“Sanctiebeleid fiscus vertoont grote verschillen tussen de diensten”
(Belga) Belastingplichtigen die geen aangifte indienen worden niet allemaal op dezelfde manier gesanctioneerd. Dat zegt het Rekenhof in een verslag aan het parlement. Zowel bij de personenbelasting als de vennootschapsbelasting verschilt het sanctiebeleid van dienst tot dienst.
Bij de personenbelasting bedraagt het aantal niet-indieners ongeveer vijf procent. Het aantal recidivisten, belastingplichtigen die verschillende jaren geen aangifte indienen, ligt zeer hoog. Omdat de fiscus sinds vorig jaar bij bepaalde categorieën werkt met een “voorstel van vereenvoudigde aangifte” – een vooraf ingevuld voorstel – zou het aantal niet-indieners moeten dalen. De fiscus stuurt sinds 2010 ook herinneringsbrieven. Die zorgden er in 2010 voor dat een klein derde van de ontbrekende aangiften bij de zelfstandigen een meer dan de helft van de ontbrekende aangiften bij de loontrekkenden alsnog werden ingediend. Van de belastingplichtigen die ook dan nog geen aangifte indienen, wordt uiteindelijk een derde belast via een aanslag van ambtswege. In de andere gevallen is er een onmiddellijke inkohiering omdat er geen belasting verschuldigd is. Een kwart van de personen die een aanslag van ambtswege ontvangen wordt gesanctioneerd met een boete of een belastingverhoging. Het sanctiebeleid vertoont “grote en niet objectiveerbare verschillen tussen de diensten”, zegt het Rekenhof. In de vennootschapsbelasting zijn de niet-indieners heel vaak vennootschappen in vereffening of in staat van faillissement. Ongeveer de helft van de hardnekkige niet-indieners die een aanslag van ambtswege ontvangen, krijgt geen belastingverhoging of boete. Bovendien verschilt het sanctiebeleid ook hier van controledienst tot controledienst. Volgens het Rekenhof dringt een uniforme aanpak dringt zich op. (OSN)
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier