Louis Ide (N-VA)

‘Wat is de beste benadering voor het Rwanda van Paul Kagame?’

Louis Ide (N-VA) Algemeen Secretaris van N-VA en arts.

‘In België is het niet direct bon ton om over de posititeve zaken in Rwanda te spreken’, schrijft Louis Ide in het Schaduwparlement. Hij vraagt zich af wat de beste aanpak is voor een controversiële leider als Paul Kagame.

Het waren bijzonder intensieve maanden in Zuid-Soedan en Tsjaad, 1998-2000 toen ik er als Arts Zonder Grenzen aan de slag was. Er werd keihard gewerkt. In Zuid-Soedan heerste er hongersnood. De beelden van uitgemergelde kinderen in Darfour kunt u zich misschien nog voor de geest halen. Bovendien heerste er oorlog in het land. In Tsjaad was er geen hongersnood maar stierven mensen als gevolg van een epidemische bacteriële hersenvliesontsteking. Bijgevolg moest er in ijltempo gevaccineerd worden. De vaccinaties moesten de infecties voor blijven.

Na de zware dagtaak was er tijd om te praten, veel meer was er immers niet te beleven. Zeker niet in Zuid-Soedan waar het ronduit gevaarlijk was om bij nacht (vanaf 17 uur dus) zich buiten de compound te wagen. In het begin werd er gepraat bij een glas gefilterd bruin water. Later, toen het Westen massaal doneerde, kon er al eens een blikje bier af. Pas toen er een equipe van 10 Bulgaren landde om een vliegtuig te herstellen dat in de modderpoel van Akobo in Zuid-Soedan was blijven steken, kwamen de tongen los. Ze hadden immers wat vodka mee…Het is op zo’n momenten dat er soms diepgaande gesprekken worden gevoerd.

‘Naïevelingen die denken dat een missie met Artsen Zonder Grenzen een soort Club Med is, zijn die illusie snel kwijt’

Naïevelingen die denken dat een missie met Artsen Zonder Grenzen een soort Club Med is, zijn die illusie snel kwijt. AZG doet daar ook niet flauw over: wie een zware missie niet aan kan, wordt er zonder morren uit gehaald. Afrika was absoluut geen bestemming voor naïeve idealisten. Dan resten alleen de realisten, cynici en wat sarcasten. Ook voor die laatsten kan ik enig begrip opbrengen. Een kameraad, met wie ik helaas nooit op missie ben geweest, vertelde me hoe hij ooit de loop van een geweer tegen zijn slaap kreeg. De tijd dat een logo van AZG of Rode Kruis gelijk stond aan een kogelvrij vest was toen al lang voorbij. Tijdens één van die gesprekken kwam zijn sarcasme naar boven : “We zouden een enorm groot lappendeken moeten hebben om eens boven Afrika te leggen en dan na 20 jaar weghalen om te zien wat ze er van bakken”.

Enig begrip voor hen die de dood in de ogen keken, maar ze dwalen.

Realisten en cynici debatteerden ook volop, maar geraakten er meestal niet uit. Iedereen was het er wel over eens dat we er goed aan deden om op het niveau van NGO’s onverkort te blijven investeren in ontwikkelingssamenwerking, ongeacht welke politieke leiding aan de macht was. Maar als het ging over ontwikkelingssamenwerking op het politieke niveau, zowel bilateraal als multilateraal, was er geen consensus. Wat te doen met een land dat vooruitgang boekt maar waar toch op een autoritaire manier wordt geregeerd?

‘Wat is de beste benadering voor het Rwanda van Paul Kagame?’

Neem nu Rwanda. Paul Kagame heerst er met ijzeren hand tot vandaag de dag, nadat hij stabiliteit bracht na de genocide. Ik maak hier abstractie van wat in Oost-Congo gebeurt, dat is meer dan een column op zich waard. Onder zijn bewind ging Rwanda met rasse schreden vooruit. Kijk maar naar de millenniumdoelstellingen die werden gehaald : de daling van moeder- en kindersterfte, de strijd tegen HIV/AIDS, malaria en andere ziekten, etc… Meer dan 70% van de kinderen slaapt al onder een muskietennet. Economisch gaat het alsmaar beter. Kigali onderging de laatste jaren een metamorfose. Weeshuizen worden gesloten, want Kagame wil dat kinderen in gezinsverband opgroeien. Tegelijk wordt een netwerk van potentiële pleegouders opgezet. Kagame dringt er bij zijn eigen ministers op aan om het goede voorbeeld te geven.

Straten worden met de hulp van Chinezen heraangelegd, maar dan op zo’n manier dat het de Rwandezen goed uit komt (in tegenstelling tot elders in Afrika waar de lokale bevolking niets aan de lokale infrastructuurwerken heeft). In Rwanda wordt verder een actief anti-corruptiebeleid gevoerd (cf. Transparency International). Universiteiten lopen weer vol, geholpen door professoren uit o.a. Groot-Brittannië en de VS. Bij de aanwerving is er geen etnisch onderscheid. Economisch is Rwanda voor wat betreft de Angelsaksische wereld ‘back in big business’. Ook in Vlaanderen is er interesse voor de mogelijkheden in Rwanda. Zo organiseert Flanders Investment and Trade een zakenreis naar het land. Hoewel de democratie er vraagtekens oproept, slaagt Rwanda er wel in vrouwen een stem te geven in de politiek. 64% van de parlementairen is er vrouw (data Worldbank, 2014).

‘De chef is de chef’

In België is het niet direct bon ton om over de positieve zaken in Rwanda te spreken. Dit heeft voor een deel met geopolitieke beslissingen te maken. België was het vorige regime van Habyarimana gunstig gezind. Na de genocide en de regimewissel zijn de relaties wat bekoeld en heeft Rwanda andere internationale vrienden gemaakt.

Met de opsomming van meer dan bemoedigende statistieken over Rwanda zou ik de indruk kunnen wekken dat het allemaal fantastisch is in Rwanda. Quod non. Wat betreft democratie en persvrijheid is er wel degelijk een groot probleem. Dat is echt een heikel punt. De vraag is hoe je daar in sub-Sahara Afrika mee omgaat. Als Kagame de weg zou opgaan van bijvoorbeeld Mugabe, de Zimbabwaanse dictator, dan wordt het zelfs een regelrechte ramp, want vroeg of laat heeft dit ook economische repercussies. Maar zelfs dan is de kans groot dat het volk hem op handen blijft dragen. Ook Mugabe is nog steeds relatief populair in eigen land. De chef is nu eenmaal de chef in Afrika. Tot die conclusie waren we, zowel realisten als cynici, ook al gekomen na een paar van die vodka’s.

Ambiguïteit is misschien het woord dat best bij Rwanda past en de vraag is hoe je hiermee om gaat. Je ziet de welvaart toenemen, maar geldt dat ook voor het welzijn van de mensen(rechten)? Zelfs het Verenigd Koninkrijk worstelt hiermee. De tijd toen Tony Blair nog Paul Kagame adviseerde, lijkt plots ver weg nu het hoofd van de Rwandese inlichtingendienst is opgepakt in London.

De vraag die ik me stel is of het isoleren van Kagame het juiste antwoord is, dan wel hem te doen bewegen in de richting van de mensenrechten door de lijnen open te houden. Het antwoord moeten alle realisten en cynici, en dus ook ikzelf, na een zware dagtaak in l’ Afrique profonde voorlopig schuldig blijven.

Partner Content