‘Het puttertje’, de nieuwe roman van Donna Tartt, verschijnt op 23 september eerst in het Nederlands en is zo genoemd naar het portret van een distelvink of puttertje dat de schilder Carel Fabritius maakte.
Elke tien jaar ongeveer publiceert Donna Tartt een grote roman waar iedereen reikhalzend naar uitkijkt sinds haar debuut ‘De verborgen geschiedenis’ (1992). In september is het weer zover en verschijnt ‘Het puttertje’ dat gebaseerd is op het gelijknamige schilderij uit 1654 van de Hollandse schilder Carel Fabritius, leerling van Rembrandt.
Delftenaar Carel Fabritius schilderde op klein doek een distelvink. Deze vogeltjes waren vanouds populair als huisdier. Vaak werd distelvinken een kunstje geleerd: met een emmertje moesten ze zelf hun drinkwater putten uit een bakje of glas. Daaraan dankte het vogeltje ook zijn bijnaam: puttertje. Dit schilderij is een van de circa twaalf werken die bekend zijn van de jonggestorven Fabritius. Het werk bevindt zich in de collectie van het Koninklijk Kabinet van Schilderijen Mauritshuis in Den Haag.
In de ban van Fabritius
Het puttertje van Carel Fabritius speelt een centrale rol in Tartts nieuwe roman, die verteld wordt vanuit de New Yorkse jongen Theo Decker. Hij vertelt de lezer vanuit een Amsterdamse hotelkamer hoe hij in de ban raakt van het schilderij van Fabritius. Uiteindelijk doet dit hem in de onderwereld van de kunst belanden.
Nederlandstalige wereldpremière
Donna Tartt debuteerde in 1992 met de inmiddels klassieke roman ‘De verborgen geschiedenis’. Het boek werd een ongekende bestseller en veroverde de wereld. Het is in meer dan dertig talen vertaald en er zijn wereldwijd meer dan vijf miljoen exemplaren van verkocht, waarvan 800.000 in Nederland en Vlaanderen. Tien jaar later verscheen haar tweede roman, ‘De kleine vriend’, en nu elf jaar later dus ‘Het puttertje’.
De Bezige Bij heeft daarmee de wereldpremière want de Amerikaanse editie verschijnt een maand later.
(Bron: persbericht De Bezige Bij) FH
