“We hebben gedaan wat we konden en moesten doen”

(Belga) De Vlaamse diensten die betrokken zijn bij de afwikkeling van de treinramp in Wetteren hebben alles gedaan wat ze konden en moesten doen. Voor sluitende conclusies over oorzaken en gevolgen is het nog te vroeg. Dat heeft Vlaams minister van Leefmilieu Joke Schauvliege woensdag gezegd in het Vlaams Parlement.

Het Vlaams Parlement organiseerde een actualiteitsdebat over de mogelijke impact van de treinramp in Wetteren op mens en milieu. Veel vragen over het treinongeval blijven nog onbeantwoord. De meeste fracties deden dan ook een oproep om de ramp grondig te analyseren en daaruit lessen te trekken. Naast enkele kritische opmerkingen over de soms moeizame communicatie waren er ook vragen over het optreden van de betrokken Vlaamse diensten. Vlaams minister Schauvliege hamerde er in haar antwoord op dat de coördinatie bij provinciegouverneur Jan Briers ligt en dat de Vlaamse diensten optreden op zijn vraag of op vraag van het crisiscentrum. Op de kritiek van Groen dat er sprake was van een gebrekkige coördinatie en dat ook minister Schauvliege daarin verantwoordelijkheid droeg, antwoordde de CD&V-minister: “Bij een ramp is het niet de bedoeling op te vallen maar om dingen op te lossen. De gouverneur is belast met de coördinatie en communicatie. We hebben gedaan wat we konden en moesten doen en al onze knowhow ter beschikking gesteld.” Volgens Schauvliege zullen de Vlaamse diensten (OVAM, INBO, enz.) de ramp verder opvolgen, maar is het te vroeg om een “ecologisch bilan” op te maken. De meeste fracties deden een oproep geen partijpolitieke spelletjes te spelen rond het dossier. Oppositiepartij LDD ziet in het voorval wel een extra bewijs dat het nodig is om de provincies af te schaffen en dat rampencoördinatie beter wordt toegewezen aan “professionals” en niet aan een “achterhaalde bevoegdheid zoals de provinciegouverneur”. (Belga)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content