‘Zet niet alles van je kinderen online’

© Getty Images/iStockphoto

Ouders delen steeds vaker informatie en foto’s van hun kinderen op het internet. Dat doen ze om advies te krijgen of om op te scheppen over hun eigen prestaties als ouder. Maar wat als kinderen daardoor gepest worden of het een wapen wordt in een vechtscheiding?

Enkele maanden geleden deelde Ann Van Elsen, net zoals veel andere moeders, een borstvoedingsfoto met haar 53.000 Instamgramvolgers. Daarmee wilde ze de taboes die nog steeds rond borstvoeding bestaan doorbreken. Maar hoe nobel de achterliggende intentie ook mag zijn, natuurlijk hebben die kinderen nooit hun toestemming voor die beelden gegeven. Het probleem wordt bovendien nog groter als zulke foto’s – zoals al regelmatig gebeurd is – op fora voor pedofielen belanden.

Het online plaatsen van foto’s of informatie over je kinderen heet ‘sharenting’, een samentrekking van ‘sharen’ en ‘parenting’.

Volgens privacyexpert Michel Walrave, hoogleraar aan de Universiteit Antwerpen, komt sharenting vaak voor. ‘Amerikaans onderzoek wijst uit dat meer dan zeven op de tien ouders informatie over hun kinderen op het internet zetten. Dat doen ze omdat ze trots zijn op de prestaties van hun kind of zichzelf als ouder. Sharenting kan een vorm van sociale vergelijking zijn, een manier om te tonen welke boeiende activiteiten je als gezin doet en hoe goed je met problemen omgaat. Daarnaast vragen ouders via internet advies over bijvoorbeeld de voeding, slaapgewoontes of gedragsproblemen van hun kinderen. Moeders doen dat substantieel vaker dan vaders. Op zich is dat positief. Vroeger konden jonge ouders enkel aan hun eigen ouders of naaste omgeving raad vragen. Nu hebben ze een breed netwerk van contacten die hulp kunnen bieden. Dat is belangrijk wanneer jonge ouders onzeker zijn. Het kan ook geruststellend zijn wanneer de kinderen al wat ouder zijn en door een moeilijke puberteit gaan.’

Zijn er nog andere voordelen aan sharenting?

Michel Walrave: ‘Toen ik jong was, werd het fotoapparaat enkel bovengehaald op familiefeesten of bij speciale gelegenheden. Nu hebben we onze smartphone altijd bij de hand. Het kan erg leuk zijn om ook meer alledaagse momenten te delen met vrienden en familie. Het probleem is de vormen die sharenting kan aannemen. Plots worden er allerlei beelden – soms al echografieën van de foetus – van iemand die daar niet om gevraagd heeft met talloze mensen gedeeld.’

Professor Michel Walrave
Professor Michel Walrave

Ouders hebben niet altijd controle over wat er met die beelden gebeurt. Enkele jaren geleden deelde een vader op YouTube een videootje van zijn zevenjarige zoontje die na een verdoving bij de tandarts verwarde vragen stelde. Hoewel het filmpje voor de naaste familie bedoeld was, ging het viraal. Ondertussen is het 125 miljoen keer bekeken.

‘Hillary for prison’

Experten hekelen daarbij dat een kind niet meer wordt toegestaan om zijn eigen identiteit te vormen. In de Verenigde Staten doken de afgelopen maanden heel wat foto’s op van kinderen die T-shirts droegen met slogans als ‘Hillary for prison’. De vraag is of zo’n kind, wiens foto duizenden keren gedeeld wordt, nog de kans krijgt om zijn eigen ideeën te ontwikkelen. Ouders onderschatten immers vaak hoe bepaalde informatie een eigen leven kan gaan leiden.

Walrave: ‘Kinderen dreigen al een digitale identiteit te hebben nog voor ze zelf online actief zijn. Veel hangt af van de privacyinstellingen van de ouders. Maar wat op internet geplaatst wordt, kan bewaard blijven en gekopieerd worden op manieren die je niet altijd kan voorzien. Zo kunnen mensen door de steeds geavanceerdere technologie voor gezichtsherkenning herkend worden op foto’s uit hun kindertijd’.

‘En wat als kind of adolescent ooit door een moeilijke periode is gegaan? Als daar online sporen van overblijven, zullen werkgevers daar misschien conclusies uit trekken, ook al is het probleem al lang opgelost. En dat gebeurt, want de meerderheid van de rekruteerders googelen sollicitanten.’

Af en toe duiken er ware horrorverhalen op. Zo blogde een Amerikaanse moeder foto’s van haar kindje dat het potje leerde te gebruiken. Later kwamen die op een site voor pedofielen terecht. Zijn zulke gevaren reëel of een zeldzame uitzondering?

Walrave: ‘Dat gebeurt wel degelijk, dus je moet op je hoede zijn. Maar er zijn nog andere risico’s. Een kind kan gepest worden omwille van een grappig bedoelde foto. Als je foto’s online plaatst van je kind aan de schoolpoort of de plaats waar het sport, geef je bovendien inzicht in zijn gewoontes en waar het zich bevindt. Wanneer het slecht gaat tussen gescheiden ouders, kan zulke informatie gebruikt worden om het de andere partner lastig te maken als die zich niet aan de afspraken houdt.’

Mogen ouders dan niets meer op internet delen?

Walrave: ‘Jawel, zolang je er maar zorgvuldig mee omspringt. Online voelen we ons vaak ontremd, waardoor we meer durven dan bij een face-to-facegesprek. Daar moeten vaders en moeders zich bewust van zijn. Het goede oude familiealbum toonde je ook niet aan iedereen. Wil je echt de echografie van je kind met honderden volgers delen, inclusief mensen die je misschien een keertje op vakantie hebt ontmoet? Voor zulke intieme momenten kun je beter een besloten groep maken voor vrienden en familie. Daarnaast kun je informatie een poosje online zetten en daarna weer weghalen’.

‘Bovendien is het cruciaal om als ouder in dialoog te gaan met je kind. De leeftijd waarop dat kan, hangt sterk af van de ontwikkeling van het kind. Maar wanneer het zijn eerste stappen online zet, is het belangrijk om afspraken over het delen van persoonlijke informatie te maken. Zo leer je kinderen ook om te gaan met hun eigen privacy en die van anderen te respecteren.’

Een proces tegen pa of ma

Maar het hoeft niet bij praten te blijven, want kinderen kunnen gerechtelijke stappen ondernemen tegen sharenting.

‘Het algemene principe is dat je iemands foto pas online mag zetten als die persoon daar toestemming voor geeft’, zegt Caroline De Geest van de Privacycommissie. ‘Bij kinderen ligt dat natuurlijk moeilijk. De wetgever gaat ervan uit dat zij hun toestemming moeten geven wanneer ze voldoende onderscheidingsvermogen hebben. Dat is een nogal vage juridische term, maar meestal gaat men ervan uit dat een kind twaalf à veertien jaar moet zijn.’

Maar, zo benadrukt De Geest, het is niet de bedoeling dat kinderen hun ouders massaal voor de rechter gaan slepen. ‘In Oostenrijk is er zo’n geval geweest, maar bij ons nog niet. Meestal is dat voor een kind ondoenbaar. Het wordt wel waarschijnlijker als de ouders gescheiden zijn en het kind zich van een van hen wil afzetten. Maar wij geven het advies om met je kinderen te praten en hen te betrekken bij je beslissingen. Als een kind wil dat een foto niet online komt, zullen de meeste ouders daar naar luisteren.’

(Jelle Dehaen)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content