Antwerps-Brugse poëzienachten op komst

Maandag 30 april vierde Nacht van de Powezie in Antwerpen. Zaterdag 5 mei tweede Poeziënacht in Brugge. Guido ‘mister NvdP’ Lauwaert maakt blijkbaar school.

Mijne heren, Uwe vrouwen, kan het niet wat minder? Wordt het niet stilaan tijd om de bakens te verzetten? Jaarlijks een NvdP, of twee op een jaar, zoals dit jaar het geval is, kan niet goed zijn voor de poëzie.
De dichter mag er dan financieel beter van worden, moreel gezien verliest hij aan waarde. Hij moet niet op voetstuk gezet worden, maar evenmin moet hij van bedevaartsoord naar bedevaartsoord gevoerd worden, om daar te springen door een brandende deur, na het klakken van de zweep van de dompteur.

Wat heb ik aangericht? De ene Nacht is nog niet verteerd of een andere wordt al geserveerd. Let wel, ik heb niets tegen een NvdP, gelijkend op zijn oermodel uit 1973. Na Gewenste Intimiteiten van de directeur van Knack, op geestelijke vlak althans, ging ik zelf overstag. Onder druk van een leger dokters, onder leiding van professor Guido Van Nooten, indertijd Hoofd Hartchirurgie van het UZ, trok ik mij evenwel terug uit de keuken van de organisatie en gaf mes en vork door aan Michaël Vandebril. Hij werd de chefkok. Tijdens de eerste evaluatie nadat de strijd gestreden was, zei hij, tussen twee kostenplaatjes door, dat hij er niet aan dacht in 2012 een zesde te organiseren. Daarmee zat Michaël op dezelfde lijn van de oorspronkelijke initiatiefnemer: een NvdP wordt georganiseerd als tijd en plaats geschikt zijn. Dus, een zesde zal er niet komen. Aan klonen echter geen gebrek. Gevaar dreigt. Gewoonte verwekt gewenning, gewenning kweekt zuur en zuur verzuurt drank en spijs, als er niet zuinig mee wordt omgesprongen.

Afijn, vrijheid blijheid. In Antwerpen [30 april] zal ik er niet bij zijn. Naar verluidt heeft de organisator, de antistresspoweet Erwin Vanmassenhove, hou je vast aan de takken van het gras, 111 dichters geprogrammeerd. Ruim de helft, volgens een bevriende dichter, kwaakt shit, maar er zijn wel een dozijn steengoede, waarvan sommigen zo goed als onbekend, en dus onbemind zijn. En wie niet bemind is haalt de media niet.

Nu al doet de ronde dat het daar op de vierde Nacht van de Powezie een complete chaos zal zijn. Kijk, dat is dan weer de charme van het chanson. Want al te vaak zijn poëzieavonden keurig, al te keurig. Keurigheid is voor gereformeerden en komt door een moeilijke stoelgang. De Antwerpse versie van de NvdP afficheert zich als ‘Creatieve Energie-editie’. Jezus op een motorfiets! Was ik twintig jaar jonger, zou je mij in battledress aanwezig zien.

Alle 111 dichters opsommen zou gekkenwerk zijn. Enkele namen toch. Ze geven al aan wat een gekkenhuis het daar zal worden: Vitalski, Didi de Paris, Stijn Vranken, Andy Fierens. Maar ook Boomknuffelaar, Oersprong, MC Letterfretter. De toegangsprijs is 4 neuro [geen tikfout!].

In Brugge zal u mij wel kunnen aanschouwen. Omdat de organisator het beleefd gevraagd heeft. Mij is verzocht gedurende een kwartier gedichten te kwelen uit mijn Dode Dichters Draaimolen. Wie me die avond, pardon, die nacht vriendelijk aanspreekt krijgt een bon waarmee hij de bloemlezing ‘Mijn tweede stem’ kan gaan afhalen [zolang de voorraad strekt en mits hij/zij een andere bundel koopt] aan de poëziestand, bemand door de mensen van het Poëziecentrum. De uittredende directeur zal er niet bij zijn. Willy Tibergien heeft een poëtische geslachtsziekte. Geen gedicht brengt verlichting.

Leonard Nolens zal er wel zijn, net als Remco Campert, niet alleen steengoede dichters maar ook schatten van mensen. Nuchter of dronken. Verder the usual suspects, aangevuld met muziekgroepen van de bovenste plank en performers uit de onderste schuif. Nog enkele namen om niet bemind maar toch bevriend te blijven: Stefan Hertmans, Paul Bogaert, Delphine Lecompte [die zichzelf heeft moeten opdringen, volgens de wandelgangen en zijn goede bronnen], Maud Vanhauwaert, Lies Van Gasse, Charlotte Mutsaers, Michaël Vandebril. Mooie jongens, prachtige vrouwen, en allemaal met hun beste stem.

Voor de duidelijkheid nog dit: ik wens beide initiatieven full house en een pracht van een nacht. Ze verschillen totaal van aard en toch dienen ze één meester: liefde voor de poëzie en een hart voor de dichter [m/v], of hij nu met zijn tenen schildert dan wel met zijn mond.

Zo, mijn steentje heb ik, dacht ik, bijgedragen aan de promotie van beide initiatieven. Poëzie ligt me na aan het hart, maar het draaien van de hendel van de grammofoon heb ik wel gehad. Voortaan moet men bij anderen aankloppen. Verstaan?

Guido Lauwaert

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content