Het federaal voedselagentschap en minister van Landbouw Willy Borsus (MR) vragen pluimveehouders hun dieren nog tot 20 januari op te hokken als voorzorgsmaatregel tegen vogelgriep.
Professionele pluimveehouders moeten hun dieren minstens nog tot 20 januari ophokken, om te vermijden dat ze besmet raken met de vogelgriep. Dat heeft minister van Landbouw Willy Borsus (MR) beslist op voorstel van het federaal voedselagentschap.
Aanleiding voor de verlengde ‘periode van verhoogd risico’ zijn de nieuwe uitbraken op kalkoenbedrijven in Duitsland en Italië eerder deze week. Een nieuw bewijs van het risico op besmetting door in het wild levende vogels, aldus Borsus en het voedselagentschap.
‘Geen risico voor consument’
Ook hobbyhouders moeten hun pluimvee binnen voederen en drenken. Dat laatste mag trouwens niet met onbehandeld oppervlaktewater gebeuren. Pluimvee en vogels samenbrengen mag ook enkel indien er geen verkoop, ruil of overdracht van dieren gebeurt én de betrokken dieren de voorbije tien dagen afgeschermd waren van wilde dieren.
In ons land werden tot vandaag geen uitbraken van het H5N8-virus vastgesteld. Niettemin raadt het voedselagentschap ook hobbyhouders nog steeds aan hun dieren binnen te houden. Een risico voor de consument is er niet. “Gevogelte en eieren kunnen in alle veiligheid geconsumeerd worden”, luidt het nog. (Belga/WB)
