Professor maakt brandhout van onderzoek parachutemoord

Volgens een Nederlandse professor rechtspsychologie hebben de speurders zich van in het begin gericht op één verdachte.

De Nederlandse professor rechtspsychologie Pieter Jan van Koppen heeft dinsdag voor het Tongerse assisenhof brandhout gemaakt van het onderzoek naar de parachutemoord.

Van Koppen was door de verdediging van beschuldigde Els Clottemans opgeroepen als bijkomende getuige. Hij hekelde dat de speurders aan ’tunnelvisie’ lijden. Volgens hem hebben de speurders enkel rekening gehouden met Clottemans als verdachte en niet met andere scenario’s.

Volgens de professor hadden de lange verhoren van de verdachte (hij schatte ze op een honderdtal uren) de bedoeling om een bekentenis van Clottemans los te krijgen.

‘Clottemans ging op zoek naar reserveparachute’

Clottemans staat in Tongeren terecht op beschuldiging dat ze de parachute van haar liefdesrivale Els Van Doren heeft gesaboteerd, waarop die in 2006 een dodelijke val maakte.

Dinsdag kwamen in de loop van de voormiddagzitting ervaren springers aan het woord. Uit hun getuigenis bleek dat een ‘pilot chute’ (reserveparachute) gemakkelijk terug te vinden is. Volgens Mike Vogeleer, de voormalige instructeur van Clottemans, kon ze de fatale sprong van Van Doren volledig volgen en haar pilot chute snel terugvinden, zo tekende Het Belang van Limburg op.

Voor de speurders is dat het bewijs dat Clottemans na de dood van Van Doren op zoek ging naar die pilot chute. De beschuldigde beweert echter dat ze die toevallig heeft gevonden en in een boom zag hangen.

Stoornis

Tegen het einde van de zitting kwamen donderdag nog de gerechtspsychiaters Chris Dillen, Rudy Verelst en Renaat Mattheus aan het woord.

Zij vormden het college van gerechtsdeskundigen en kwamen tot het besluit dat Clottemans toerekeningsvatbaar is. Volgens hen heeft ze kenmerken van een theatrale, narcistische en psychopate stoornis.