Mark Van den Wijngaert: ‘Boudewijn zou zijn ‘missie’ als geslaagd hebben beschouwd’

Koning Boudewijn op 21 juli 1993. © Reuters

Vandaag is het precies 25 jaar geleden dat koning Boudewijn stierf. De vorst overleed op zijn 62ste aan de gevolgen van een hartstilstand in het koninklijk buitenverblijf in het Spaanse Motril.

‘Koning Boudewijn erfde een uitgehold koningschap van zijn vader, Leopold III. Sindsdien maken de regering en de politieke partijen de dienst uit. Enkel in crisismomenten rond de regeringsvorming kon Boudewijn nog van zijn sleutelpositie gebruik maken om de politieke stromingen enigszins te kanaliseren.’ Dat zegt Mark Van den Wijngaert, professor emeritus Hedendaagse Geschiedenis van de Katholieke Universiteit Brussel, die in juni samen met Emmanuel Gerard het boek “Boudewijn. Koning met een missie” publiceerde bij uitgeverij Davidsfonds. ‘Vanuit zijn religieuze overtuiging gaf Boudewijn aan de tweede helft van zijn koningschap een moreel-humanitair karakter. Dat kwam zijn populariteit bij de bevolking ten goede’, voegt Van den Wijngaert daar nog aan toe.

‘Boudewijn was een zeer katholiek man. Zijn geloof maakte dat hij een dienstbare koning wilde zijn. Hij zag het koningschap als een last, maar een die hij wilde dragen voor zijn volk. Hij werd in die visie zeker ook gestuurd door kardinaal Suenens‘, zegt Van den Wijngaert. ‘Het kwam niet altijd zo fel naar buiten, omdat de gesprekken met de koning afgeschermd werden door het ‘colloque singulier’, maar waarnemers als Manu Ruys hebben er vaak op gewezen hoe Boudewijn bij elk gespreksonderwerp erin slaagde om er religie bij te halen.’

‘Het begin van zijn koningschap verliep tragisch’, vervolgt Van den Wijngaert, ‘omdat de jonge Boudewijn, komend uit een geïsoleerd en afgeschermd milieu zonder echte vrienden, tussen twee vuren zat. Enerzijds was er zijn vader die hem voortdurend wilde beïnvloeden, en de politieke wereld die hem de beginselen van een modern koningschap wou bijbrengen. Daar kwam een einde aan, toen Boudewijn met Fabiola trouwde en Leopold III naar Argenteuil verbannen werd. Zo viel de invloed van zijn vader en zijn striefmoeder weg.’

Schuldig verzuim

‘Die periode viel samen met de onafhankelijkheid van Congo’, zegt Van den Wijngaert. ‘Het verloop ervan was een grote teleurstelling voor Boudewijn. Hij was zo naïef te denken dat de Congolezen hem als staatshoofd zouden vragen. Het brak hem dan ook zuur op, toen premier Lumumba de wandaden van het Belgisch koloniaal bewind aanklaagde.’

Heeft Laken de hand gehad in de moord op Lumumba korte tijd nadat Lumumba de onafhankelijkheid van Congo uitriep? ‘Dat is niet door de parlementaire Lumumba-onderzoekscommissie hard gemaakt’, zegt de professor geschiedenis. ‘Wel is duidelijk geworden dat het Hof goed op de hoogte werd gehouden van alles wat toen in Congo gebeurde. En als er al geen actieve stappen zijn gezet, dan is er toch minstens de morele verantwoordelijkheid dat men niet ingegrepen heeft om de moord op Lumumba te voorkomen. Een kwestie van schuldig verzuim eigenlijk.’

Andere krachtlijn in het koningschap van Boudewijn is de vermindering van de invloed van de koning door de toenemende macht van de politieke partijen en de sociaal-economische drukkingsgroepen en door de verscherping van de communautaire tegenstellingen. Zo groeide bij Boudewijn gedurende de meer dan 40 jaar van zijn koningschap het besef dat hij niet langer een belangrijke politieke rol te spelen had, maar dat hij enkel nog kon tussenbeide komen op crisismomenten en dan nog alleen als de politieke meerderheid dat zag zitten.

Abortus

Een belangrijke mijlpaal was de abortuskwestie in de lente van 1990, waarbij de koning een etmaal lang buitenspel werd gezet.

