‘Wanneer komt er een einde aan het brokkenparcours van Homans?’

‘Hoe lang nog duldt minister-president Bourgeois dit soort voorvallen in zijn regering’, vraagt Kurt De Loor (SP.A) zich af na de recente uitspraken van Vlaams minister Liesbeth Homans (N-VA).

Moeten we nu medelijden hebben met een minister op retour die van geen hout meer pijlen weet te maken? Of net heel erg teleurgesteld dat een minister van gelijke kansen er bewust voor kiest om mensen en groepen continu tegen elkaar op te zetten? Of gewoon onomwonden kwaad omdat een minister keer op keer de waarheid geweld aan doet, cijfers bewust verdraait en twitter tot beleidsinstrument verheft?

Wat is er gebeurd met de superminister van N-VA? Wanneer komt er een einde aan het brokkenparcours van Homans?

Eigenlijk hadden we het kunnen voorspellen. Provocatie is al jaren het handelsmerk van Homans. In 2013 liet ze als OCMW-voorzitter van de grootste stad van Vlaanderen optekenen dat er dringend vraagtekens geplaatst moeten worden bij de federale wet op dringende hulp voor mensen die illegaal in ons land verblijven. ‘Zo krijg je immers mensen die voor het verwijderen van een geboortevlek of een borstverkleining hun ingreep laten betalen door het OCMW. I beg you pardon? In geen enkel dossier ging het om een dergelijke ingreep. Pure stemmingmakerij.

Eerder dat jaar nam Homans ook al een loopje met de waarheid n.a.v. het feit dat het Antwerps OCMW weigerde aidsremmers terug te betalen aan HIV-patiënten of illegale zwangere vrouwen medische begeleiding weigerde. Toen beweerde Homans dat het Antwerps OCMW aan de federale overheid een aanzienlijk bedrag moest terugbetalen voor medische hulp die ze te soepel had terugbetaald voor illegalen. Flagrant onjuist. Enkele leugentjes om bestwil leveren je bij N-VA blijkbaar een ministerpost op.

Het palmares dat die superminister halverwege de legislatuur kan voorleggen oogt zeer mager. En dat leidt tot irritatie, kamerbreed. Daarover schreef ik vorig jaar al. Week na week worden beloofde deadlines en plannen ingeslikt. Het vertrouwen op het terrein bij de lokale besturen in ‘hun’ minister is historisch laag.

Gemor binnen de meerderheid

Burgemeesters die zich in een open brief over de zorgwekkende financiële toestand van steden en gemeenten tot de minister wenden, dat is ongezien. Het dossier van de ‘bestuurlijke verrommeling’ werd verticaal geklasseerd. Ondanks beloftes deed bevoegd minister Homans nog niets om het kluwen aan bovengemeentelijke tussenstructuren te ontwarren. Haar voorganger Geert Bourgeois had tijdens de vorige legislatuur nochtans het pad geëffend. Had Homans haar werk gedaan, de discussie over de intercommunales had er helemaal anders kunnen uitzien. Ook het verhaal van de vrijwillige fusies stokt, het actieplan tegen radicalisering bestaat anderhalf jaar na publicatie enkel op papier, het kiesdecreet zit in de diepvries en de Vlaamse OCMW’s hebben nog steeds geen 100% duidelijkheid waar ze aan toe zijn op 1 januari 2019. Is dit de manier waarop er verder moet gewerkt worden?

Ook de partners binnen de eigen meerderheid morren, ze kunnen het brokkenparcours van Homans niet meer aanzien. Om de schijn op te houden en het beleidsmatig geknoei te verdoezelen, tovert minister Homans boude uitspraken uit haar hoge hoed. Een kat in het nauw maakt rare sprongen. Met Twitter als handig mistgordijn.

Statistieken zonder bronvermelding

De media gaan er gretig op in. Maar voor de minister lijkt de missie ‘schone schijn’ volbracht. Enkele weken geleden blunderde de minister nog met de armoedecijfers. Ze meende statistisch bewijsmateriaal gevonden te hebben dat haar armoedebeleid wel degelijk vruchten afwerpt. Ze vergat er evenwel bij te vertellen dat de ‘nieuwe’ cijfers dateerden van voor haar aantreden. Elk zichzelf respecterend minister zou zich blozend verontschuldigen voor de fout. Maar dat was buiten Homans gerekend die, tot verbijstering van haar collega-ministers, weigerde om het Vlaams Parlement de cijfers voor te leggen. Nadat ze op het matje werd geroepen door Parlementsvoorzitter Peumans kwam ze schuifelend met één blaadje papier met een paar staafdiagrammen. Eén bladzijde, geen bronvermelding, niets.

En de voorbije dagen is het opnieuw bingo. In een interview in De Zondag stelde Homans dat UNIA ‘niet neutraal en niet objectief is’, ‘een centrum voor klagende allochtonen’. Wat maakt dat een minister van Gelijke Kansen en Inburgering dergelijke uitspraken doet? Misprijzen? Onkunde? Zinsverbijstering? In hetzelfde interview gaf Homans en passant nog een paar cijfers mee. ‘Van de erkende vluchtelingen kan 47 procent niet lezen of schrijven’. Compleet foutief. Meer dan tachtig procent is wel gealfabetiseerd. Maar ondertussen is het kwaad geschied, de cijfers zijn de wereld in. De framing is gebeurd.

Hoe lang is deze situatie nog houdbaar? Hoe lang nog duldt Vlaams Minister-President Bourgeois zoveel onkunde in zijn regering?, vroeg ik me vorig jaar ook al af. Ondertussen is de vraag nu niet meer of Annemie Turtelboom binnenkort gezelschap krijgt in de bezemwagen van de Vlaamse politiek, maar wanneer dat juist zal gebeuren.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content