Michel Vandersmissen

Voorrang aan de zwakke weggebruiker

Michel Vandersmissen Redacteur van Knack

De voorbije dagen is er in de media meer geschreven, gesproken en getwitterd over Chinese panda’s dan over de bijna 1500 jonge verkeersslachtoffers die tijdens een schooljaar worden aangereden.

Op de tweede schooldag van het nieuwe onderwijsjaar werd de twaalfjarige Pieter uit Bertem op weg naar het Heilig Hart Instituut in Heverlee aangereden door een personenauto. Pieter was het eerste verkeersslachtoffer van het nieuwe schooljaar. Gelukkig verkeert hij niet langer in levensgevaar.

Die dag werden nog twee andere leerlingen aangereden: een negenjarige jongen in Borsbeek en een twaalfjarige jongen in Meise. Hun grootste fout: ze waren op het verkeerde moment op de verkeerde plaats. Het valt te vrezen dat er nog velen zullen volgen. Is dat aanvaardbaar? Natuurlijk niet. Is daar veel verontwaardiging over? Helaas niet.

De voorbije dagen is er in de media meer geschreven, gesproken en getwitterd over Chinese panda’s die al dan niet naar Antwerpen of Bergen zouden reizen, dan over de bijna 1500 jonge verkeersslachtoffers die tijdens een schooljaar worden aangereden door een auto, bus of vrachtwagen.

Maar er is ook goed nieuws. De laatste jaren is veel vooruitgang geboekt qua verkeersveiligheid. Het aantal jonge slachtoffers is gedaald en de Vlaamse regering heeft flink geïnvesteerd in de aanleg of vernieuwing van fietspaden. Het gevolg daarvan is dagelijks vast te stellen: steeds meer volwassenen en kinderen nemen de fiets.

De eerste staten-generaal van het verkeer in 2001 nam zich voor het aantal verkeersdoden tegen 2010 te halveren van 1500 (jawel, zo veel) tot 750 per jaar. De tweede versie in 2010 stelde voor om tegen 2015 de nog steeds zware tol terug te brengen tot 500 doden per jaar. Dat zijn er nog bijna twee per dag.

De zwakke weggebruiker moet zich niet aanpassen aan de auto, maar omgekeerd

Michel Vandersmissen

Enkele dagen geleden maakte staatssecretaris Melchior Wathelet naar aanleiding van de Week van de Mobiliteit bekend dat de teller na de eerste zes maanden van dit jaar op 303 dodelijke verkeersslachtoffers staat. Het gaat om mensen die op de plaats van het ongeval sterven. De tol ligt in werkelijkheid veel hoger omdat de dagen en weken na het ongeval nog veel slachtoffers sterven in het ziekenhuis.

We zijn er dus nog niet. Sterker, het aantal fietsers die het slachtoffer worden van een verkeersongeval stijgt opnieuw.

Eigenlijk hoeft dat ook niet te verbazen, want in ons land blijft de auto heer en meester in het verkeer. Neem eens een fiets en rij langs Vlaamse gewestwegen. Op ontelbare plekken is het wegdek voor de auto in veel betere staat dan het daarnaast gelegen fietspad. Daar moet de fietser laveren over afbrokkelend beton, tussen gevaarlijke gaten en gebroken plavuizen. Op vele plaatsen is er zelfs geen fietspad of beperkt zich dat tot een lijn witte verf op het asfalt.

Daarom raden verkeersdeskundigen jonge fietsers aan om met de helm naar school te rijden en liefst ook met een opvallend fluovestje aan om autobestuurders er attent op te maken dat ze niet alleen zijn op de weg. Bovendien haasten sommige experts zich om te zeggen dat kinderen het best pas vanaf twaalf of zelfs veertien jaar met de fiets naar school mogen.

Eigenlijk is dat de totaal verkeerde insteek. De zwakke weggebruiker moet zich niet aanpassen aan de auto, maar omgekeerd. Automobilisten moeten zich aanpassen aan fietsers en voetgangers door trager en voorzichtiger te rijden. De overheid moet zich aanpassen door veilige fietspaden aan te leggen, zodat de kinderen in de toekomst zonder helm op veilig naar school kunnen.

Dat het kan, bewijzen Nederland en Denemarken elke dag. Daar wordt de fiets drie keer vaker gebruikt dan hier en toch ligt het aantal slachtoffers er drie keer lager.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content