‘Omdat de koning de abortuswet die er gekomen was door een alternatieve meerderheid van socialisten en liberalen niet met zijn geweten kon verzoenen, moest er een kunstgreep worden uitgevoerd’, zegt Van den Wijngaert. “De politiek heeft dan een regel in de grondwet misbruikt om de koning uit de wind te zetten en de monarchie te redden. Het artikel dat de koning in de onmogelijkheid verklaarde om te regeren, was enkel bedoeld in het geval van zware gezondheidsproblemen van de koning. Nu werd het oneigenlijk gebruikt. Een onsierlijke regeling eigenlijk. Bovendien zei de politieke wereld dat ze het achteraf zo zou regelen dat het nooit meer zou kunnen opnieuw gebeuren, maar die belofte is men niet nagekomen. Jammer, er zijn nog meer artikelen in de grondwet over het functioneren van de koning die niet aangepast zijn. Zo staat er dat de koning de ministers benoemt, terwijl dat manifest niet meer klopt. Hij leest de namen van de ministers net als u en ik in de krant op de morgen van de eedaflegging, omdat die benoemingen in feite gebeuren door de partijvoorzitters. Dergelijke voorbijgestreefde artikelen zouden moeten herschreven worden, maar niemand in de Wetstraat heeft blijkbaar de zin en de tijd om dat te doen.’

Koning Boudewijn op 21 juli 1993
Koning Boudewijn op 21 juli 1993© Reuters

Professor emeritus Van den Wijngaert wijst er op dat Boudewijn in de tweede helft van zijn regeertermijn, naarmate zijn politieke rol uitgespeeld raakte, zichzelf meer ging profileren als een man met morele en humanitaire principes. ‘Zo kwam hij op voor de slachtoffers van mensenhandel, en dat maakte hem bij de bevolking zeer populair’, zegt Van den Wijngaert. ‘Dat is ook gebleken door de grote emotionaliteit van de bevolking bij zijn overlijden.’

Wat is de slotbalans van dit koningschap? ‘Als hij zelf de balans zou moeten opmaken, zou Boudewijn geoordeeld hebben dat hij als koning had gefaald in het behoud van de kolonie en het voorkomen van het communautair opsplitsen van het land. Anderzijds zou hij wel met tevredenheid teruggekeken hebben op de moreel-maatschappelijke standpunten die hij innam. Vanuit zijn religieuze overtuiging nam hij het op voor verdrukten en gemargina­liseerden. Terwijl de politieke klasse steeds meer in diskrediet raakte, wist hij zich gesteund door een stijgende populariteit. In die zin zou Boudewijn zijn ‘missie’ als geslaagd hebben beschouwd.’

Volkstoeloop

Op zaterdagavond 31 juli omstreeks 19.50 uur verwittigde kabinetschef Jacques van Ypersele de Strihou premier Dehaene dat de vorst was overleden. Rond middernacht gaf het Spaanse persbureau Efe een bulletin uit: ‘Volgens diplomatieke bronnen zou de Koning der Belgen zijn overleden te Motril omstreeks 22:00.’

Om middernacht kwam het kabinet in spoedzitting bijeen, daar deelde de premier de dood van de koning mee. Op de spoedzitting werd vastgesteld dat de constitutionele opvolger prins Albert was. Premier Dehaene, de kabinetschef en de minister van Justitie vertrokken vervolgens onmiddellijk naar Motril, waar zij het overlijden van de koning officieel moesten vaststellen.

Vandaar vlogen ze naar Frankrijk voor een ontmoeting met prins Albert, die in Grasse verbleef. Op vele plaatsen in België werden de vlaggen halfstok gehesen. Alle media gooiden hun programma’s om in het teken van het overlijden. In de nacht van zondag op maandag keerden koningin Fabiola en de toekomstige koning terug naar België, met het stoffelijk overschot van koning Boudewijn.

Afscheid van Boudewijn op 7 augustus 1993
Afscheid van Boudewijn op 7 augustus 1993 © BELGAIMAGE

Op zaterdag 7 augustus vond de uitvaart plaats in de Kathedraal van Sint-Michiel en Sint-Goedele. Vele staatshoofden en regeringsleiders brachten persoonlijk een laatste groet. Koningin Fabiola was in het wit gekleed en de dienst droeg duidelijk haar stempel. Will Tura zong er onder meer een bewerking van “Hoop Doet Leven”, terwijl getuigenissen werden voorgelezen over problemen die de koning nauw aan het hart lagen.

Nadien werd het stoffelijk overschot van de koning bijgezet in de Crypte van Laken, naast zijn voorgangers. Twee dagen later, op 9 augustus, legde Albert de eed af als de zesde Koning der Belgen, voor de verenigde Kamer en Senaat.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content