Benno Barnard

Buurman WOL

Benno Barnard Lees hier de columns van de Nederlandse dichter en essayist Benno Barnard.

”Sprakeloos’ van Lanoye is afschuwelijk sentimenteel proza’, aldus Benno Barnard: ‘Maar hoor ik daar geen Mooischrijverij door het huis sluipen?’

Maandagnacht Kort voor drie uur maakt mijn buurman de Uil een scheur in de fluwelen stilte. Hij roept iets over zijn voorouder uit het bos van Winnie de Poeh, die kan schrijven dat hij WOL heet. Dan zwijgt hij, pikt wat tussen zijn tenen, zeilt naar een andere tak, tuurt naar de bleke tafel die het maanlicht op mijn grasveld schetst. Nu begint hij te klagen over de bediening: waar blijft de veldmuis saignant die hij heeft besteld? Stilte. Hij zit met opgetrokken schouders in de oude appelboom, een monnikensilhouet uit een ander verhaal, iets over de middeleeuwen. Hij haalt een lugubere anekdote aan. Dan duikt hij. Later, verzadigd, spelt hij zijn familienaam.

Dinsdag Tumult in Engeland omdat de BBC aan zijn medewerkers heeft gevraagd de termen BC (Before Christ) en AD (Anno Domini) niet meer te gebruiken; in plaats daarvan beveelt Auntie Beeb de ‘common era’ aan. Dit ten einde niet-christenen niet voor het hoofd te stoten. Wees consequent, beschaving van ons – bij het rekenen moet het plusteken worden afgeschaft, want wie optelt slaat een kruis; in het voetbal dient men de tegenstander in zijn maansikkel te schoppen.

Woensdag Wat is dat toch met die francofobe Vlamofielen? Dat eeuwige gejammer over verraad… als de Franstaligen morgen collectief Nederlands begonnen te spreken, vormde hun accent ongetwijfeld een kaakslag. En het is toch frappant hoe ze het nooit over beschaving en altijd over geld hebben. Alles welbeschouwd ben ik als belgicist een veel betere flamingant. Het heeft zelfs niks meer met ’taalstrijd’ te maken; vergelijk de ongefundeerde haat van de Schotten jegens de Engelsen, steevast uitgedrukt in onverstaanbaar Engels. Zo zit het hier ook, met als unieke Belgische eigenaardigheid dat de meerderheid zich van de minderheid wil afscheiden.

Donderdag Sinds maart 2011 zijn volgens een officieel Egyptisch rapport haast honderdduizend Kopten geëmigreerd.

Vrijdag Ik controleer een titel op Wikipedia: ‘Baron Munchausen’s Narrative of his Marvellous Travels and Campaigns in Russia’ (1785), van Rudolf Erich Raspe. Vanwege de spelfouten in de naam van de avontuurlijke edelman begin ik in mijn Encyclopaedia Brittannica te bladeren, een van de vierentwintig zware blauwe boekdelen, die in een aparte kast staan, met een laag stof overtogen. Ook mij maakt het internet lui. Indertijd heeft Joy, toen nog werkzaam bij de VRT, deze tientallen kilo’s papier nog naar ons huis gesleept, want de barbaren van de Staatsomroep zetten de boeken in Googles naam bij het afval. En ineens zie ik het radicale verschil met Wikipedia: de stijl, de woordkeuze, de voornaamheid. De ‘amusingly mendacious stories’ van de baron zijn volgens de Brittannica inderdaad onder bovenstaande titel verschenen; en over Raspe, behalve schrijver ook oplichter, wordt onder meer verteld hoe hij de benen nam naar Ierland: de auteur ‘betook himself to Ireland’.

Zaterdagnacht Bericht op de NOS: ‘In de literaire wereld is verslagen gereageerd op de dood van Hella Haasse. Directeur Portegies van haar uitgeverij Querido zegt dat de uitgeverij rouwt om Haasse, “die velen zeer dierbaar was”. Volgens Portegies was Haasse samen met Hermans, Reve en Mulisch “beslist één van de Grote Vier”.’ Wie waren dan die drie andere Grote Schrijvers?

Later, in die onvruchtbare stemming halverwege ergernis en gelatenheid Dat ‘Sprakeloos’ van Lanoye is afschuwelijk sentimenteel proza. De decadentie van een beschaving wordt zichtbaar in twee tegengestelde fenomenen: grammaticale onmacht en huilerige mooischrijverij.

Zondag Kent u het verschijnsel dat de wereld u hoe langer hoe vreemder wordt – in morfologische zin? In Londen bezocht ik het Imperial War Museum; daar bevond zich een replica van een huis in Kent, zoals dat er in 1940 had uitgezien. In de woonkamer lag mijn vaders pijp naast zijn Times te wachten; mijn moeders vergiet van blauw-wit email stond in de keuken vochtig te blinken; straks mocht ik met behulp van de houten stamper het eigenwijze wasgoed in de badkuip disciplineren, tot het zo zwaar was dat het gezeglijk onder water bleef; in mijn slaapkamer had ik een papieren puntzak met snoep in de la van mijn nachtkastje verborgen, samen met een stripverhaal van ‘Jack and Jill’. Ik ben veertien jaar na 1940 geboren, maar dit waren relikwieën uit mijn eigen Heilige Jeugd: zo behoorde een huis eruit te zien. O zielloze samengesteldgezinswoning in je zielloze verkaveling met je zielloze kinderen achter hun zielloze electronica!

Later, in bed WOL zwijgt, maar hoor ik daar geen Mooischrijverij door het huis sluipen?

Maandag De hiërarchie van de zintuigen heeft zich aldus vertaald: je kunt doof en/of blind zijn. Maar als je niks ruikt? Daar bestaat geen woord voor.

Dinsdag Walter van Beirendonck. Ici finit la culture flamande.

Woensdag Dat onaangename geluid? Het knarsen van mijn gebit.




Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content