Sven Gatz: ‘Weinig aandacht voor Cultuur geen nadeel, maar kans voor eigen klemtonen’

Sven Gatz © BELGA
Annelies Van Erp
Annelies Van Erp Medewerker van ngo Memisa

Kersvers Vlaams minister voor Cultuur, Media en Jeugd Sven Gatz (Open VLD) ziet geen graten in de onderbelichting van Jeugd en Cultuur in het regeerakkoord. ‘Zo kan ik mijn eigen klemtonen leggen en inspelen op de actualiteit.’

Uw benoeming kwam voor iedereen als een verrassing. Uw band met Brussel en Cultuur (via de Brouwersunie) is duidelijk, maar wat is uw affiniteit met Media?

Sven Gatz: “Mijn affiniteit met media is beperkt, dat wil ik niet verstoppen. In 1993 lag ik mee aan de basis van de oprichting van TV-Brussel. Daarna heb ik de thematiek gevolgd als iedere Belg of Vlaming. Al besef ik natuurlijk wel dat er de laatste decennia heel wat veranderd is. Media zijn veel ruimer dan televisie alleen. Onder meer door de digitale evolutie staat het medialandschap niet stil. De vraag blijft hoe kan je deze evolutie inbedden zonder dat alleen enkele grote spelers er belang bij hebben.”

“De invloed van een Vlaamse minister van Media wordt volgens mij ook steeds kleiner. Internationale spelers worden steeds belangrijker en geven mee vorm aan het medialandschap.”

Over grote spelers gesproken, onder meer de uitbreiding van Telenet zal een uitdaging worden voor de volgende Vlaamse minister van Media.

Gatz: “Grote inhoudelijke uitspraken wil ik nu nog niet doen. Zoals alle ministers zal ik eerst nog wat moeten studeren. En daar is niets mis mee. Nadien wil ik met alle spelers zoals Telenet rond de tafel gaan zitten. Zodat ik de vraagstukken, ik noem het bewust geen problemen, kan bespreken. Want nieuwe evoluties vragen nieuwe uitkomsten.”

De Vlaamse regering zal voornamelijk een besparingsregering zijn, hoe wilt u deze besparingen verantwoorden tegenover de culturele sector?

Gatz: “Er zal inderdaad bespaard worden, maar we moeten niet meteen het ergste verwachten. Uiteraard zijn er uitdagingen wat de budgettaire verdeling betreft. Maar ook in tijden van economische hoogconjunctuur, is de culturele sector vragende partij wat betreft financiële middelen. En iedereen heeft ondertussen wel door dat we op dit moment niet in zo’n situatie zitten.”

“Ik verwijs graag naar de aanpak van Patrick Dewael, toen hij minister van Cultuur was. Hij noemde het de warme hand, analoog naar de onzichtbare hand van Adam Smith. Volgens hem moet een Cultuurbeleid meer inhouden dan enkel subsidies uitreiken. Er moet een verhaal gecreëerd worden. Zo kan er gekeken worden hoe andere landen het aanpakken. In de Angelsaksische wereld bijvoorbeeld, kan de sector veel minder rekenen op de overheid en krijgt ze steun van private initiatieven.”

“Ik besef dat de meest kritische personen in de cultuursector actief zijn. En dat is niet erg. Het mag af en toe is goed botsen, dat versterkt de inhoudelijke discussie.”

Een Vlaamse minister voor Media heeft steeds minder invloed

Sven Gatz

U maakt deel uit van een centrumrechtse regering onder leiding van Geert Bourgeois. In het verleden botste het wel eens met hem. Wilt u nu een links evenwicht bieden ?

Gatz: “Verschillende mensen proberen mij in die positie te schuiven, maar dat is zeker geen bewuste rol die ik wil spelen. Zowel Geert Bourgeois als ik zijn intussen politiek gegroeid. Het voordeel is dat we elkaar goed kennen. Maar veel belangrijker is dat er een goed regeerakkoord werd gevormd, dat ik dan ook loyaal wil uitvoeren.”

Had u niet liever zelf mee onderhandeld over dat akkoord, of op zijn minst iemand van uw partij?

Gatz: “De klemtonen van deze herstelregering liggen sowieso op het sociaaleconomische en budgettaire aspect. En tegelijkertijd is de intrede van Open VLD in de Vlaamse regering, verbonden met de vorming van een federale regering. Hoewel het regeerakkoord uiteraard nog steeds een lijvig document is, moet er steeds ruimte gelaten worden om te kunnen inspelen op de actualiteit. Ook wat mijn domeinen betreft staat niet alles gedetailleerd beschreven, zodat er nog ruimte vrij is om op urgente situaties in te spelen. Een regeerakkoord wordt in enkele weken besproken, terwijl het gaat over een beleid dat vijf jaar lang zal gevoerd moeten worden.”

Al kan dit ook beschouwd worden als een gebrek aan interesse voor Cultuur en Jeugd?

Gatz: “Op dit moment liggen de uitdagingen voornamelijk op het sociaaleconomische niveau. Hoewel dit geen deel uitmaakt van mijn bevoegdheden, mag je niet blind zijn voor de prioriteiten, dat zou onverantwoord zijn. Al heeft het natuurlijk wel gevolgen, die iedereen voelt. Door de budgettaire zaken naar voor te schuiven, staan andere departementen minder in de schijnwerpers. Maar ik zie dat niet als een nadeel, maar eerder als een kans, een vrijheid om eigen klemtonen te leggen.”

U keert na drie jaar in de bedrijfswereld terug naar de politiek. Zal u zaken nu anders aanpakken?

Gatz: “De afgelopen drie jaar, was ik niet rechtstreeks actief in de bedrijfswereld, maar als directeur van de Brouwersunie gold ik als een tussenschakel. Ik heb de bedrijfswereld beter leren kennen en een netwerk uitgebouwd. Drie jaar geleden dacht ik dat deel twee van mijn loopbaan begonnen was, maar misschien is dit pas deel twee van mijn loopbaan, en waren de drie jaar als directeur een intermezzo.”

“Ik ben uit de politiek gegaan omdat ik als parlementslid niet altijd kon verwezenlijken wat ik wilde. Als minister heb ik een grote vrijheid. De portefeuille die ik toegewezen kreeg, is een godsgeschenk voor mij. Al besef ik wel dat het een energievretende functie is. Ik wil veel mensen ontmoeten, maar mag tegelijkertijd de bredere context niet uit het oog verliezen.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content