Vier lessen uit de rectorverkiezing van de Gentse Universiteit

Sarah De Saeger, Guido Van Huylenbroeck , Rik Van de Walle en Mieke Van Herreweghe © Belga
Ann Peuteman

Iedereen is het erover eens dat de vaudeville van de afgelopen maanden aan de UGent niet voor herhaling vatbaar is. Er kunnen alvast een paar stevige lessen uit worden getrokken. Vier zelfs.

Nu ook een tweede stemcyclus geen rector heeft opgeleverd, bevindt de Gentse universiteit zich in een impasse. Rik Van de Walle, tot een paar weken geleden nog de gedoodverfde winnaar, is gestruikeld over zijn pogingen om zijn tegenstanders aan zijn kant te krijgen met de belofte van een job als vicerector. Ondertussen hebben academici en andere personeelsleden het zo gehad dat ze binnenkort elke min of meer fatsoenlijke kandidaat-rector aanvaardbaar zullen vinden. Zelfs als dat Anne De Paepe is. Een paar maanden geleden werd de afscheidnemende rector nog publiekelijk uitgespuwd door mensen die het nu niet eens zo’n slecht idee meer vinden dat ze nog een paar maanden of zelfs een jaar zou aanblijven. Komende vrijdag bespreekt de raad van bestuur hoe het verder moet met de UGent. In elk geval is iedereen het erover eens dat de vaudeville van de afgelopen maanden niet voor herhaling vatbaar is. Er kunnen alvast een paar stevige lessen uit worden getrokken. Vier zelfs.

1. Zorg voor een stemprocedure die op alles is voorbereid

Als een overheid een procedure uitwerkt voor de verkiezing van de rector van een grote universiteit, zou je mogen verwachten dat die sluitend is.

Als een overheid een procedure uitwerkt voor de verkiezing van de rector van een grote universiteit, zou je mogen verwachten dat die sluitend is. Met andere woorden: dat er rekening is gehouden met alle mogelijke scenario’s. Maar dat is dus niet gebeurd. De nieuwe kiesprocedure van de UGent gaat van te veel veronderstellingen uit. Zo dacht men dat kandidaten die keer op keer het onderspit zouden delven zich op den duur terug zouden trekken, ook als hun opponent geen tweederdemeerderheid had behaald. Zo is het in de praktijk niet gelopen. Daarnaast ging men ervanuit dat als er maar één duo meer zou overblijven dat meteen een tweederdemeerderheid zou behalen. Ook dat bleek niet te kloppen. Maar het allergrootste manco is wellicht dat er geen noodscenario klaarlag voor als er na al die stemrondes nog altijd geen winnaar zou zijn en ook de laatste kandidaat zou afhaken. Met de huidige impasse tot gevolg.

2. Wees nooit te zegezeker (of laat dat toch niet blijken)

Tot ver buiten de UGent was het al jaren een publiek geheim dat Rik Van de Walle zich warmliep voor het rectorschap. Net voor de campagne in het voorjaar van start ging, beweerden zijn medestanders dat de buit zo goed als binnen was: hij had een opvallend breed draagvlak, zowel bij studenten als bij academici en niet-academisch personeel en dan ook nog eens over (haast) alle partijgrenzen heen. Bovendien had zo goed als iedereen het op dat moment gehad met rector Anne De Paepe, van wie hij zich duidelijk distantieerde. Ook toen er op de valreep nog een tegenkandidaat opdook, bleef Van de Walle de grote favoriet. Ondanks zijn bescheiden uitlatingen in de media kwam hij binnen de universiteitsmuren wel erg zegezeker over, en daar kunnen ze aan de UGent niet tegen. Vraag maar aan Freddy Mortier.

3. Denk niet te snel dat je je kiezers kent

Een verkiezing beslechten door tegenkandidaten om te kopen met postjes? Dat hadden ze gedacht!

Nog voor de allereerste stemronde van start was gegaan, waagden ze zich aan de UGent massaal aan voorspellingen: Rik Van de Walle en zijn secondant Mieke Van Herreweghe zouden een drietal rondes nodig hebben om de sleutel van het rectoraat te veroveren. Maar het liep dus anders: de kiezers hielden vast aan hun initiële stem waardoor de verhouding ronde na ronde dezelfde bleef en het duo ook na vijf stemrondes nog geen tweederdemeerderheid behaalde. In een poging de boel wat te versnellen (en daadkracht uit te stralen wellicht) probeerde Van de Walle het andere duo, Guido Van Huylenbroeck en Sarah De Saeger, aan zijn kant te krijgen door hen de functie van vicerector aan te bieden. Hoewel dat nog niet zo gek bedacht was (de UGent zou best meer dan één vicerector kunnen gebruiken en in het kiesprogramma van Van Huylebroeck en De Saeger stonden valabele ideeën), reageerde de tot dan toe behoorlijk voorspelbare kiezers als door een wesp gestoken. Een verkiezing beslechten door tegenkandidaten om te kopen met postjes? Dat hadden ze gedacht! Het gevolg was dat heel wat proffen en andere personeelsleden weigerden nog een stem uit te brengen of blanco stemden. En de studenten? Velen van hen brachten in volle examentijd van pure baldadigheid een blanco stem uit.

4. Als je een systeem wil veranderen, moet je ook consequent zijn

Logebroeders staan lijnrecht tegenover notoire katholieken. Dat was naar verluidt het grote probleem van de UGent en volgens allerlei (steeds minder anonieme) bronnen moest het eindelijk uit zijn met die clanvorming. Daarbij vergaten ze dat nogal wat professoren zich maar al te graag in die tweedeling wentelen als hen dat uitkomt. Hebben ze die beurs niet gekregen of grijpen ze naast een benoeming? Dan heeft dat niets met hun merites te maken en alles met het feit dat ze geen lid zijn van een loge (of net wel). Maakt een collega pijlsnel carrière? Dan komt dat doordat hij geregeld samenkomsten van proffen van CD&V-signatuur frequenteert. Ondertussen proberen velen in tijden van nood of krapte aanspraak te maken op de loyaliteit van gelijkgestemde zielen. Ook de kandidaat-rectoren waren op dat vlak allesbehalve consequent. On the record protesteerden ze zwakjes tegen het respectievelijk katholieke en vrijzinnige hokje waarin ze werden ondergebracht maar zich daar écht van distantiëren deden ze toch ook niet. Stel je voor dat ze hun achterban tegen de haren in zouden strijken.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content