‘Overregulering wordt te pas en te onpas ingeroepen om vooral niets te doen’

‘Borstvoeding geven in het openbaar is het recht van elke vrouw’, schrijft Anne Dedry van Groen. Ze roept staatssecretaris Zuhal Demir op om die ‘vergetelheid in de genderwet recht te zetten’.

Je kan er gif op innemen. Als N-VA een voorstel wil begraven dan roepen ze het argument ‘overregulering’ in. Klinkt goed, vooral voor de eigen achterban, maar in de praktijk staat dit synoniem voor niets doen.

Ook deze keer. Met de start van de week van de borstvoeding lanceerde ik samen met mijn Groen-collega Evita Willaert een constructief voorstel om vrouwen die borstvoeding geven in het openbaar te beschermen door een criterium toe te voegen in genderwet.

Uit de vele getuigenissen blijkt dit geen overbodige luxe. Borstvoeding geven in het openbaar is het recht van elke vrouw. Als ze er zelf voor kiezen, mag niets hen in de weg staan. Toch voelen vrouwen zich niet altijd op hun gemak als ze voeden. Ze krijgen soms scheve blikken of het verzoek een restaurant, de tram, het shoppingcentrum of bibliotheek te verlaten. Om die reden dus een wetsvoorstel waarbij borstvoeding geven in het openbaar beschermd wordt via een aanpassing van de Genderwet.

‘Overregulering wordt te pas en te onpas ingeroepen om vooral niets te doen’

Van de staatssecretaris van Gelijke Kansen Zuhal Demir zou je applaus verwachten voor dergelijk positief voorstel. De staatssecretaris schermde echter met het argument: ‘overregulering’. Verder dan het te willen onderzoeken, komt de staatssecretaris niet. Het gevolg is dat er in de praktijk niets verandert en vrouwen de dupe zijn.

Overregulering wordt te pas en te onpas ingeroepen om vooral niets te doen. Het is alsof de staatssecretaris niet op de hoogte is van de geschiedenis en achtergrond van de genderwet. De genderwet beschermt zwangere en pas bevallen vrouwen tegen discriminatie, maar wie borstvoeding geeft valt daar niet onder. Met ons voorstel willen we die vergetelheid rechtzetten. Dit heeft dus niets met overregulering te maken.

En we zijn niet alleen. Ook het Europees Hof van Justitie én de eigen adviesraad van de federale regering, het Instituut voor de Gelijkheid van Vrouwen en Mannen, pleiten ervoor om borstvoeding als criterium toe te voegen aan de Genderwet. Discriminatie tegen vrouwen omdat ze borstvoeding geven, komt volgens het Europees Hof van Justitie neer op discriminatie tegen de vrouw, aangezien borstvoeding geven in het openbaar wordt gezien als normaal gedrag van een vrouw die voor haar kind zorgt.

Een criterium toevoegen aan de genderwet werkt net sensibiliserend. Net zoals dat ooit nodig was bij zwangere vrouwen: wie zwanger is, mag de werkgever niet discrimineren omwille van haar zwangerschap. Dat lijkt vandaag de normaalste zaak in de wereld, maar is ooit geregeld via een criterium in de Genderwet.

Wettelijke bescherming

Als de staatssecretaris ons voorstel steunt dan zijn vrouwen die borstvoeding geven vanaf dan wettelijk beschermd tijdens het werken, tijdens een restaurantbezoek én tijdens alle andere sociale activiteiten. Niemand kan een moeder dan nog vragen om geen borstvoeding te geven op de trein of in een restaurant. En zo wordt het de normaalste zaak van de wereld.

En die extra steun is noodzakelijk. In andere Europese landen krijgen baby’s massaal borstvoeding bij de geboorte: in Denemarken 98% van de baby’s, in Noorwegen 99%, in Nederland 83%. De laatste officiële cijfers in Vlaanderen leren dat 77 % van de baby’s als start exclusief borstvoeding krijgt. Na drie maanden (niet toevallig rond het moment waarop vrouwen terug beginnen werken) zakt dat cijfer naar 32% en op 6 maanden is het nog 8,7 %. Nochtans beveelt de WGO minimum 6 maanden exclusief borstvoeding aan.

De week van de borstvoeding is nog niet voorbij. Het is aan de staatsecretaris om vrouwen die er voor kiezen borstvoeding te geven, niet opnieuw teleur te stellen.

Anne Dedry is Kamerlid voor Groen

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content