Stadsdossier Brussel – ‘Dikke Mich in het stadhuis’

© Eric Herchaft

Van alle burgemeesters die de hoofdstad heeft gekend, was wijlen Michel Demaret (PSC) ongetwijfeld de meest excentrieke: een goed in het vlees zittende ex-uitsmijter die zich met de steun van zijn politieke beschermheer Paul Vanden Boeynants opwerkte tot burgemeester van Brussel.

Van alle burgemeesters die de hoofdstad heeft gekend, was wijlen Michel Demaret (PSC) ongetwijfeld de meest excentrieke: een goed in het vlees zittende ex-uitsmijter die zich met de steun van zijn politieke beschermheer Paul Vanden Boeynants opwerkte tot burgemeester van Brussel. De ster van wijlen Michel Demaret (1944-2000) blonk al aan het firmament lang voor hij het tot burgemeester van Brussel schopte. Begin de jaren zeventig vertolkte hij ongevraagd de hoofdrol in een RTBF-reportage waarin de draak werk gestoken met het trage functioneren van de Belgische ambtenarij.

De man komt sympathiek over, maar krijgt naderhand last met zijn superieuren. Die kunnen de vrijmoedige grappen van de kleine ambtenaar over de publieke dienstverlening maar matig waarderen, zo staat te lezen in Michel Demaret, un ‘drol’ de bourgmestre van journalist Julien Semninckx, waarin de hele episode in detail wordt beschreven. De televisiekijkers denken daar duidelijk anders over en sturen bakken fanmail naar de dikke meneer met de snor.

‘Monsieur 10 pourcent’

Michel Demaret, geboren in een arm gezin met vier kinderen, kreeg een katholieke opvoeding en groeide op in Neder-Over-Heembeek. Als politicus werd hij geminacht door het hoofdstedelijke establishment, maar hij was geliefd bij de kleine man. Demaret was geen intellectuele hoogvlieger, veeleer een uitbundige Robin Hood, razend populair in de Brusselse arbeidersbuurten.

Zijn politieke carrière lang – van 1977 tot aan zijn dood in 2000 – regelde en ritselde hij dat het een lieve lust was: voor de gewone man een sociale woning of een baantje, met een stevige electorale basis tot gevolg; voor zichzelf, als ‘monsieur 10 pourcent’, een stevige zwarte kas, gespijsd met commissielonen en smeergeld van betonboeren die hij hielp om hun wilde vastgoeddromen waar te maken.

Portier in uniform

Van luiheid kon je Demaret niet beschuldigen. In 1966 ging hij, nog steeds werkend bij de Pensioendienst, aan de slag als portier bij de beroemde dancing La frégate in de Nieuwstraar, alwaar hij, gestoken in het uniform van een marineofficier, ongewenste gasten buiten de deur moest houden. Meer dan tien jaar zou hij dat volhouden, tot in 1977, het jaar waarin hij schepen werd.

VDB

Zijn spectaculaire politieke opgang had Demaret te daken aan voormalig eerste minister Paul Vanden Boeynants. VDB vertegenwoordigde de rechterzijde van de PSC, terwijl de sociaal bewuste Demaret een product was van de christelijke arbeidersbeweging. Maar los van dat verschil in politieke strekking hadden beide heren heel wat gemeenschappelijks, met name een zwak voor vriendjespolitiek, projectontwikkelaars en grote stapels zwart geld.

Superschepen

Vanaf 1988 was Demaret een invloedrijke superschepen, met enorme bevoegdheden in zin portefeuille. Als op 10 april 1993 de zwaar zieke socialistische burgemeester Hervé Brouhon overlijdt, doet aanvankelijk de naam van de Freddy Thielemans de ronde om hem op te volgen. Die krijgt evenwel geen meerderheid achter zich. Een week later lukt het Demaret wel.

Toenmalig PSC-voorzitter Gérard Deprez was er niet gerust op. ‘Ik heb Demaret op dat moment in mijn kantoor geroepen en gezegd: ik wil je carrière niet fnuiken, maar als de geruchten die over jou rondgaan kloppen, lig je onverbiddelijk buiten.’ Voor het overige was Demaret ‘een charmant en innemend man’, aldus Deprez. ‘Maar met zijn normbesef was duidelijk iets niet in de haak.’

Debiele kletskoek

Lang zal Dikke Mich het als burgemeester niet uitzingen. Een hallucinerend interview met Pascal Vrebos in Le Soir Illustrée doet hem al in 1994 – Demaret was nog geen jaar in functie – de das om. Pagina’s lang debiele kletskoek en schuine grappen. Het was maar om te lachen, zei Demaret achteraf, maar toen was het al te laat.

Maar het stompzinnige interview, een burgemeester van Brussel onwaardig, was niet de enige en zeker niet de voornaamste reden voor Demarets voortijdige politieke exit. Dat was namelijk een gerechtelijk onderzoek van de Brusselse onderzoeksrechter Van Espen naar corruptie bij een openbare aanbesteding van straatnaamborden.

Han Renard

Het volledige stadsdossier Brussel, en het volledige verhaal achter ‘Dikke Mich’, leest u in de extra stadsbijlage van Knack van 6 juni 2012.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content