Bart Caron (Groen)

‘Waar zit de logica in het “wegwerken van de verrommeling” van de Vlaamse regering?’

Bart Caron (Groen) Voormalig Vlaams Volksvertegenwoordiger voor Groen

Op haar laatste vergadering voor de welverdiende grote vakantie zette de Vlaamse Regering de lijnen uit voor de overheveling van de provinciale activiteiten op vlak van o.a. cultuur, sport en welzijn naar hetzij het Vlaamse, hetzij het lokale niveau. Bart Caron, Vlaams Parlementslid voor Groen, bekeek de plannen en werd er niet vrolijk van.

Wie daadkrachtig wil besturen, of dat althans zo wil laten uitschijnen, heeft krachtige mantra’s nodig. De Vlaamse Regering beseft dit ten volle. Ordinaire besparingen worden consequent ‘efficiëntiewinsten’ genoemd, wegsaneren heet ‘rationaliseren’ en mensen of andere overheden in de steek laten, dat noemt men ‘responsabiliseren’.

Van eenzelfde orde is het goedbekkende ‘wegwerken van de verrommeling’. Andermaal is het een term waar geen zinnig mens iets kan op tegen hebben, maar waar alles staat of valt met de invulling ervan.

Zo besliste de Vlaamse Regering ergens op een blauwe maandag dat, om de verrommeling tegen te gaan, de provincies al hun persoonsgebonden activiteiten moesten afbouwen. Nergens zijn er nuchtere argumenten te vinden waarom uitgerekend die welbepaalde afslanking van de provincie wenselijk, nuttig dan wel nodig zou zijn. Niemand kon me uitleggen waarom uitgerekend de persoonsgebonden materies op provinciaal niveau voor verrommeling zorgen. Het was een beslissing uit de losse pols, een deus ex machina om het wapenschild van ‘daadkrachtig bestuurder’ te kunnen opspelden.

Waar zit de logica in het ‘wegwerken van de verrommeling’ van de Vlaamse regering?

Het gebrek aan onderbouwing wordt pijnlijk duidelijk nu de krachtige pennenstreek moet worden omgezet op het terrein. Nu de inventaris van de persoonsgebonden activiteiten van de provincies is gemaakt en ze moeten worden herverkaveld; promotie tot het Vlaamse niveau of afstoting naar een lokale overheid.

Wat meteen opvalt, is hoe nogal wat recreatiedomeinen genre De Gavers of Puyenbroeck, die vaak uithangborden van de provincies zijn, gewoon provinciaal blijven. Sport en ontspanning, en bij uitbreiding het welzijn van de bezoekers, worden hier verengd tot een grondgebonden materie. Tot een activiteit die de provincies dus mogen blijven uitoefenen. Als dat zo zou zijn, kan iemand me dan eens uitleggen waarom deze domeinen überhaupt nu in de tabellen van persoonsgebonden materies terug te vinden zijn?

De bokken van de schapen scheiden

En dan komen we op het terrein van de cultuur; een terrein dat me na aan het hart ligt. De oefening, zoals ze nu voorligt, doet me denken aan hoe wij als schooljongetjes op de speelplaats onze voetbalploegjes samenstelden. Eéntje hier, ééntje daar. Met dat grote verschil dat hier de ene kapitein eerst zijn ploeg volledig mag samenstellen en de rest (ik durf uit respect voor elkeen niet spreken van ‘de kneusjes’) wordt overgeheveld naar de lokale besturen. Het is de cherry picking waarmee sjeiks en andere Ambramovitsjen hun sterrenelftallen samenstellen. De Vlaamse Regering in haar rol van God de Vader die de bokken van de schapen scheidt.

De uitkomst is weinig verrassend. De mooiste collecties, de Raveels, Ensors en Permekes, om er maar drie te noemen, komen in Vlaamse handen. Stijn Streuvels en Emile Verhaeren worden verheven, terwijl Anton van Wilderode van zijn piëdestal dondert. Suske en Wiske worden lokale, Kalmthoutse striphelden.

Stijn Streuvels en Emile Verhaeren worden verheven, terwijl Anton van Wilderode van zijn piëdestal dondert.

Voor drie Antwerpse kroonjuwelen is de beslissing nog hangende. Het Modemuseum, Fotomuseum en Diamantmuseum kregen nog geen ontvangende overheid opgespeld. Zouden deze misschien niet langer gaan afhangen van een overheid en geprivatiseerd worden?

En mag ik nog even wat kanttekeningen maken bij enkele concrete dossiers? De Warande in Turnhout komt terug in stedelijke handen, vijf jaar nadat bleek dat het cultureel centrum te grootschalig was voor de stad en het werd overgeheveld naar de provincie. Is de draagkracht van de stad Turnhout in de voorbije jaren zo toegenomen? En wat met de broodnodige renovatiewerken?

Be-part, het platform voor hedendaagse kunst, is gehuisvest in Waregem, maar zou in de toekomst beheerd worden door de stad Kortrijk. Als Kortrijkzaan kan ik dat toejuichen, maar mag ik het niettemin vreemd vinden?

En dan hebben we de Transfosite in Zwevegem. Daar werd de voorbije jaren een oude stookolietank omgebouwd tot een duiktank. Er werd meer provinciaal geld dan water ingepompt, maar komt nu in gemeentelijke handen. Dat terwijl een duiktank nu eens per definitie iets is wat het lokale overstijgt. Iets wat niet naast elke kerktoren thuishoort.

Verrommeling oplossen met verrommeling

Daarmee belanden we bij de kern van mijn tristesse. Waar zit de logica in het hele verhaal? En vooral, wordt de Vlaming er beter (bestuurd) door?

De Vlaamse Regering heeft de mond vol van schaalvergroting, wil lokale besturen verregaand laten samenwerken met gedwongen fusies als stok achter de deur. Terecht, want de steden en gemeenten zijn vaak onvoldoende gewapend om met al hun toegeworpen opdrachten om te gaan. Een bovenlokaal niveau is nodig.

Met wat gerommel in de marge los je enkel vermeende verrommeling op.

Dat bestaande bovenlokaal niveau wordt nu ‘verrommeling’ genoemd en ‘afgeslankt’. Maar zonder dat er uitzicht is op een waardig alternatief. Dus wordt er alom gegrepen naar de intercommunale samenwerkingsverbanden, soms zelfs van overheidswege opgelegd, denk maar aan politie- en brandweerzones. Al die intercommunales, of het nu gaat om erfgoed of om huisvuilophaling, om sociaal wonen of om crematoriumbeheer, hebben één iets gemeen: ze hebben niets gemeen. We zien samenwerkingsverbanden met meer, minder of andere gemeentes, ze hebben anders samengestelde bestuursorganen, ze worden minder of meer professioneel geleid. Geen kat weet nog wie waar precies mee bezig is. Geen kat weet nog wie de touwtjes in handen heeft.

Daar zit de verrommeling. En, erger nog, daar zit ook het democratisch deficit. Het zou pas van bestuurskracht getuigen mocht de Vlaamse Regering dit structureel aanpakken. Want met wat gerommel in de marge los je enkel vermeende verrommeling op.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content