Libië: Vanackere hoedt zich voor “te arrogante bril” tegen rebellengeweld

(Belga) Minister van Buitenlandse Zaken Steven Vanackere (CD&V) waarschuwt ervoor de mogelijke mensenrechtenschendingen van de Libische rebellen niet over dezelfde kam te scheren als het buitensporige geweld van het Kadhafi-regime. “We moeten een onderscheid maken tussen geweld van een regering op haar burgers en het geweld als gevolg van het verzet daartegen”, zei hij op de VRT-radio in reactie op een nieuw rapport van Amnesty International.

Volgens Amnesty hebben naast het Libische regime ook de opstandelingen zich bezondigd aan mensenrechtenschendingen. Zo spreekt de organisatie onder meer van foltering en lynchpartijen van Kadhafi-getrouwen door rebellengroepen. Voor Vanackere is alle geweld onaanvaardbaar. Toch wil hij “geen al te arrogante bril opzetten in het beoordelen van mensen die gevochten hebben voor hun vrijheid en democratie”. Bovendien kan de Nationale Transitieraad niet zomaar verantwoordelijk gesteld worden voor elke ontsporing. De rebellenraad had niet dezelfde grip op zijn mensen als een regering heeft op haar leger en ordediensten, argumenteert hij. Het gebrek aan ervaring met eerlijke instellingen maakt de dreiging van straffeloosheid trouwens nog steeds reëel, waarschuwt de buitenlandminister voorts. Er is dan ook nood aan een “blijvend internationaal engagement” in Libië en de Arabische wereld. “Niet enkel uit edelmoedigheid, ook uit welbegrepen eigenbelang.” In kader daarvan heeft Vanackere alle Belgische diplomaten uit de regio naar Tunis geroepen voor overleg. “Landen die uit een decennialange dictatuur ontwaken, zijn niet klaar voor de democratie”, verduidelijkt hij in een opiniestuk in De Morgen. De internationale gemeenschap heeft dus de plicht om de aandacht niet te laten verslappen. “Niet om onze visie op te leggen, maar om te ondersteunen wat ondersteuning verdient.” (JDE)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content