Zuhal Demir (N-VA) over Genk: ‘Luidruchtige trouwstoeten? Zero tolerance’

ZUHAL DEMIR: 'Uit de cijfers over armoede, werkloosheid, onderwijs enzovoort kan ik alleen maar besluiten: Genk kan beter.' © Franky Verdickt
Walter Pauli & Ewald Pironet Redacteurs bij Knack

‘Bart De Wever had mij vooraf aangeraden: “Neem eerst eens de temperatuur op”‘, zegt Zuhal Demir. ‘De reacties waren hartverwarmend, zodat ik besloot: ik doe het.’

De staatssecretaris voor Armoedebestrijding en Gelijke Kansen (N-VA) is geen vrouw van ‘enerzijds, anderzijds’. Zuhal Demir groeide op in een Koerdisch mijnwerkersgezin in Waterschei, studeerde rechten in Leuven, en woonde daarna acht jaar in Antwerpen, waar ze een paar jaar districtsburgemeester was. Begin 2016 vestigde ze zich opnieuw in Genk, waar ze nu als N-VA-lijsttrekker een gooi naar het burgemeesterschap doet.

U woont nog maar pas opnieuw in Genk, en nu roept u al: ‘Het gaat hier niet goed.’

Zuhal Demir: Ik heb Genk nooit losgelaten. Mijn familie woont hier, ik ben hier al die jaren wekelijks geweest. Natuurlijk zijn er die tijd goede verwezenlijkingen geweest, zoals Thor Park en C-mine. Maar het stadscentrum is één betonnen vlakte geworden, zonder groen – helemaal niet aantrekkelijk. En uit de cijfers over armoede, werkloosheid, onderwijs, taalachterstand enzovoort kan ik alleen maar besluiten: Genk kan beter.

Ik ga mijn standpunt over Erdogan niet aanpassen om Turkse stemmen binnen te halen.

Kan een stadsbestuur alleen iets doen aan samenlevingsproblemen als armoede, werkloosheid en onderwijsachterstand?

Demir: Natuurlijk wel. Neem de achterstand in onderwijs en taal, waarmee alles begint. Ofwel blijft de stad passief kijken naar wat de Vlaamse overheid doet, ofwel neemt ze zélf haar verantwoordelijkheid op.

Ik heb er niets tegen dat kinderen thuis een andere taal spreken dan het Nederlands – ik spreek met mijn ouders ook Koerdisch of Turks. Maar na de kleuterklas moeten ze wel voldoende Nederlands kennen om mee te kunnen in het basisonderwijs. Daarom moeten we een goede taalscreening organiseren in de kleuterkas, en aan wie het nodig heeft een jaar lang een taalbad Nederlands aanbieden. Dat is de taak van een stad die ambitie toont.

U zet in op identiteit. Hoe doe je dat in een stad met 109 nationaliteiten?

Demir: Mijn vader zei altijd: ‘In de mijn was iedereen zwart.’ Toen werd er geen onderscheid gemaakt tussen de nationaliteiten. Zoveel jaar later is het slecht gesteld met het sociale weefsel in Genk. Er zijn te veel eilandengroepen, terwijl we één gemeenschap zouden moeten vormen, waarin iedereen dezelfde rechten en plichten heeft.

Het huidige stadsbestuur heeft 80.000 euro aan subsidies gegeven aan een vereniging die aan de Grijze Wolven (een extreemrechtse Turkse groepering, nvdr.) gelieerd is: dat kan toch niet? Vrede en stemmen afkopen: daar komt dat op neer. Sommigen in Genk voelen zich verheven boven de wet. Je ziet het aan de luidruchtige trouwstoeten, waarbij ze zelfs met pistolen in de lucht schieten en met auto’s over het fietspad scheuren. Wat als een kind daarbij iets overkomt? Je moet daar hard tegen optreden. (slaat met de vuist op tafel) Zero tolerance.

U bent kritisch voor de Turkse president Erdogan. Hoe denkt u de Turken in Genk voor u te zullen winnen?

Demir: Ik ga mijn standpunt over Erdogan niet aanpassen om die Turkse stemmen binnen te halen. Een politicus moet blijven zeggen dat het niet oké is dat de persvrijheid in Turkije onder druk komt. Er zijn overigens ook veel Turken die nu niet voor hun mening durven uit te komen.

Als de Genkenaren voor mij kiezen, stop ik meteen met de nationale politiek

Gisteren sprak ik nog met een Turkse vrouw die als bruid naar Genk is gekomen. Ook zij wil dat haar kinderen kansen krijgen om zich te ontplooien zoals ik dat heb gekund, en dat ze gewoon fijn kunnen samenleven. Dat wil bijvoorbeeld ook zeggen dat de stad het sluikstorten in de wijk Kolderbos moet aanpakken – sommige bewoners gooien daar nu al hun vuilnis uit het raam. Je moet daar vaste camera’s installeren en de vervuilers beboeten of verplichte gemeenschapsdienst laten verrichten.

Zitten de Genkenaren erop te wachten om van u een spreekwoordelijke schop onder hun gat te krijgen?

Demir: Eerlijk gezegd: ik denk van wel. Mensen vragen me om hun opnieuw een perspectief te geven. Ik bied een duidelijk alternatief voor het huidige beleid.

U gaat voor niets minder dan de burgemeesterssjerp?

Demir: Ja. En als de Genkenaren voor mij kiezen, stop ik meteen met de nationale politiek – nee, ik word dan ook geen partijvoorzitter. Maar ik ben nederig, want ik moet natuurlijk opboksen tegen een machine genaamd CD&V. Die is hier al decennia aan de macht en heeft overal haar tentakels.

Wanneer zullen de verkiezingen voor de N-VA een succes zijn?

Demir: Als de N-VA meer stemmen haalt dan in 2012, we mee in het bestuur zitten én het beleid inhoudelijk kunnen bijsturen. Als de kiezers geen probleem hebben met de huidige werkloosheid, armoede en taalachterstand, zal ik als democrate zeggen: I rest my case. Maar ik ben ervan overtuigd: ze zijn klaar voor verandering.

Partner Content