Parlementen buigen zich opnieuw over vergoedingen en pensioenen volksvertegenwoordigers

(Belga) Woensdag komen de voorzitters van de Kamer, de Senaat en van de verschillende deelstaatparlementen opnieuw samen om de vergoedingen en pensioenen van de parlementsleden onder de loep te nemen.

Het debat over vergoedingen en pensioenen van parlementsleden raakte begin dit jaar opnieuw in een stroomversnelling nadat de federale regering haar pensioenhervorming had voorgesteld. Een federale werkgroep kondigde in januari aan dat de lonen van de senatoren en Kamerleden met 5 procent zouden verminderen. Daarnaast zouden Kamerleden en senatoren voortaan pas na een carrière van 36 jaar (i.p.v. 20 jaar) recht hebben op een volwaardig pensioen. Dat het federale parlement die plannen lanceerde zonder overleg met de deelstaatparlementen botste op kritiek. Zo zei Vlaams parlementsvoorzitter Jan Peumans bijvoorbeeld meteen dat het Vlaams Parlement niet zomaar de federale plannen zou overnemen. Intussen hebben Kamervoorzitter André Flahaut en Senaatsvoorzitter Sabine de Bethune al een eerste keer vergaderd met de verschillende deelstaatparlementen. Daar werd toen afgesproken dat er “in onderling overleg gezocht zou worden naar een oplossing”. Morgen/woensdag staat een nieuwe vergadering op de agenda. Het Vlaams Parlement lijkt alvast te willen wachten op de resultaten van een eigen benchmarkstudie. In die studie wordt een vergelijking gemaakt met de pensioenen in de andere parlementen in Europa en met de pensioenen in de privé-sector. “We verwachten de resultaten van die studie tegen eind maart”, aldus Peumans. (DRM)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content