Vlaamse parlementsleden die vrijwillig stoppen, krijgen niet langer uittredingsvergoeding

(Belga) Vlaamse parlementsleden die vrijwillig hun mandaat stopzetten, zullen in de toekomst geen uittredingsvergoeding meer krijgen. Daarnaast wordt het loon van de parlementsvoorzitter verlaagd tot het niveau van dat van de minister-president van de Vlaamse regering, plus één symbolische euro. Dat is alvast afgesproken op de vergadering van de werkgroep die de parlementaire vergoedingen in het Vlaams parlement onder de loep neemt.

De discussie over de uittredingsvergoedingen en andere parlementaire vergoedingen laaide enkele weken geleden op toen bekendraakte dat Open Vld’er Sven Gatz, die zijn mandaat in het Vlaams parlement inruilde voor een job in de biersector, een uittredingsvergoeding van zo’n 300.000 euro kreeg. De zaak veroorzaakte heel wat heisa en Gatz liet weten dat hij afzag van zijn vergoeding. Op een vergadering van de betrokken werkgroep onder leiding van CD&V’er Carl Decaluwé is maandag afgesproken dat parlementsleden die vrijwillig hun mandaat neerleggen, ook geen recht hebben op een uittredingsvergoeding. Daarnaast wil men het loon van de parlementsvoorzitter verlagen tot het niveau van dat van de Vlaamse minister-president, plus één symbolische euro omdat de parlementsvoorzitter “de eerste burger van Vlaanderen is”, zo legt Decaluwé uit. Voorts komt er binnen de drie maanden een benchmarking rond de vergoedingen en pensioenen van de parlementsleden. Op basis van die benchmarking zullen de vergoedingen en pensioenen van de Vlaamse volksvertegenwoordigers worden bijgestuurd. (DRM)