Voka: ‘Onderwijs heeft geen getalm of gekibbel, maar daadkracht nodig’

© Belga

Met vijf prioriteiten voor het onderwijs wil de Vlaamse werkgeversorganisatie Voka sterke bruggen maken tussen het onderwijs en de arbeidsmarkt.

‘De ministers moeten snel werk maken van de hervorming van het secundair onderwijs, het duaal leren en de nieuwe eindtermen. Geen getalm, gekibbel of oeverloos overleg, maar beslissings- en daadkracht’, zei Voka-voorzitter Paul Kumpen bij de Voka Rentree, het jaarlijkse startevent.

Voka vraagt daadkracht van de Vlaamse regering om die brug te maken met de arbeidsmarkt. Want die blijft naast mobiliteit een probleem voor de ondernemers, aldus Kumpen.

‘Na de zomer blijft onze Vlaamse economie het goed, zeer goed doen. We horen onze bedrijven slechts klagen over twee zaken: het gebrek aan goede en geschoolde arbeidsmarkten en de mobiliteit’, zei de voorzitter.

Het gekibbel over het onderwijs moet daarom stoppen. ‘De voorbije weken en dagen is het onderwijs niet uit de media weg te slaan; vaak met het nodige gekibbel en discussie. Maar dit brengt ons niet vooruit. We moeten daarentegen bruggen bouwen tussen iedereen die het goed meent met ons onderwijs’, dixit Kumpen.

Zelf schuift de ondernemersorganisatie vijf aanbevelingen naar voren. Zo moet duaal leren – onderwijs deels op de werkvloer – ‘de norm worden, niet de uitzondering’. Ook moet de inhoud van het onderwijs meer dynamisch worden om sneller te kunnen inspelen op nieuwe ontwikkelingen.

Daarbij vraagt Voka ‘innovatieve scholen’, die de nodige beleidsruimte moeten krijgen om te kunnen experimenteren met bijvoorbeeld leren op afstand, differentiatie binnen de klas of flexibele leerwegen. Daarom ijvert ze voor ‘sterke leerkrachten en sterke directies’: zo moet de vaste benoeming naar de prullenmand om jonge, ambitieuze leerkrachten aan te kunnen trekken en de overstap vanuit de privé aantrekkelijker te maken.

Tot slot vraagt Voka een ‘doeltreffend onderwijslandschap’ met een nieuw financieringsmodel dat de focus legt op ‘wat echt nodig is voor de arbeidsmarkt’. ‘Het onderwijs moet een beetje abnormaal worden in de 21e eeuw’, voegde Hans Maertens, geledegeerd bestuurder van Voka, toe. Dat betekent duaal, internationaal, digitaal en totaal, ‘want je stopt nooit met leren’, aldus Maertens.

Eind augustus was er heel wat te doen omtrent het onderwijs, meer bepaald de eindtermen of de minimumdoelen die leerlingen moeten bereiken. Die eindtermen zijn aan vernieuwing toe. Minister van Onderwijs Hilde Crevits (CD&V) riep uiteindelijk op om het debat ‘inhoudelijk en sereen’ te voeren en om te vermijden dat het onderwijs een slagveld wordt. Ze reageerde zo op de bitse discussie tussen Lieven Boeve, de topman van het Katholiek Onderwijs, en de N-VA.

Boeve vreesde een grotere politieke inmenging via de nieuwe eindtermen en meende dat de N-VA op die manier ‘het DNA van het katholiek onderwijs vernietigt’. De politiek wil het onderwijs tot op klasniveau betonneren, klonk het, en de school krijgt te weinig ruimte.

N-VA-onderwijsspecialist Koen Daniëls counterde die kritiek. ‘Boeve wijst met een beschuldigende vinger naar de overheid als bron van vrijheidsberoving, maar gaat te gemakkelijk voorbij aan de uitgebreide leerplannen die zijn eigen koepel maakt naast alle andere documenten, richtlijnen, websites, nieuwsbrieven, studiedagen…’, schreef hij in een opiniestuk.

Partner Content