100 jaar private press in Den Haag

Van goed verzorgde traditionele boeken tot ware kunstwerken. In Museum Meermanno is een overzicht van honderd jaar private press in Nederland te zien én door te bladeren.

Niemand kan een private press definiëren. Vrijwel geen enkele uitgeverij die het zou zijn, voldoet aan alle kenmerken: kleine oplagen voor een trouwe groep verzamelaars, bijzondere vormgeving, exclusieve teksten, vervaardigd op handpersen en gemaakt van een speciaal ontworpen lettertype en een unieke papiersoort. Veel private presses koesterden bovendien een ideële doelstelling: vóór het mooi verzorgde boek, tégen het lelijke massaproduct.

Ook de eerste private press in het Nederlandse taalgebied was er eigenlijk geen. De Zilverdistel, in 1910 opgericht door de dichters J.C. Bloem, Jan Greshoff en P.N. van Eyk, werd door de laatste al snel omgevormd tot een normaal bedrijf waarmee hij zijn brood probeerde te verdienen. Op een uitgave van Charles Baudelaire maakte De Zilverdistel 500 gulden winst.

Gelukkig heeft het museum Meermanno in Den Haag het honderdjarig jubileum van De Zilverdistel aangegrepen om een zo breed mogelijk overzicht te geven van het fenomeen. Zo exposeert het museum ook clandestiene uitgaven uit de Tweede Wereldoorlog, bijzondere boeken van bibliofiele uitgevers en hoogtepunten uit het fonds van moderne margedrukkers.

In de jaren voor de oorlog was margedrukken echt een liefhebberij voor weinigen. Een eigen pers was te duur en nam erg veel ruimte in beslag. J.F. van Royen, die zich in 1913 over De Zilverdistel ontfermde, kon zich alleen dankzij een mecenas een Albion-pers bestellen in Engeland. Hij moest er een hele – extra verstevigde – verdieping van zijn huurhuis voor reserveren.

De bezetting van de Duitsers gaf een enorme impuls aan het margedrukken. Maar een bijzondere uitgave of geringe oplage was allerminst het doel van de clandestiene drukkers. Zij wilden zo veel mogelijk exemplaren verkopen om met de opbrengst armlastige kunstenaars of ondergedoken joden te steunen. Dat gold ook voor De Bezige Bij, met zeventig uitgaven de meest productieve clandestiene uitgeverij. Van Jan Camperts ‘De achttien doden’ verkocht De Bij duizenden exemplaren.

Daarna groeide het aantal bibliofiele uitgeverijen vooral vanaf de jaren zestig sterk. Door de opkomst van offsetdrukken konden veel mensen makkelijk aan een afgedankt pers inclusief complete sets lettertypen komen. Voor velen was boekdrukken gewoon een hobby, maar een aantal wist zijn liefhebberij wel degelijk te verheffen tot kunst. Zij maakten uiterst verzorgde boeken tot ware kunstwerkjes.

Vooral deze uitgaven maken de expositie in Meermanno de moeite waard. De boeken van De Zilverdistel ogen honderd jaar na dato, nu uitgevers veel zorg en aandacht aan hun vormgeving besteden, traditioneel. Zeker naast een boek als ‘Over luiken’ van Rudy Kousbroek en Joost Veerkamp (Statenhofpers, 2005). Het omslag is als een traditioneel gerasterd luik, waardoor je een bozige Kousbroek in zijn werkkamer ziet. Schitterend.

Het mooist is echter dat de bezoeker de uitgaven van tientallen margedrukkers kan doorbladeren. Geen facsimile’s, maar originelen – ook van zeldzame uitgaven van De Ziverdistel. Zo kun je de aantekeningen bestuderen die schrijfster Annie Salomons maakte in haar exemplaar van Geerten Gossaerts ‘Experimenten’. De opmerking ‘prachtig’, een correctie van een drukfout en haar vertaling van de Latijnse titels. In welk museum kun je ooit zó dichtbij waardevolle objecten komen?

De expositie ‘Het ideale boek’ is nog tot en met 20 februari te zien in Museum Meermanno in Den Haag.

Maarten Dessing

Bij dergelijke tentoonstelling hoort uiteraard ook een boek.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content