‘Knippen, plakken en morrelen’

Gert Peersman: 'Keer op keer blijven structurele hervormingen achterwege die op lange termijn een gezonde begroting kunnen opleveren.' © Nicolas Maeterlinck / Belgaimage

Begrotingsspecialist Gert Peersman is streng voor de regering-Michel.

Gert Peersman (professor economie UGent): Ik zat tijdens de besprekingen op het puntje van mijn stoel, want ik wist wat op de tafel lag. De CD&V wilde een vermogenswinstbelasting, de N-VA een hervorming van de vennootschapsbelasting. En de Open VLD pleitte dan weer voor een nieuwe wet-Cooreman-De Clercq, om de burger aan te porren om zijn spaargeld in de economie te investeren.

Geen van die structurele maatregelen heeft het akkoord gehaald. Een gemiste kans?

Peersman: Ja. Omdat de partijen elkaar niks gunden, hebben ze een politiek akkoord gesloten: elke partner moest zijn stokpaardje loslaten. Terwijl een her- vorming van de vennootschapsbelasting absoluut noodzakelijk is. Principieel ben ik ook voor een vermogenswinstbelasting, maar niet zoals de CD&V haar voorstelt. Door de vele uitzonderingen en achterpoortjes dreigt die belasting nu een slag in de lucht te worden.

Uiteindelijk heeft de regering wel een gat van 3 miljard dichtgereden. Volksgezondheid wordt met een krimp van 900 miljoen veruit het zwaarst getroffen. Ziet u daar een goede reden voor?

Peersman: Door de opeenvolgende staatshervormingen schiet van de federale begroting niet veel meer over. Justitie, politie, leger en Buitenlandse Zaken zijn de voorbije jaren al kaal-geplukt. Blijft over: de grote pot van de sociale zekerheid. Omdat men moeilijk aan de pensioenen en de uitkeringen kon raken, is de hakbijl bij Volksgezondheid gevallen.

De Europese Commissie was niet onder de indruk van het begrotingswerk, en heeft de regering berispt. Verraste u dat?

Peersman: Toch wel. De Commissie heeft zich dit jaar milder opgesteld dan de voorbije jaren, toen de budgettaire orthodoxie heilig was. Dat ze België toch op de vingers tikte, zegt iets over de kwaliteit van onze begroting. Keer op keer blijven structurele hervormingen achterwege die op lange termijn een gezonde begroting kunnen opleveren. Dat is onverantwoord. Met een schuldgraad van 107 procent van het bbp, plus torenhoge vergrijzingskosten, zijn we erg kwetsbaar. Niet op korte termijn, maar een rentestijging over pakweg tien jaar zou de begroting een mokerslag toedienen. Uitstellen tot het laatste nippertje: zo gaat het hier altijd. En dan wordt met knippen en plakken tijdens nachtelijke conclaven een akkoord ineengeflanst. Een paar uitgaven uitstellen, de inkomsten wat anders inschatten, morrelen aan financiële buffers: zo raken onze ministers wel aan hun streefcijfer. Het is broddelwerk, waarbij niet de minste rekening wordt gehouden met de neveneffecten. Als je twee miljard bespaart, heeft dat tenslotte een weerslag op de economie en de fiscale inkomsten. Dat valt allemaal te berekenen en in te plannen; het Planbureau en onze universiteiten hebben daartoe de nodige expertise in huis. Helaas wordt die niet benut.

Tekst ERIK RASPOET

‘Justitie, politie, leger en Buitenlandse Zaken waren al kaalgeplukt. En dus is de hakbijl bij Volksgezondheid gevallen.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content