Vandenbroucke pleit voor pensioenhervorming

© Belga

De Belgische pensioenen zullen in 2060 dezelfde verhouding tot het gemiddelde loon hebben als in 2013, zo blijkt uit een recent rapport van de Europese Commissie. Toch dringt zich een grondige hervorming van ons pensioenstelsel op, meent Frank Vandenbroucke.

De Belgische pensioenen zullen in 2060 dezelfde verhouding tot het gemiddelde loon hebben als in 2013, zo blijkt uit een recent rapport van de Europese Commissie. Maar dat betekent niet dat zich geen grondige hervorming van ons pensioenstelsel opdringt. Dat zei professor en oud-SP.A-minister Frank Vandenbroucke in de Kamercommissie Sociale Zaken. Hij kwam daar als voorzitter de conclusies van de commissie Pensioenhervorming 2020-2040 toelichten.

Puntensysteem

De commissie pleit voor de uitbouw van een puntensysteem, waarbij men punten verzamelt voor de jaren die men werkt. Ze is geen voorstander van een integratie van de drie stelsels – werknemers, ambtenaren, zelfstandigen – maar wel van gemeenschappelijke principes. Wat is een jaar werken? Is de leeftijd, dan wel de duur van de carrière van belang?

Dat de verhouding tussen de hoogte van het pensioen (de eerste pijler) en van het inkomen tegen 2060 niet zal wijzigen, is goed nieuws voor de meeste lidstaten. Maar dat zegt niets over de kwaliteit van het Belgische pensioen, dat aan de lage kant is, aldus Vandenbroucke. In welke mate dat men het pensioen wil opkrikken, is een keuze die de politiek moet maken.

Pensioenbonus

Voor Vandenbroucke was de afschaffing van de pensioenbonus een slechte maatregel. “Men vraagt de mensen om langer te werken, maar tegelijk schaft men de pensioenbonus af”, klonk het. Hij pleitte ervoor om de pensioenbonus in een systeem te integreren waarin ook negatieve effecten zitten voor wie vroegtijdig uit de arbeidsmarkt treedt. Vandenbroucke zei zich te realiseren dat dit een delicaat punt is, bij gebrek aan politieke steun, en wees er ook op dat de kwaliteit van de pensioenen voldoende hoog moet zijn. Voor hem kan het principe van de herwaardering van pensioenen, die destijds door de regering-Dehaene II als besparingsmaatregel was afgeschaft, hersteld worden.

Een herinvoering van het oude systeem is echter niet realistisch omdat dit de pensioenuitgaven met 16 procent zou doen toenemen. Wat de rendementsgarantie voor de tweede pijler betreft, vond de voorzitter van de Pensioencommissie dat er redenen zijn om het niveau van deze garantie te herbekijken. Tegelijk dient er volgens hem echter ook transparantie te zijn over de kosten van het systeem voor de verzekeraars, wat vandaag niet het geval is.

Stijgen ambtenarenpensioen

Heel wat volksvertegenwoordigers reageerden verbaasd op de uitspraak van Vandenbroucke dat de ambtenarenpensioenen ook nog de komende jaren zullen stijgen. Dat heeft volgens hem voor een deel te maken met het feit dat de regering wel de toegang tot het systeem van diplomatiebonificatie geleidelijk laat uitdoven, maar niet het effect op de berekening van het ambtenarenpensioen. Vandenbroucke erkende dat dit een zeer moeilijk debat is omdat het niet los gezien kan worden van het feit dat men in overheidsdiensten vaak niet lang genoeg kan werken om volledige pensioenrechten op te bouwen.

De commissie Pensioenhervorming meent dat de sociale partners de beheerders moeten blijven van het pensioensysteem, ook al pleit de commissie eveneens voor een financiering via de inkomens. Vandaag is er overigens ook een deel alternatieve financiering, gaf Vandenbroucke mee. Hij ging nog in op het aanvullende advies dat de commissie in april gaf over de zware beroepen en deeltijds pensioen.

Hervormingsproces

Het besluit was dat de regering eerst een goed gestructureerd hervormingsproces dient uit te werken, dat moet garanderen dat de samenhang tussen verschillende onderdelen van de hervorming en de chronologie van de hervormingen bewaakt wordt. (Belga/WB)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content