Bart Maddens (KU Leuven)

‘Verbod op boerkini’s of onverdoofd slachten, is dat waar generaties flaminganten voor hebben gestreden?’

‘De hele Vlaamse Beweging lijkt ten prooi gevallen aan een soort van institutionele slaapziekte’, schrijft politicoloog Bart Maddens (KU Leuven). ‘Ze is te zwak om het communautaire opnieuw op de agenda te plaatsen.’

Hoe komt het dat Dries Van Langenhove en consoorten niet over Vlaamse onafhankelijkheid spreken? Een journalist van Le Soir stelde me die vraag na het losbarsten van de Schild & Vrienden-affaire. Dat was me zelf ook al opgevallen. Het ging daar over identiteit, het traditionele gezin, weerbaarheid, gesloten grenzen, enzovoort. Maar nauwelijks over de klassieke communautaire eisen.

Dat fenomeen beperkt zich niet tot Schild en Vrienden. De hele Vlaamse Beweging lijkt ten prooi gevallen aan een soort van institutionele slaapziekte. Over confederalisme of onafhankelijkheid wordt amper nog gerept. Laat staan dat er naarstig wordt gewerkt aan lijstjes van bevoegdheden die bij een volgende staatshervorming moeten worden overgedragen. Het zijn tegenwoordig eerder de Belgischgezinden die zulke lijstjes maken. Maar dan wel met bevoegdheden om te herfederaliseren.

Verbod op boerkini’s of onverdoofd slachten, is dat waar generaties flaminganten voor hebben gestreden?

Zelfs een Vlaamsgezind vakblad als ’t Pallieterke besteedt tegenwoordig beduidend minder aandacht aan communautaire thema’s. Het is niet ik die dat zeg, maar wel hoofdredacteur Karl Van Camp. ‘Wie door ’t Pallieterke bladert, zal ook zien dat wij minder hebben geschreven over de Vlaamse zaak. Dat is niet het gevolg van een beleidslijn, het gebeurt spontaan’, zei hij in april in Knack.

Hoofdoorzaak daarvan is natuurlijk de communautaire stilstand. Voor het eerst in de geschiedenis zijn het niet de unitaristen, maar wel de Vlaams-nationalisten zelf die de institutionele problemen onder de mat vegen. De N-VA houdt zich scrupuleus aan de communautaire omerta in de federale regering. Maar ook van de Vlaamse regering gaat geen enkele communautaire dynamiek uit, ook al wordt die geleid door een Vlaams-nationalist. Waar is de tijd dat Luc Van den Brande het Vlaamsgezinde tegenwicht vormde voor de Belgische Jean-Luc Dehaene? Vandaag schikt Geert Bourgeois zich in een ondergeschikte rol. Hij staat erbij en kijkt ernaar als Charles Michel op het Vlaamse terrein komt met zijn investeringsplan.

De Vlaamse Beweging zelf is te zwak om het communautaire opnieuw op de agenda te plaatsen. Dat komt deels omdat de N-VA de beweging heeft leeggezogen. De partij heeft tal van topspelers weggehaald om hen vervolgens werkloos op de bank te zetten. De N-VA is een gouden kooi voor flamingantisch talent.

Ook vroeger gebeurde het serieuze communautaire studiewerk niet in Vlaamsgezinde verenigingen, maar wel in de Vlaamsgezinde partijen en op hun kabinetten. Helaas is dat vandaag helemaal stilgevallen. ‘Objectief V 2.0’ leidt een wel heel obscuur bestaan in de catacomben van het N-VA partijhoofdkwartier. In die mate zelfs dat ook Geert Bourgeois er geen flauw benul van heeft waar dat centrum mee bezig is.

De N-VA is een gouden kooi voor flamingantisch talent.

Enkel de oprichters van het oorspronkelijke Objectief V doen nog een inspanning om het communautaire debat te voeden. Hendrik Vuye en Veerle Wouters maken in hun boeken een vlijmscherpe diagnose van het Belgisch ‘model’. Maar dit resoneert amper in de media, ook omdat de N-VA het thema doodzwijgt.

De communautaire moeheid kan volgens Vuye en Wouters bovendien niet los gezien worden van een toenemende obsessie met de Islam, ook binnen de Vlaamse Beweging. Flaminganten lijken hun actieterrein naar die religieuze breuklijn te verleggen. Daar is zeker iets van aan, en wordt ook bevestigd door het Schild & Vrienden-verhaal. Voor veel flaminganten lijkt er ineens iets veel belangrijkers op het spel te staan dat de Vlaamse autonomie, de transfers naar Wallonië, of zelfs de bescherming van het Nederlands. Dat is onze ‘identiteit’ en dat zijn onze westerse ‘normen en waarden’.

Is het verdedigen van de Vlaamse identiteit trouwens niet de essentie van het Vlaams-nationalisme? Zo verdedigde de N-VA zich toen ze vorig jaar kritiek kreeg op de beslissing om het confederalisme te laten vallen als campagnethema. Niets aan de hand, want ‘identiteit’ is in wezen even communautair als ‘confederalisme’, toch?

In het identitaire anti-Islam discours kun je ‘Vlaams’ probleemloos door ‘Belgisch’ vervangen?

Het is een bizarre redenering. Dat een man een hand moet geven aan een vrouw, dat er niet onverdoofd mag worden geslacht, dat er niet in boerkini mag worden gezwommen, zijn dat dan ineens communautaire eisen? Is het dat waarvoor generaties flaminganten hebben gestreden? Is dat nu ineens de supreme doelstelling van de Vlaamse Beweging? Op die manier krijgt de Vlaamse strijd een wel heel vage en oneigenlijke invulling. Want in het identitaire anti-Islam discours kun je ‘Vlaams’ probleemloos door ‘Belgisch’ vervangen.

In werkelijkheid zwijgt de N-VA over het confederalisme omdat dit haar verdere regeringsdeelname zou kunnen hypothekeren. Via de focus op identiteit probeert de partij de klassieke flaminganten toch nog aan boord te houden, ondanks de communautaire abdicatie. Maar het identitaire anti-islamdiscours kan nooit een ersatz zijn voor de klassieke Vlaamse eisen. De Vlaamse Beweging mag zich hierdoor niet in slaap laten wiegen. Ze mag niet toegeven aan de institutionele lethargie. Met de beperkte middelen die ze heeft moet ze blijven inzetten op haar kerntaken: de verdediging van het Nederlands en het streven naar meer Vlaamse autonomie.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content