Tot drie jaar cel voor invoer van 478 kilo hasj

(Belga) De Antwerpse strafrechter heeft in een zaak rond de invoer van 478 kilo hasj twee telefoontapbeschikkingen nietig verklaard, omdat ze onvoldoende gemotiveerd waren. Al het bewijs dat eruit voortvloeide werd geweerd. De observaties – die los stonden van de taps – leverden echter genoeg bewijs op om de verantwoordelijken te veroordelen. Mohammed B. kreeg drie jaar cel, waarvan twee jaar effectief, en Abdellatif E.K. twee jaar cel, waarvan zestien maanden effectief.

De douane controleerde op 13 juni 2012 een container met vazen. In de panelen van de kratten waren gaten geboord en daarin staken pakjes hasj. Uit verder onderzoek bleek dat een Marokkaanse man – later geïdentificeerd als Abdellatif E.K. – zich in de haven had aangeboden om de container te laten uitklaren. Het gsm-nummer dat hij achterliet werd afgeluisterd, maar doordat de toelating daarvoor onvoldoende gemotiveerd werd door de onderzoeksrechter, mocht het bewijs dat eruit voortkwam niet gebruikt worden. De politie had echter ook observaties uitgevoerd en die leverden genoeg bewijs op om de beklaagden aan de container te linken. Ze werden opgepakt nadat hij in Aartselaar was afgeleverd. Abdellatif E.K. verklaarde dat Mohammed B. hem in Marokko gevraagd had om de container te laten uitklaren. Hij wist niet dat er hasj in zat, maar dat vond de rechtbank niet geloofwaardig. Mohammed B., die eveneens ontkende, stond volgens de rechtbank in contact met de opdrachtgevers, die niet geïdentificeerd konden worden. (JDH)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content