Ludo Bekkers

‘Van “portrettentrekkers” tot geschoolde fotografen: Afrikaanse fotografen in opmars’

Ludo Bekkers Kunst- en fotografierecensent

Straatfotografie, portretten, impressies en zelfs modefotografie… Je vindt het ook in Afrika terug met dien verstande dat ze geïnspireerd zijn en doordrongen van hun eigen identiteit.

Het is opvallend dat de laatste jaren de Afrikaanse fotografie in opmars is. Net zoals met de Rencontres d’Arles werden fotofestivals gecreëerd in Bamako (Mali) en Laos die Afrikaanse fotografen samen brachten en de aandacht trokken van de westerse wereld. Stilaan verdween bij de inlandse bevolking de weerstand tegen het fotograferen, vooral dan van personen, omdat vroeger gedacht werd dat een portretfoto de persoonlijkheid van de persoon in kwestie daardoor weggenomen werd. Een gevolg van tribale en voorvaderlijke angsten die door, vaak gedrogeerde, medicijnmannen werd verspreid. Maar die pre-koloniale gebruiken hebben hun tijd gehad en nu is fotografie, zeker in de steden en grotere centra, gemeengoed geworden. De ambachtelijke plaatselijke “portrettentrekkers” die hun functie hadden en die interessant materiaal leverden aan antropologen, zijn nu vrijwel verdwenen en hebben plaats gemaakt voor geschoolde fotografen die op een andere manier een inventaris wilden maken van hun landgenoten.

Uiteraard is er een verschil tussen Afrikaanse en westerse fotografen omdat ze nu eenmaal in andere continenten wonen waar zowel de natuur, de mensen en de leefomstandigheden vrij grondig van elkaar verschillen. Maar een gemeenschappelijk element is de betrachting om, zowel technisch als esthetisch, een reeks beelden te maken die hun eigen wereld weergeven. Straatfotografie, portretten, impressies en zelfs modefotografie vinden we ook in Afrika terug met dien verstande dat ze geïnspireerd zijn en doordrongen van hun eigen identiteit. En problematiek. Neem nu Laos zelf, de economische hoofdstad van Nigeria waar de bevolking op 21 miljoen wordt geschat. Zo’n immense stad in Afrika is niet dezelfde als andere megapolissen in Azië, Amerika of Saudi-Arabië. De meeste Afrikaanse hoofdsteden werden gebouwd door de kolonialen, liefst in hun eigen vertrouwde stijl. De dekolonisering liet weliswaar de gebouwen achter maar die werden al snel bezet en aangepast door de inboorlingen. Tot die, onder leiding van een eigen bestuur, vervangen werden door een nieuwe aangepaste architectuur en vooral door een specifiek urbanistisch patroon. Wanneer we praten over stadsfotografie in Afrika dan gaat het vooral om de indrukken die zo’n drukke megapolis op de inwoners nalaat en die de fotografen weergeven of interpreteren.

Cynische noot

Het is trouwens opmerkelijk hoe velen zich er toe voelen aangetrokken in de meest brede zin. Maar er is toch wat meer aan de hand. Men krijgt de indruk dat dit soort fotografie – het leven in de stad – ook een kritische component inhoudt. De fotograaf neemt niet zo maar waar maar gaat interpreteren en daarin zit de soms cynische noot verborgen. Het is haast een cliché geworden maar ook hier, in Lagos, confronteert de fotograaf ons met de discrepantie tussen de hypermoderne wolkenkrabbers en de Afrikaanse favella’s die er onder woekeren. Een fotoduo legde zich toe op fotomontage en toont imaginaire stadsgezichten in de verre toekomst waar mannelijke personages vervreemd in ronddolen. Een andere fotograaf werkte aan een subtiel fotografisch essay “The Human condition” waar een jong stel toenadering zoekt, zich verwijderd en toch weer samenkomt tegen de achtergrond van een betonnen brug onder een autosnelweg. O zo menselijke gevoelens tegen de harde achtergrond van een meedogenloze grootstad.

Dit soort engagement is de bril waardoor we dit fotomateriaal moeten bekijken maar er zijn nog andere facetten van de fotografie die de moeite waard zijn. Neem nu David Uzochukwu die in Oostenrijk en het rurale Luxemburg opgroeide. Hij werd daar gepest om zijn nochtans bleke huidskleur maar niettemin met Afrikaanse trekken (het wordt niet expliciet vermeld of hij kind was van een gemengd huwelijk). Die traumatische ervaring vertaalde hij in een reeks foto’s waarin hij beelden toont van zichzelf in diverse situaties maar besmeurd met zwarte verf.

Iké Udé is een modefotograaf die aan “sterren” uit de show- en televisiewereld vroeg om in klassieke of wat extravagantere pakken te poseren. Het zijn zowel informatieve als intrigerende beelden. Een andere modefotograaf, Kadara Enyeasi, werkt in zwart-wit met één mannelijk model en slaagt er in een heel artistieke en persoonlijke vorm te vinden om een bepaald kledingstuk tot onderwerp te nemen.

De tentoonstelling met 24 fotografen, Afrikaanse en internationale, laat een grote diversiteit van onderwerpen en stijlen zien. De beeldkwaliteit is equivalent aan wat we in het Westen kennen. Wat verschilt is, buiten de specifieke context, de onnadrukkelijke maar wel aanvoelbare ambiguïteit tussen realiteit en heimwee naar een verleden dat voor de jonge generatie alleen maar mythe is.

Tentoonstelling : “Dey your Lane !” Brussel, BOZAR. Nog tot 4 september.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content