Projectontwikkelaar Uplace schrijft brief over ‘beslist beleid’

Actievoerders in Vilvoorde protesteren tegen de aanleg van een tram voor Uplace. © BELGA

Het aantal bezwaarschriften dat is ingediend tegen de ruimtelijke plannen voor Uplace is “zeer beperkt”, zo meent de projectontwikkelaar zelf in een brief aan de parlementsleden van de meerderheid in het Vlaams Parlement.

Het aantal bezwaarschriften dat is ingediend tegen de ruimtelijke plannen voor Uplace is “zeer beperkt”. Dat laat de projectontwikkelaar zelf verstaan in een brief aan de parlementsleden van de meerderheid (N-VA, CD&V en N-VA) in het Vlaams Parlement. In de brief, die Belga kon inkijken, stelt Uplace-topman Bart Verhaeghe nog dat de vergelijking met het Oosterweel-dossier niet opgaat en dat er afdoende antwoorden zijn voor alle bezwaren rond mobiliteit en kleinhandel.

‘Openbaar onderzoek kans geven’

Maandag is de termijn voor het indienen van bezwaarschriften tegen de ruimtelijke plannen rond Uplace afgelopen. Ondernemersorganisatie Unizo maakte gisteren/dinsdag al bekend dat een tiental steden en gemeenten een bezwaarschrift heeft ingediend. Het gaat dan onder meer om steden en gemeenten als Mechelen en Vilvoorde, maar ook Puurs. Enkele andere gemeenten beperkten zich tot een resolutie of motie.

In antwoord op een vraag van SP.A-parlementslid Katia Segers bleef minister Joke Schauvliege (CD&V) voorzichtig. Zij wil nog niet vooruitlopen op de inhoud van de ingediende bezwaarschriften. “We moeten het openbaar onderzoek alle kansen geven. We zullen de bezwaren ernstig nemen, grondig bekijken en een goede beslissing nemen”, klonk het. Volgens Schauvliege is het definitieve aantal bezwaren nog niet bekend. Voorlopig staat de teller op een 70-tal bezwaren, aldus Schauvliege.

‘Vergelijking Oosterweel gaat niet op’

Maar projectontwikkelaar Uplace heeft intussen wel al gecommuniceerd over het openbaar onderzoek. In een brief aan de leden van de meerderheid spreekt Uplace van een “zeer beperkt” aantal bezwaarschriften “ondanks de sterke mediatisering en de mobilisatie door de oppositie”. Uplace baseert zich daarbij naar eigen zeggen op gegevens van de gemeente Machelen. Daaruit blijkt volgens Uplace ook dat geen enkele bewoner uit Machelen zelf een bezwaar heeft ingediend.

De vergelijking met een ander groot dossier zoals Oosterweel gaat volgens Uplace-voorzitter Verhaeghe helemaal niet op. “Het Uplace dossier wordt vaak vergeleken met het Oosterweel-dossier, maar in de feiten gaat deze vergelijking helemaal niet op. In het Oosterweel dossier waren er op een bepaald moment meer dan 17.000 bezwaarschriften”, schrijft Verhaeghe.

‘Juridisch sterk onderbouwd’

De Uplace-topman zegt dat hij respect heeft voor de bezorgdheden die in de bezwaarschriften staan, maar hij is ervan overtuigd dat er “afdoende antwoorden” zijn voor alle bezwaren en bezorgdheden rond de mobiliteit en de kleinhandel. “Op alle vlakken is er heel wat vooruitgang geboekt”, klinkt het.

Niet iedereen is gelukkig met de brief en de weergave van Uplace. Ook parlementslid Jo De Ro van meerderheidspartij Open VLD heeft kritiek. “Men doet alsof er heel weinig bezwaarschriften zijn en dat ze licht wegen. Maar degene die ik heb gelezen, onder meer die van het schepencollege van Vilvoorde waar ik zelf in zit, zijn zeer sterk juridisch onderbouwd”.

‘Beslist beleid’

In de brief gaat Uplace ook in tegen de kritiek op het studiemateriaal van Antea, de studie die de Vlaamse regering mee gebruikte voor haar beslissing over de ruimtelijke plannen rond Uplace. Die Antea-studie werd recent onder vuur genomen door onderzoekers die een studie hadden gedaan in opdracht van de stad Vilvoorde. Die laatste studie probeerde volgens Uplace de geloofwaardigheid van de Antea-studie onderuit te halen, maar bevat zelf “heel wat feitelijke onjuistheden, zoals de bewering dat de toetsingsnota zou uitgaan van verouderde cijfers”. “Ook de bewering dat de toetsingsnota zou uitgaan van 50 procent van de bezoekers van Uplace die met de auto zouden komen en maar liefst 50 procent met het openbaar vervoer is onjuist”, staat er.

Aan het slot van de brief benadrukt Verhaeghe de mogelijke rol van Uplace als “economische motor’ voor de regio. En hij richt ook nog een dankwoordje aan de leden van de meerderheidspartijen N-VA, CD&V en Open VLD: “We appreciëren dat uw partij en de andere regeringspartijen altijd bewezen hebben dat ze een betrouwbare en loyale partner zijn in de uitvoering van het beslist beleid.” Die laatste zin stuit SP.A-parlementslid Segers tegen de borst. “Beslist beleid? Moeten we dan toch geloven dat er een geheime deal bestaat tussen de Vlaamse regering en Uplace?” (Belga/WB)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content