en gecultiveerde vooroordelen tegen indringers en vreemdelingen, en aan verborgen vetes.

Vrouwen met vapeurkes

De veelbelovende carrière van de ik-figuur wordt al snel gekelderd. Maar hij ruilt de pest voor de cholera. Hostellerie (B)ressane blijkt een waardig substituut voor het voorgeborchte der hel. Gekleineerd en uitgespuwd door de buurtschap, wordt hij gerokken en gerafeld door de meest danteske figuren: een oversekste schoonmoeder, een ongeletterde schoonbroer, en zwakzinnige oma, overspelige dronkaards, een schoonvader die zijn schoonvader niet is want onvoldoende moedig om zichzelf gezelfmoord te hebben. Lance Percival zong het al in 1965: “Shame and scandal in the family”. Bloedbanden, overheidsregels en moraal spelen een cynisch spel met elkaar. En dat alles tegen de achtergrond van de vleesgeworden hebzucht: een niet geïnd winnend lottobriefje, en een vermetel opbod tussen vrouwen met vapeurkes en nukkige grillen.

Het probleem is dat de hoofdfiguur (uiteraard een herkenbare jurist van de onbetrouwbare, en dus corrumpeerbare soort, als dat geen pleonasme is in de wereld van Erauw) voldoende zelfkennis heeft om zijn eigen uitzichtloze situatie juist in te schatten, en zichzelf moet ontkennen om daaraan te ontsnappen. Wat hij van Anso zegt, is perfect op hemzelf toepasselijk: “Ik bewonder haar, mijn juriste, mijn koorddanseres in het zand, die panische angsten uitstaat op een koord waar ze niet afvallen kan. Pas als het koord op een hoogte wordt gespannen vindt ze de kracht om vlot naar de overkant te lopen” (blz. 140-1). Zonder uitdaging blijft de mens bewegingloos. Zonder verplichting amorf. Zonder het doorbreken van wetten een snul. Zoals de dichter Lucebert profetisch schreef: “Daaraan ga ik wankel. De vloer staat gelijk met de voeten”.

Normaliteit is het oorkussen des duivels in Erauws romans. Want normaliteit is ledigheid: de ultieme rem om initiatief te nemen. Daaraan ontsnappen is het enige wat overblijft. Dat zoiets tegen alle gangbare moraal ingaat, is nu net wat Erauw beoogt. Wie durft, wordt beloond, zelfs als dat uitmondt in moord of nekrofilie, in bedrog of verraad. Koorddansen in het Zand is meer dan de illustratie van het moreel tekort. Het is de peaan voor een amorele wereld, die beloont wie zich ontdoet van de beleefdheidsvormen en de schatplichtigheid aan maatschappelijke normen. Maar niet zonder die normen zelf te misbruiken en om te bouwen tot een vehikel voor de bevrediging van eigen verlangens. Met een rücksichtlos nastreven van het eigenbelang, van ongenaakbare zelfvervulling. Voorbij goed en kwaad. “Iedere persoon is een gevangenis, maar ook een schuilhoek”. Zich aan niets hechten. Onbeschaamde Nietzsche.

Erauw is minder de nieuwe Sade dan de nieuwe Camus. Van beiden heeft hij niettemin de essentie verwerkt. Elk sociaal model benauwt de mens die zichzelf vrijheid voorschrijft, en verstikt de psychologische driften waar hij op drijft. De zin van de wereld bestaat in het bijgeloof dat er ook maar enige zin aan te geven is. Want het universum is kil, gevoelloos, en oordeelt niet.

Aftakeling van zekerheden

Het bewijst dat Erauw wellicht de meest nihilistische schrijver is in ons taalgebied van psychothrillers, of van romans tout court. Hij is niet geïnteresseerd in het genre, alleen in de aftakeling van zekerheden. Als tegengif geldt enkel de vlucht vooruit: het tijdelijke genot. In de amoraliteit van deze suspensroman herkent de lezer een nieuwe, illusieloze trend, die beantwoordt aan de individualisering van de computergeneratie. Die al even merkwaardig de hand reikt aan de norse wereld van besloten dorpsgemeenschappen. Waar, zoals mijn oudprofessor recht Delva ooit zei, de zonde weliger tiert dan in de besmuikte stadswijken. En de wrok en nijd feller snijden dan in de anoniemere grootstad. In de stad vloeit het gebrek aan moraal voort uit onverschilligheid. O het platteland uit ingekankerde afkeer en jaloezie. Het is daarom maar best dat Erauw zijn boek mee opdraagt aan “de vrienden van Saint-Germain, die hier geen woord van begrijpen”. Dat is exact wat zijn boek doet: add insult to injury.

Verademing

Maar literair is Koorddansen in het Zand een verademing tussen de geforceerde whodunits en flauwe seksbeladen wraakverhalen. Erauw schrijft niet over wraak, uitsluitend over onweerstaanbare drang. De illusie van het moment. En dat tlit hem hoog boven de doordeweekse thriller. Hij lijdt evenmin aan belering. Zijn wijsheden verpakt hij gewoon in citaten die hij boven elk hoofdstukje als teaser zet. Soms geforceerd, meestal gewoon richtingaanwijzend. Wat voor zijn personages geldt, geldt ook voor zijn lezers: “De duur van de terugreis is omgekeerd evenredig aan (met) de wil om te vertrekken”. Wie dat in zijn oren knoopt, beseft dat hij met Koorddansen in het Zand een pareltje van een inwendige onthullingsroman in handen houdt. En wie het schoentje past, trekke het aan.

Gert Erauw, ‘Koorddansen in het Zand’,Westerlo, Kramat 2014, 249 blz.

Lukas De Vos

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content