‘Wie narcistische trekken vertoont, heeft meer kans om wraakzuchtig te zijn’

© iStock

Het is niet onze mooiste kant, en toch wordt zowat iedereen er af en toe door bevangen: wraakgevoelens. Op lange termijn worden we er zelden gelukkiger van. Maar ze houden onze reputatie wel in stand.

Het wraakonderzoek staat nog maar in z’n kinderschoenen – psychologen voeren liever onderzoek naar de grote broer van deze emotie: agressie – maar het is wel een emotie waarmee we allemaal vertrouwd zijn. Van kleins af: peuters kunnen hun opponent al woedend te lijf gaan als die er met hun speelgoed vandoor gaat. Dat ze vervolgens in de hoek belanden, moeten die peuterbreintjes maar voor lief nemen. Je zou denken dat het verstand met de jaren komt, maar dat geldt duidelijk niet voor iedereen. De assisenzalen worden goed gevuld met wraaklustigen. Net als de literatuur, toch een spiegel van onze ziel. Het begint al in de Bijbel, want zeker de oudtestamentische God was nogal een wraakzuchtig wezen. De Joden mogen niet vertrekken van de farao? Dan zwiert hij er toch gewoon tien plagen tegenaan? Maar ook de Ilias, het bekende epos van Homeros, draait volledig om wraak. Net als Hamlet van Shakespeare. En Kill Bill of V for Vendetta, om jongere lezers te plezieren.

'Wie narcistische trekken vertoont, heeft meer kans om wraakzuchtig te zijn'
© Bart Schoofs

En toch is het een emotie die zelden goed uitmondt. God heeft wellicht weinig last gehad van die plagen, maar koning Menelaos (die niet kon verkroppen dat zijn vrouw Helena werd geschaakt door Paris) had misschien toch een tikkeltje spijt van al dat bloedvergieten. En ook voor Hamlet liep het niet bepaald goed af. Om van die assisenzaal nog te zwijgen. Hoe kan het dan dat wraak door de eeuwen heen zo’n belangrijke emotie blijft? De Nederlandse psychologe Elise Seip (universiteit Leiden) raakte geïntrigeerd door het thema en schreef er haar doctoraat over. ‘Ik ben niet zozeer geïnteresseerd in de wraakacties zelf, maar wel in de gevoelens die eraan voorafgaan. Waar die wraak vandaan komt. Daarvoor heb ik heel wat diepte-interviews gedaan, en daaruit bleek dat er twee belangrijke triggers zijn voor wraak: onrecht, en de bedreiging van onze eigenwaarde. Maar het heeft weinig te maken met objectieve situaties, alles draait om interpretatie. Neem nu een klassieker: iemand wordt in het gezicht gespuwd. Voor het ene slachtoffer een kinderachtige daad, voor het andere pure vernedering. In dat laatste geval is de kans op wraak(gevoelens) uiteraard groter. Het heeft ook met persoonlijkheid te maken. Wie narcistische trekken vertoont, heeft meer kans om wraakzuchtig te zijn.’

Paperclips stelen

Maar ook de omstandigheden spelen een rol, ontdekte Seip. Tijdens haar onderzoek onderwierp ze proefpersonen aan sociale interactiespelletjes. ‘Ze moesten bijvoorbeeld rekensommen oplossen en konden daar dan geld mee verdienen. Maar na een tijdje ontdekten ze dat hun tegenspeler (in werkelijkheid een computer) het spel in hun nadeel had gemanipuleerd: hij nam de eenvoudige sommen, zij moesten er heel moeilijke oplossen. Daarop konden ze beslissen om die tegenspeler financieel te straffen. Een belangrijke rol was weggelegd voor de zogenaamde wraaknorm. Als proefpersonen vooraf hoorden dat de meerderheid van de bevolking in bepaalde situaties wraak zou nemen, is de drempel om dat zelf te doen veel kleiner. In een ander onderzoek manipuleerden we boosheid door mensen te laten terugdenken aan een situatie in hun leven die hen erg boos maakte. Hoe intenser die emotie, hoe meer wraakgevoelens. Al hoef je je daar niet altijd tragische taferelen bij voor te stellen: ook paperclips stelen van je baas kan al een vorm van wraak zijn.’

'Wie narcistische trekken vertoont, heeft meer kans om wraakzuchtig te zijn'
© Bart Schoofs

Wie zint op wraak, verwacht meestal dat hij daar gelukkiger van wordt. Maar dat is niet altijd het geval, weet Seip. ‘Uit onderzoek blijkt dat veel mensen nadien zelfs ongelukkiger zijn. Dat heeft veel te maken met het no harm-principe: je doet anderen geen pijn. Als je dat, door intense wraakverlangens, toch hebt gedaan, kan dat naderhand gaan wringen. In plaats van slachtoffer, ben je dan een dader geworden.’

Maar soms is het gewoon sterker dan onszelf, bevestigt evolutie- en gedragsbioloog Mark Nelissen. ‘Wraak heeft zeker een evolutionaire oorsprong. Voor onze voorouders was reputatie zeer belangrijk: seksuele reputatie, maar ook status. Als iemand agressief benaderd werd, moest hij wraak nemen. Anders zou het binnen de kortste keren opnieuw gebeuren. Dat gevoel blijft in ons zitten. Als iemand ons aanvalt of uitscheldt en we laten dat zomaar gebeuren, ziet de rest van de wereld ons als een slappe vod. En dus: een makkelijk slachtoffer. Al zorgt ons sociale systeem er gelukkig wel voor dat extreme wraak, zoals moord, beperkt blijft. Daarvoor hebben we tegenwoordig politie en rechters.’

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content