Jan Nolf

‘Pas wanneer justitie menselijk omgaat met rechtzoekende burger, zal ook personeel gerespecteerd worden’

Jan Nolf Erevrederechter en justitiewatcher

De vraag is niet of er moet gestaakt worden bij Justitie, maar waarom net nu en waarvoor. Eigenlijk komt deze staking veel te laat en zou ze met een ander perspectief moeten gebeuren.

Wie in Justitie wil staken tegen wat er allemaal misloopt komt op een jaar werkdagen te kort. Al jarenlang, decennia lang. De vraag is dus niet of er moet gestaakt worden, maar waarom dat net nu moet en waarvoor. En waarom dat al veel vroeger moest en nu misschien net niet. En indien wel, met een ander perspectief.

Eigenlijk kan dat uitgelegd worden aan de hand van drie sleutelwoorden in justitie die best verbannen zouden worden uit het woordenboek.

De “rechtsonderhorige” was het archaïsme dat Stefaan De Clerck maar niet kon afleren. Ook nu vliegt die duffe term nog steeds over en weer bij politici en juristen. Het ademt de achterhaalde top-down cultuur van een justitie boven de burger in plaats van te midden en met de burger.

De burger als nauwelijks mondig wezen lijkt in de rechtszaal tussen togadragers wel een indringer. Hij heeft alle moeite van de wereld zijn zaakje aan te brengen of het nu een onbetaalde factuur is, schimmel op de muren van het huurpand of de monsterboete van een telecombedrijf.

Hoe justitie die – letterlijk – rechtzoekende burger als buitenstaander bejegent straalt ook meteen af op de manier waarop justitie met het eigen personeel omgaat. Het is een onderdanige, bijna slaafse verhouding die goed geïllustreerd wordt door de weerstand en het menselijk opzicht dat moet worden bekampt om nu een lang overtijdse stakingsdag op poten te zetten. De dag waarop justitie menselijk zal hebben leren omgaan met die recht-zoekende zal dus meteen de dag zijn dat zij haar eigen personeel respecteert als gesprekspartner. Het is te vrezen dat dit nog wel even duren zal.

De “klant” is het verraderlijke nieuwe woord waarmee die rechtzoekende verwend zou worden. ‘Klantvriendelijkheid’ vind je nu zelfs terug in Mercuriales, op 1 september als plechtige nieuwjaarsbrief door rode togadragers gedeclameerd terwijl het hermelijn hun brede kragen streelt.

Die term is wel de meest perverse van de drie, want het geeft de illusie van een keuze. Alsof de rechtzoekende kiest voor justitie als het merk van een winkelmarkt. Ook alsof het personeel van de gerechtelijke supermarkt kan aankloppen bij de lokale manager om de naverkoopdienst te verbeteren of het onthaal anders aan te pakken.

Met de “eenheidsrechtbank” die in het Atomiumoverleg afgevoerd werd maar N-VA opnieuw in het vaandel draagt zal de klant kleiner zijn dan ooit in een justitie-industrie die nog verder af zal werken dan nu. Dus ook verder af voor de stakers van vandaag.

Het nummertje dat daar in het ‘eenheidsloket’ zal moeten getrokken worden zal daar meteen verklappen dat er meer ‘wachtenden voor u’ zullen zijn dan zelfs nu. De hiërarchie zal met die nieuwe centraliseringsdrang sterker in de bottinnekes staan dan in de stoutste dromen van veel autoritaire denkers. Ook het personeel zal dat dan wel ondervinden. Het zou dan ook zeer goed zijn als professor Hendrik Vuye, – juridisch adviseur van N-VA – de N-VA-voorzitter van de Commissie justitie herinnert aan zijn rede voor het Vlaams Pleitgenootschap in Brussel ‘over wat rechtsbedeling is en hoort te zijn’: “recht op mensenmaat”.

Hoe justitie de rechtzoekende burger als buitenstaander bejegent, straalt af op hoe justitie met eigen personeel omgaat

Het derde te verbannen woord is het woord “tegenpartij”. Hendrik Vuye begon zijn rede met een prachtige verwijzing naar het Zuid-Afrikaanse Grondwettelijk Hof, gebouwd op een terrein waar ooit een zwaarbewaakte gevangenis stond. Het is nu een uitnodigend gebouw dat warmte en bescherming uitstraalt. Iets anders dan het kille marmer van het Poelaertplein.

Ook justitie kan van Mandela leren door af te stappen van het autoritaire rechtspreken dat twee partijen opzet tegen elkaar en vooral verliezers produceert. Er is niets dat zoveel moeite en kommer kan besparen dan een cultuur van verzoening: niet het vijandbeeld maar de oplossingsgedachte. In de brede betekenis van het woord spreiden de kansen daarvoor zich uit van burenruzies, commerciële conflicten tot slachtofferhulp. Daarom verdienen ook veroordeelden een faire nieuwe kans. De obsessie om steeds meer en langer op te sluiten zal enkel de betonboeren en tralieleveranciers ten goede komen. Al wat in staal en mortel gaat, zal ten koste komen van de personele middelen.

Deze overtijdse staking kan niets remediëren aan het verleden. Het zou wel een prima moment zijn om het eigenbelang te overstijgen. Stakers zoeken in justitie de moeilijke weg naar het eigen ‘recht’ op waardige werkomstandigheden. Terecht. Maar pas als ze daarbij de rechtzoekende in het zoeklicht brengen, zullen ze op weg raken naar een duurzame justitie voor iedereen en dus ook zichzelf.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content