Kazachgate: Van der Maelen krijgt de wind van voren

© BelgaImage

De voorzitter van de onderzoekscommissie Kazachgate, Dirk Van der Maelen (SP.A), heeft in de Kamer de wind van voren gekregen van de meerderheidspartijen. Door zijn houding in de commissie en in de media zou Van der Maelen de werking van de onderzoekscommissie zelf in het gedrang hebben gebracht, luidde het.

De plenaire Kamer bespreekt woendag onder matige belangstelling het eindrapport van de onderzoekscommissie. Die moest nagaan of sprake was van ongeoorloofde inmenging bij de totstandkoming van de wet op de verruimde minnelijke schikking, ook bekend als de afkoopwet. Ook moest ze de latere toepassing van die wet door het gerecht tegen het licht houden.

Het ziet ernaar uit dat het verslag meerderheid tegen oppositie zal worden goedgekeurd. Daarbij valt op dat de voorzitter zelf van de commissie tegen zal stemmen. Van der Maelen vindt dat het rapport lang niet ver genoeg gaat. Daags na de afronding van de werkzaamheden van de onderzoekscommissie organiseerde de SP.A’er een persconferentie om zijn alternatief verslag voor te stellen. Die démarche werd hem door de meerderheidspartijen niet in dank afgenomen.

Sophie De Wit (N-VA) zette meteen de toon door Van der Maelen te verwijten dat hij zich niet als een objectieve voorzitter heeft gedragen, maar voortdurend eigen standpunten heeft ingenomen, van bij de start zijn eigen conclusies heeft geponeerd en enkel op zoek ging naar bevestiging. ‘Zijn houding heeft de werking van de commissie ondermijnd’, luidde het.

Ook Sonja Becq (CD&V) en David Clarinval (MR) lieten zich kritisch uit over de Vlaamse socialist. Clarinval benadrukte dat de MR en vicepremier Didier Reynders, wiens naam geregeld viel in het dossier, door het rapport worden witgewassen. Het gedrag van zijn partijgenoot en oud-Senaatsvoorzitter Armand De Decker noemde Clarinval dan wel onaanvaardbaar. Het was ook Van der Maelen die van bij de start van de commissie had verklaard dat de MR steevast in alle fases van het dossier opdook en die het nadien over het “blauw netwerk”.

De Decker hoorde tot het team advocaten dat de juridische problemen van drie Oost-Europese zakenlui in ons land van de baan moest helpen. Hij ging daarvoor zelfs langs bij toenmalig Justitieminister Stefaan De Clerck (CD&V) en op diens kabinet.

Voor Vincent Van Quickenborne (Open VLD) is de bewuste wet geen “Kazachse wet”, maar een typisch Belgische compromiswet. De Wit merkte evenwel op dat bij de houding van sommigen vragen kunnen worden gesteld, bijvoorbeeld over professoren Axel Haelterman en Raf Verstraeten die voor de diamantsector optraden, maar van een determinerende invloed op het wetgevend proces zijn volgens haar geen bewijzen opgedoken. ‘De spokenjacht van sommigen heeft dus niets opgeleverd’.

Van der Maelen begon zijn tussenkomst met een lange lijst van 28 vaststellingen van feiten die hijzelf niet normaal vond. ‘Wat wij moeten vaststellen is dat de commissie een stuk van de weg van de vaststellingen heeft afgelegd, maar dat wat de appreciaties en aanbevelingen betreft, de meerderheid niet thuisgaf’.

Hij hamerde opnieuw op de rol van de diamantsector bij de totstandkoming van de wet. ‘De diamantsector heeft de politiek overstag doen gaan’, houdt de sp.a’er vol. Hij had het over ‘de druk van die economische sector, met medeplichtigheid van het openbaar ministerie’, waar het advocatenteam dan gebruik van heeft kunnen maken. ‘Er is geen hard bewijs, maar er zijn wel aanwijzingen van bemoeienissen van de Franse piste met betrekking tot de totstandkoming van de wet’, luidde het.

Van der Maelen voerde aan dat de meerderheidspartijen in hun conclusies niet willen aanvaarden dat de wet op de minnelijke schikking een ‘monster’ is. ‘Tot in beroep een minnelijke schikking bestaat in geen enkel juridisch ontwikkelde staat in West-Europa’.

Hij vindt het ook niet kunnen dat in het rapport wordt verwezen naar de conlusies van de werkgroep politieke vernieuwing om gelobby tegen te gaan. ‘Dat gaat enkel over wetsvoorstellen, terwijl van alle wetten van enige omvang 95 procent van de regering komt en in dit dossier het gelobby gebeurde in de periode dat het dossier in handen van de regering lag’.

In de motie die Van der Maelen indiende, vraagt hij dat de onderzoekscommissie haar werk zou hervatten op het moment dat het gerechtelijk onderzoek rond Kazachgate wordt afgerond in Bergen en in Frankrijk. Dan zou ze eventueel haar verslag kunnen aanvullen met nieuwe, bijkomende informatie en haar conclusies en aanbevelingen kunnen actualiseren.

Georges Gilkinet (Ecolo) liet verstaan nog met veel twijfels over verschillende punten achter te blijven. Olivier Maingain (DéFi) stelde zich luidop de vraag waarom Parijs uitgerekend De Decker als advocaat heeft gekozen.

Donderdag volgt de eindstemming.

Partner Content