Het project Scholen van Morgen, waarmee de Vlaamse regering al jaren via publiek-private samenwerking (PPS) een inhaalbeweging rond schoolinfrastructuur wil realiseren, heeft geen positief advies gekregen van Eurostat. Integendeel in september 2010 was er een negatief advies dat op vraag van de Vlaamse regering niet werd vrijgegeven.
Dat zei Groen-fractieleider Björn Rzoska tijdens de begrotingsbespreking in het Vlaams parlement. Volgens hem heeft de regering de burger en het parlement jarenlang “een rad voor de ogen gedraaid”.
Er werd tijdens de begrotingsdebatten de afgelopen weken en maanden herhaaldelijk naar verwezen. Door de verstrengde Europese boekhoudregels, waarop Eurostat toezicht houdt, moet Vlaanderen een reeks grote investeringen die het wilde realiseren via PPS toch opnemen in de begroting (wat het tekort doet toenemen). Maar volgens Groen-fractieleider Björn Rzoska weet de Vlaamse regering al jaren dat Europa bepaalde constructies niet zou goedkeuren. Volgens Rzoska is de helft van deze besparingen in 2015 terug te brengen op PPS-projecten waarvan Eurostat in de zomer van 2010 al heeft gezegd dat de Vlaamse overheid ze moest opnemen in de eigen begroting.
“Vier jaar lang heeft men de ogen gesloten en is men door het oranje en rood licht gereden. De politieagent stond klaar om ons een boete te geven en de regeringen-Peeters hebben er alles aan gedaan om die politieagent te negeren”.
De Groen-politicus spreekt van “schuldig verzuim”.
Onlangs nog liet minister van Onderwijs Hilde Crevits in de commissie verstaan dat ze bij Europa blijft ijveren om de PPS in de scholenbouw te laten goedkeuren. De minister zei toen ook dat er bij de start van het project een “positief advies was van Europa”.
Brief van Bourgeois
Maar volgens Groen-fractieleider Rzoska blijkt nu uit een brief van minister-president Geert Bourgeois dat er geen positief advies was van Eurostat. In de brief staat onder meer: “De standpunten van 2005 zijn verleend door het INR (Instituut voor de Nationale Rekeningen, red.), niet door Eurostat”. “Eurostat verleende dus nooit een positief advies”, aldus Rzoska. “De uitspraak van CD&V-minister Crevits was dus niet correct. Dat noem ik het parlement en de bevolking een rad voor de ogen draaien. Ik ben blij dat ik het nu zwart op wit op papier heb”.
‘Misverstand’
Aan het slot van de marathonzitting in het Vlaams Parlement wees minister Crevits op een mogelijk “misverstand”. Zo ging het in 2005 inderdaad om een advies van het INR en niet van Eurostat. In dat INR-advies werd gezegd dat het project volgens het INR beantwoordt aan de Eurostat-criteria voor PPS-projecten. “Maar het klopt, dat is geen Eurostat-advies. Als ik dat zo gezegd heb in de commissie, was dat een misverstand”, aldus de minister.
Rzoska ging aan het slot van het debat nog een stapje verder. Volgens hem bestaat er wel degelijk een Eurostat-advies over de PPS-scholenbouw, maar dan uit september 2010. “Daarin staat, op basis van de vorige boekhoudregels (ESR95), dat het project moet opgenomen worden in de begroting. Maar dat advies is op vraag van de Vlaamse regering niet gepubliceerd door het INR”, aldus Rzoska.
De Groen-fractieleider roept op om de vertrouwelijkheid in het dossier “op te heffen”. “De vertrouwelijkheid wordt hier ingeroepen op een onrechtmatige manier en dat geeft me een onbehaaglijk gevoel”.
Parlementsvoorzitter Jan Peumans leek wel oren te hebben naar de suggestie van Rzoska. Ook hij vindt persoonlijk dat de regering te vaak de vertrouwelijkheid van stukken inroept.
(Belga/RR)
