‘Langdurige werkonwilligen zijn geen goudader, dus zal de regering elders geld moeten zoeken’

Er is niet zoiets als een wroeten en graven tot we op een maatschappelijke goudader zullen stoten, schrijft politiek journalist Jan De Meulemeester over de discussie rond ‘de werkloze’ . ‘Er zal elders geld moeten gevonden worden, en dat voedt meer en meer de liberale vrees dat de tax shift ook een tax lift wordt.’

De kwestie over de werkloze mantelzorgers heeft bij het brede publiek alvast gesignaleerd dat ‘de werkloze’ niet bestaat. Achter de cijfers over beroepsactiviteit schuilen blijkbaar mensen, individuele verhalen, en sommigen verkeren nu eenmaal in de onmogelijkheid om deel uit te maken van het normale arbeidscircuit. De idyllische fantasie dat de gebraden kippen ons in de mond zullen vliegen eens we ‘de werklozen’ strenger hebben aangepakt, heeft dankzij deze kwestie alvast wat van haar misplaatste sérieux ingeboet.

‘Langdurige werkonwilligen zijn geen goudader, dus zal de regering elders geld moeten zoeken’

Jan De Meulemeester

De krokusvakantie kon een welgekomen weekje mediarust zijn voor de federale ploeg, ware het niet dat de mantelzorg-rel alsnog de spanning hoog deed oplopen. En zo solliciteert deze jonge regering bij aanvang van haar twintigste werkweek voor het weinig flatterende adjectief ‘kibbelkabinet’, publiceren journalisten lijstjes met de opeenvolgende strubbelingen en halen zelfs professoren de karwats boven over de collateral damage van al te veel besparingsijver. Onder dit gesternte manoeuvreert het kabinet nu in rechte lijn richting haar eerste, grote vuurproef: de begrotingscontrole van maart.

De hardwerkende Vlaming

Een interessant neveneffect van de mantelzorgrel is dat we er nog eens op geattendeerd werden dat het fenomeen ‘werkloosheid’ haar oorsprong kan vinden in zeer individuele en pijnlijke, diepmenselijke problemen. Een understatement voor zij die het willen zien, maar niet iedereen is altijd van goede wil: in bepaalde middens circuleert een venijnig vooroordeel over ‘de werkloze’ als de schuwe werkonwillige, die vanuit de hangmat geniepig het eigen profitariaat organiseert, van elke burgerzin gespeend, levend op de kosten van wij, de hardwerkende Vlaming. Werkloos zijn is dan een doelbewuste intentie. Het is een keuze.

'Langdurige werkonwilligen zijn geen goudader, dus zal de regering elders geld moeten zoeken'

Er bestaat bij een deel van de middenklasse ook onvermijdelijk een weinig accuraat beeld van wat werkloosheid concreet betekent, omdat ze er zelf soms nooit mee werd geconfronteerd.

En niet op zijn minst gaat dit op voor de doorsnee wetgever in dit land, gegeven diens sociologisch profiel. Wie van hen heeft thuis werkzoekenden in de peergroup? Belangrijke beslissingen en het publieke debat zijn bovendien het eigendom van diegenen die in de samenleving een vorm van power hebben, en dat is bij voorbeeld niet mijn laaggeschoolde buurvrouw die al maandenlang intensief maar vruchteloos naar een baantje zoekt. Over werklozen wordt vooral gesproken; we horen henzelf niet.

Dat wie in de anonieme cijfertjes optreedt als ‘de werkloze’ ook een echte mens blijkt te zijn, die het zwaar zieke kind verpleegt of de bedlegerige oma dagelijks bijstaat, blaast leven en nuance in de soms weinigzeggende statistiek over de beroepsactieve bevolking. Meer zelfs, die ‘werkloze’ mantelzorger schept door zijn of haar ongeregistreerde inzet niet alleen een maatschappelijk surplus, maar ook een budgettaire winst: mantelzorgers gaan immers aan de slag, daar waar ons verzorgingsmodel onbetaalbaar wordt.

Onbetaalbaar

In mijn nabije omgeving vertoeft iemand in een vervroegd pensioenstelsel. Een verworven regeling van die aard dat er tegenwoordig geen politiek en maatschappelijk draagvlak meer voor zou bestaan. Waarschijnlijk terecht overigens, maar in politiek opzicht illustreert deze jonge gepensioneerde een budgettaire paradox: de dagdagelijkse hulp die zij verstrekt aan de zwaksten in haar omgeving, genereert bij de overheid een uiteindelijke minderkost die haar pensioenkost ruimschoots overtreft.

