Slecht weer halveert aantal nachtvlinders

(Belga) Door het vochtige en koude weer zijn er halverwege juni minder dan de helft van een normaal aantal nachtvlinders gezien, en ook veel minder verschillende soorten. Dat meldt Natuurbericht.be. Ook vogels die zich te goed doen aan de rupsen moeten op zoek naar ander voedsel.

“Maart was zachter dan gewoonlijk en we telden het hoogste aantal voorjaarsuilen (nachtvlindersoort) van het jaar”, aldus Marc Herremans van Natuurpunt. “Ook de winter was niet zo hard en we vermoedden een goed jaar, maar het weer in april en mei was slecht.” Normaal zouden halverwege juni de hoogste aantallen en de grootste diversiteit nachtvlinders gezien moeten worden. “Nachtvlinders houden van warme vochtige nachten, maar het is te vochtig en de poppen verrotten.” In het Vlaams-Brabantse Zichem wordt op een gestandaardiseerde manier onderzoek gedaan naar nachtvlinders. “Normaal is een topnacht in het hoogseizoen goed voor 200 tot 300 nachtvlinders per val, maar in 2012 werden na 1 april zelden meer dan 100 exemplaren gevangen. Zelfs tijdens ideale zachte, vochtige nachten zonder maanlicht, zoals de nacht van 19 op 20 juni, worden 200 nachtvlinders per val niet gehaald. Ook de soortendiversiteit, normaal 50 tot 100 per val, ligt een pak lager.” Van de nachtvlindersoort ‘worteluil’ bijvoorbeeld werden tot 20 juni 1.195 exemplaren geteld, terwijl er dat 4.333 (2010) waren en 5.713 (2011). Van een andere soort, de ‘vuursteenvlinder’, werden in juni nog maar 22 exemplaren geteld, tegenover 471 (2010) en 420 (2011). (KAREN BLEIER)