Regering gaat alle autotrajecten dan toch een jaar bewaren

Camera's controleren het verkeer op de Brusselse Ring © Belga
Stavros Kelepouris
Stavros Kelepouris Journalist Knack.be

De maatregel stuitte eerder op kritiek van de Privacycommissie, die van ‘massasurveillance’ sprak. De regering drukt de maatregel nu toch door.

Via een schild van slimme camera’s, zogeheten ANPR-camera’s, moet het binnenkort mogelijk worden om te volgen wie zich waar begeeft op de Belgische wegen. Tegen eind 2018 zullen zo’n 1.000 camera’s geïnstalleerd zijn langs de invalswegen op de grens en op de grote verkeersassen van het land. De camera’s komen er op 250 locaties, meer bepaald op plaatsen waar snelwegen elkaar kruisen of een landsgrens aansnijden. Die camera’s wil Binnenlandse Zaken verbinden met de slimme camera’s die lokale besturen installeren.

De gegevens die al die camera’s registeren, worden verzameld in een databank – dat moet veiligheidsdiensten toelaten om trajecten in kaart te brengen, en bijvoorbeeld gericht te screenen op nummerplaten van geseinde wagens of om bestuurders te onderscheppen die geen geldige autoverzekering hebben. W

anneer een voertuig langs een camera komt, wordt de nummerplaat geïdentificeerd en in real-time getoetst. Prijkt de nummerplaat op de gehanteerde zwarte lijst, dan moeten op de juiste plaatsen de alarmbellen afgaan. Daarnaast maakt de databank het ook mogelijk om retroactief trajecten van verdachte voertuigen te reconstrueren. Vooral in terreuronderzoeken moet dat de veiligheidsdiensten extra slagkracht geven.

Niet zomaar inzage

De Standaard berichtte eerder al dat minister van Binnenlandse Zaken Jan Jambon (N-VA) de trajectgegevens van alle wagens een jaar in bewaring wou houden. Dat voorstel kreeg de nodige kritiek van de Privacycommissie, die gewag maakte van ‘massasurveillance’ en een aantal bemerkingen formuleerde rond de inzage van de gegevens.

De regering besliste vandaag om de gegevens toch een jaar bij te houden, al benadrukt het kabinet-Jambon wel dat er enkel de eerste maand vrijelijk in de databank gegrasduind kan worden door de veiligheidsdiensten. Vanaf de tweede maand heeft de bestuurlijke politie geen toegang meer, en kan enkel de gerechtelijke procedure inzage krijgen. In dat geval moet de informatie opgevraagd worden in het kader van een gerechtelijk onderzoek, en moet de procureur des Konings eerst toestemming verlenen. Bovendien moet het gaan om misdrijven waar een gevangenisstraf van minstens een jaar op staat.

Ook de inlichtingendiensten zullen de databank kunnen inkijken, maar zij moeten daarvoor eerst de goedkeuring krijgen van het Comité I, dat de inlichtingendiensten in ons land controleert.

Volgens Olivier Van Raemdonck, de woordvoerder van minister Jambon, biedt het akkoord een mooi evenwicht tussen de opmerkingen van de Privacycommissie en de noden bij gerecht en politie. ‘Voor de commissie was het jaar bewaring op zich geen groot probleem, maar wel de toestemmingen en methodiek rond het bewaren en de inzage van de gegevens. Die hebben we nu verder aangescherpt. Bovendien wordt de gehanteerde blacklist toegespitst op zware criminaliteit, zoals terreurverdachten of gestolen nummerplaten.’

‘Het is echt wel belangrijk dat we een jaar lang de informatie kunnen bewaren. Uit onderzoek blijkt dat bij veel misdrijven het onderzoek pas tussen de negende en twaalfde maand in een stroomversnelling raakt. Een half jaar zou dus absoluut te kort zijn,’ zegt Van Raemdonck nog. Gegevens ouder dan een jaar worden volledig gewist, bevestigt hij.

De maatregel past ook in een breder kader, klinkt het. De meerderheid werkt op dit moment bijvoorbeeld aan een betere controle op huurwagens, om te voorkomen dat lone wolves een voertuig kunnen huren om daarmee op mensenmassa’s in te rijden. In de toekomst zal de identiteit van de huurder scherp gecontroleerd worden. Wie bijvoorbeeld op de lijsten van het OCAD verschijnt, kan dan mogelijk de wagen niet huren.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content