M-decreet: Nieuwe ondersteuning voor leerlingen met zorgnoden te snel ingevoerd

M-decreet © Belga

Het nieuwe ondersteuningsmodel voor leerlingen met zorgnoden, dat in september 2017 van start ging, is te snel ingevoerd. Tot die conclusie komt het Departement Onderwijs en Vorming in een tussentijdse evaluatie van het M-decreet.

Scholen stellen sinds dit schooljaar samen met de Centra voor Leerlingenbegeleiding vast of een leerling nood heeft aan basiszorg, verhoogde zorg of uitbreiding van zorg. Voor die uitbreiding kan een school voor gewoon onderwijs extra ondersteuning aantrekken van het buitengewoon onderwijs. Het aantal zorgvragen is daardoor alvast sterk gestegen, stelt het rapport vast.

Dat komt onder meer door de verruiming van de doelgroep naar kleuters type 2 en leerlingen met gedrags- en emotionele problemen. Hiervoor werden bij de budgetcontrole van 2017 wel 15,2 miljoen euro aan extra middelen vrijgemaakt. Het rapport stelt voorts vast dat de voorbereidingen voor het nieuwe ondersteuningsmodel pas begin 2017 van start zijn gegaan.

Het aanwervingsproces kon veelal pas laat in de zomervakantie van start gaan, wat volgens het Departement heeft geleid tot grote onzekerheid bij de personeelsleden in het buitengewoon onderwijs. Het Departement wijst erop dat de sociale partners daarvoor hadden gewaarschuwd.

Er was ook weinig tot geen tijd om nog voor de start van het schooljaar na te denken over de ondersteuningsvragen en over de concrete invulling van de ondersteuning. Die dialoog moest daardoor in veel gevallen nog na de start van het schooljaar beginnen. ‘Het water staat kinderen, ouders en leerkrachten aan de lippen’, concluderen sp.a-fractieleider Joris Vandenbrouck en sp.a-onderwijsspecialist Caroline Gennez uit het rapport. ‘Nog langer watertrappelen is geen optie, minister van Onderwijs Hilde Crevits moet dringend ingrijpen. De overhaaste invoering laat geen andere keuze dan nu snel extra mensen en middelen te investeren zodat geen enkel kind de zorg moet ontberen die het nodig heeft. Wij aanvaarden niet dat ouders en kinderen nog langer onzeker moeten zijn of ze de ondersteuning zullen krijgen waar ze recht op hebben.’

Elisabeth Meuleman van Groen is allesbehalve verrast: ‘Mijn mailbox wordt overspoeld met noodkreten over het M-decreet. We proberen Hilde Crevits al maanden aan het verstand te brengen dat dit niet de manier is om inclusief onderwijs aan te pakken. Maar de minister blijft stoïcijns doof. Nu ze ook vanuit haar eigen administratie slechte punten krijgt, zal ze niet anders kunnen dan conclusies trekken.’

Hilde Crevits: ‘Rapport is geen evaluatie, maar foto van situatie op terrein na 6 weken’

Het rapport dat het Departement Onderwijs en Vorming geschreven heeft over het nieuwe ondersteuningsmodel voor leerlingen met zorgnoden, is geen evaluatie of een wetenschappelijke studie, maar “een foto van de situatie op het terrein na zes weken”. Dat zegt Vlaams minister van Onderwijs Hilde Crevits (CD&V) woensdag in een reactie op de kritiek dat door de ‘overhaaste invoering’ van het M-decreet “kinderen, ouders en leerkrachten het water aan de lippen staat”.

In een reactie benadrukt minister Crevits dat het rapport de situatie op het terrein na zes weken weergeeft. ‘Het doel is om aan de hand van die foto verder stappen vooruit te zetten en de ondersteuning verder te verfijnen.’

Het is ook “niet zomaar een rapport van de administratie”, aldus Crevits, want het werd opgemaakt door een stuurgroep met daarin de onderwijskoepels, het gemeenschapsonderwijs, de vakbonden en de CLB’s, onder voorzitterschap van het kabinet. ‘De stuurgroep komt wekelijks samen op het kabinet om de vinger aan de pols te houden en die groep blijft verder samen komen. Het verslag is dus het resultaat van de besprekingen over de eerste zes weken van de invoering van het nieuwe ondersteuningsmodel. Telkens werden voor gesignaleerde problemen oplossingen gezocht.’

Volgens de sp.a werd het M-decreet “overhaast” ingevoerd, wat kinderen, ouders en leerkrachten op het terrein met problemen confronteert. Crevits zegt dat de invoering van een nieuw model tijd vraagt, precies de reden waarom er een overgangsperiode van drie jaar in acht wordt genomen.

In het Radio 1-programma De Ochtend verklaarde ze dat ze altijd bereid is tot bijsturingen, maar het nieuwe systeem nu eerst de tijd wil geven. Crevits benadrukt dat de onderwijsverstrekkers achter het gekozen model blijven staan en dat er ook met de vakbonden overleg wordt gepleegd. Crevits geeft toe dat de voorbereidingstijd voor het nieuwe ondersteuningsmodel krap was, maar dat het geen optie was om de projectmatige aanpak met de waarborgregeling nog een jaar aan te houden.

‘Er waren te veel blinde vlekken in Vlaanderen, waar geen of onvoldoende ondersteuning mogelijk was.’ Er zijn volgens Crevits al grote inspanningen geleverd: in heel Vlaanderen zijn er nu 30 ondersteuningsnetwerken aan het werk, waarin scholen uit het buitengewoon en het gewoon onderwijs samenwerken, het budget voor ondersteuning is opgetrokken tot 130 miljoen euro, er zijn bijna 1.900 leraren die voor ondersteuning zorgen voltijds aan de slag en het aantal kleuters en leerlingen met gedragsmoeilijkheden dat ondersteuning krijgt is gegroeid van bijna 15.000 in 2016 naar ruim 22.000 nu.

Partner Content