Of anders gesteld: deze huidige mantelzorger opnieuw aan de officiële arbeid zetten, zou de belastingbetaler netto meer geld en welvaart kosten dan opbrengen. De werkuren die deze gepensioneerde presteert, zijn te uitgebreid en te intensief om enigszins betaalbaar geïnstitutionaliseerd te worden, laat staan geprivatiseerd.

Welke en hoeveel complexe, menselijke verhalen zullen in de media opduiken, als nevenschade op het pad richting de beoogde maximale activering? En hoe vaak zullen die verhalen niet stroken met een bepaalde perceptie van ‘de werkloze?’

In Vlaanderen, de grootste deelstaat van het land, is de inactiviteit vrij laag. De zoektocht om de tewerkstellingsgraad te verhogen neigt zich daardoor te richten op de kleinste hoekjes van de maatschappij, en dat kan zich vertalen in een heksenjacht, waarschuwt ook professor Bea Cantillon.

Pijnlijk

'Langdurige werkonwilligen zijn geen goudader, dus zal de regering elders geld moeten zoeken'

De voorbije week maakten we kennis met de mantelzorgers. Hoeveel anderen zijn bijvoorbeeld economisch geïmmobiliseerd door psychosociale problemen?

Of welke afgestudeerden zullen hun jarenlange inzet voor een mooi diploma niet kunnen valideren in een opgelegde maar ondermaatse job?

Hoeveel oudere werkzoekenden kampen met een stevige carrière die is stukgelopen, en worden in hun eer gekrenkt, zoals de voormalige universiteitsdocent die aardbeien moest gaan plukken, of de werkloze topactrice Antje De Boeck die kaartjes kon gaan knippen in een theater?

Ook sommige werkgevers moeten eens uit hun eigen schaduw treden, en afstappen van hun eeuwige blauwdrukje van de ideale werknemer, zijnde de autochtone mannelijke carrièrist van pakweg 35.

Voor de krant De Standaard schrijft de anonieme Ellen S. een blog over haar zoektocht naar een baan. Ze is 28, heeft twee masterdiploma’s, is gemotiveerd en schrijft bij elke sollicitatie een motivatiebrief op maat. En toch vindt ze geen werk. Gisteren reageert een lezer, met de spijtige ondervinding dat ook werkwillige vijftigers en zestigers niet gegeerd zijn op de arbeidsmarkt. En maandag blijkt opnieuw dat te veel Vlamingen moeilijker aan de slag geraken, enkel en alleen omdat ze een allochtoon klinkende naam hebben, in casu via de dienstenchequebedrijven.

Tax lift

Veel hangt nog af van cijfers, economische vooruitzichten en Europese signalen, maar als de regering-Michel volgende maand extra inspanningen moet leveren, zal de grote budgettaire heil nu ook niet uit de werkloosheid komen. Er is niet zoiets als een wroeten en graven tot we op dergelijke maatschappelijke goudader zullen stoten. Een aantal mensen zal tot de arbeid gedwongen moeten worden, maar die groep van langdurige werkonwilligen is veel kleiner dan sommigen veronderstellen; je kan geen omelet bakken zonder eieren te breken, maar de vraag is dan of er ook effectief een omelet in zit.

Minister van Defensie, Steven Vandeput (N-VA)
Minister van Defensie, Steven Vandeput (N-VA)© BELGA

Ondertussen vragen zelfs N-VA-kabinetten voor Defensie en Binnenlandse Veiligheid om meer overheidsmiddelen. De vroegere fiscale expert van de N-VA en nu minister Steven Vandeput is in die optiek een aandachtig te volgen figuur. Het leger kampt met onvoldoende budgetten, liet hij eerder al weten. Over de federale ambtenarij – ook zijn bevoegdheid – zegt hij dat er geen specifiek ‘plan’ bestaat, en dat hij met minder middelen moeilijk het broodnodige talent kan aantrekken.

Er zal elders geld moeten gevonden worden, en dat voedt stilaan meer en meer de liberale vrees dat de tax shift ook een tax lift zal betekenen.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content