Line De Witte (PVDA)

‘Voor wie zijn de Leuvense ‘budgetwoningen’ van 355.000 euro eigenlijk bedoeld?’

Line De Witte (PVDA) Voorzitter PVDA Leuven en auteur van 'TTIP en CETA voor beginners - Is het gevaar geweken?' (EPO)

Line De Witte van PVDA vreest dat het stadsbestuur van Leuven een elitaire stad maakt, als ‘budgetwoningen’ al 355.000 euro kosten. ‘Minder onbetaalbaar is immers heel wat anders dan betaalbaar.’

In Leuven woedt er een heuse wooncrisis. Leuvenaars kennen de problemen maar al te goed: jonge gezinnen verlaten de stad omdat het te duur is, huisjesmelkers verhuren wat ze maar willen aan hoge prijzen, meer dan 2000 mensen staan op een wachtlijst voor een sociale woning, en dat zijn maar een paar van de symptomen. Goed nieuws, ook het stadsbestuur lijkt nu te beseffen dat het tijd is voor maatregelen en investeert daarom in budgetwoningen. De nieuwste aanwinst: 13 stadswoningen met drie slaapkamers en tuin, in het prachtige Janseniushof. Het enige probleempje: de kostprijs van die ‘budgetwoningen’ bedraagt gemiddeld 355.000 euro. Slik. Een huis van 355.000 euro een budgetwoning noemen, je moet maar durven.

De stadswoningen zijn bedoeld voor jonge mensen met een (iets) te hoog inkomen voor een sociale (koop)woning, maar een te laag inkomen om op de vrije markt een woning te vinden. Om in aanmerking te komen voor zo’n stadswoning, mag je gezinsinkomen niet hoger liggen dan 65.000 euro (kinderen ten laste niet inbegrepen). Het zijn vooral jonge mensen die in aanmerking komen voor zo’n woning. Veel jonge gezinnen verlaten Leuven immers op zoek naar een betaalbare woning, dat zijn niet mijn woorden, maar die van het stadsbestuur. Hoe het stadsbestuur het in haar hoofd haalt dat deze jonge gezinnen geld hebben voor een woning van 355.000 euro, is voor mij echt een raadsel.

Kristof en Charlotte zijn zo’n gezin waar het stadsbestuur op doelt. Een jong koppel dat net een kindje kreeg. Ze willen graag in Leuven blijven wonen en hun gezinsinkomen ligt onder het maximale budget. Ze gingen naar de infosessie van stad Leuven en trokken grote ogen. Onbetaalbaar. Dat was het enige wat Charlotte over haar lippen kreeg toen ik haar erover aansprak. Nochtans, zowel zij als Kristof werken voltijds. Banken eisen voor woningen van deze prijs een eigen inbreng van minstens 60.000 euro. En dan mag je nadien meer dan 1000 euro per maand afbetalen. Dat is voor Charlotte en Kristof gewoonweg onmogelijk. Als twee werkende mensen die perfect binnen de doelgroep passen deze huizen niet kunnen betalen, voor wie zijn ze dan eigenlijk bedoeld?

‘Niet goedkoop, wel goedkoper’, pareert het stadsbestuur de kritiek over deze enorm hoge prijzen. De woningen liggen immers onder de marktprijs. Dat die marktprijs de pan uit swingt, daar heeft het bestuur het bij het rechte eind. Maar waarom blijft ze dan zo stellig aan die marktprijs vasthouden? De bouwpromotor Resiterra die deze stadswoningen voorziet, mag inderdaad nog heel wat appartementen bouwen die een pak duurder zijn. Een greep uit het aanbod: een appartement met twee slaapkamers, exclusief kosten 360.000 euro. Maar het feit dat de stadswoningen onder deze hallucinant hoge prijs liggen, maakt ze toch op geen enkele manier betaalbaar? Het is niet de markt die moet bepalen wat betaalbaar is of niet. Het stadsbestuur kan dat zelf doen, maar weigert die verantwoordelijkheid op te nemen. Ze maakt van Leuven een elitaire stad, enkel voor de Lucky few, maar onbetaalbaar voor de meeste mensen.

Projectontwikkelaars bouwen in sneltempo luxevastgoed, zo zouden onder andere de oude silo’s van Stella Artois aan de vaartkom worden omgetoverd tot peperdure lofts. Dat terwijl steeds meer Leuvenaars geen betaalbare woningen vinden. De prioriteiten van het stadsbestuur zitten mis. De logica moet worden omgedraaid. We hebben nood aan betaalbaar wonen. En dat wil niet enkel zeggen dat er werk moet worden gemaakt van meer sociale woningen, maar ook van betaalbare huur- en koopwoningen. Dat kan. Er staan heel wat nieuwe projecten op til, zoals de Hertogensite op het oude Sint-Pietersziekenhuis in de Brusselsestraat. Waarom zegt het stadsbestuur niet dat alle nieuwe projecten minstens 80% betaalbare woningen moeten bevatten? Enkel een serieuze inspanning kan de scheeftrekking die we nu in Leuven kennen, oplossen. De stad moet het heft in handen nemen en afstappen van het idee dat woningen van 355.000 euro ook maar iets oplossen aan de wooncrisis. Minder onbetaalbaar is immers heel wat anders dan betaalbaar.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content