Kazachgate: de witwasvilla’s van Patokh Chodiev en co.

Patokh Chodiev. Hij en zes andere aangeklaagden werden verdacht van schriftvervalsing, witwassen en bendevorming. © Getty
Kristof Clerix

Gebruikten Patokh Chodiev en zijn kompanen 5 Brusselse gebouwen om crimineel geld wit te wassen?

De parlementaireonderzoekscommissie naar Kazachgate onder leiding van Kamerlid Dirk Van der Maelen (SP.A) heeft al twee vragen onderzocht: hoe de Belgisch-Kazachse zakenman Patokh Chodiev de Belgische nationaliteit verwierf en hoe de wet op de verruimde minnelijke schikking, de zogenoemde afkoopwet, in de lente van 2011 op een drafje tot stand kwam. Nu buigt ze zich over een derde vraag: hoe is die verruimde minnelijke schikking precies toegepast? Vaststaat dat zowel de Franse Bank Société Générale als Chodiev en zes medebeschuldigden in juni 2011 als eerste een beroep op de nieuwe afkoopwet hebben gedaan.

Eerder berichtten De Standaard en Le Vif al dat Chodiev en co. voor ruim 3 miljoen euro schikten en ook de gerechtskosten van zo’n 250.000 euro betaalden. Persbureau Belga vulde aan dat ze in totaal 22 miljoen euro betaalden aan de Belgische staat, en dat ‘een deel van het bedrag bestond uit vastgoed’. Uit het proces-verbaal van de minnelijke schikking, dat Knack en Le Soir konden inkijken, blijkt hoe de vork precies in de steel zit.

De deal met Chodiev en co., zo stelt de minnelijke schikking, houdt géén schulderkenning in

Patrick De Wolf, advocaat-generaal bij het hof van beroep in Brussel, schrijft in de 28 bladzijden lange tekst dat in het dossier van onderzoeksrechter Frédéric Lugentz zeven personen waren aangeklaagd: het Kazachse trio Chodiev, Alijan Ibragimov en Alexandre Machkevitch, drie familieleden van Machkevitch, en de vrouw van de toenmalige Kazachse premier. Ze werden verdacht van schriftvervalsing, witwassen en bendevorming.

De tekst van de schikking preciseert onder meer dat de zeven verdacht werden ‘geld van criminele origine [te] hebben geïnjecteerd in mobiele en immobiele activa’. In de loop van het onderzoek liet justitie vijf gebouwen in beslag nemen: een villa in Waterloo (geschatte waarde in 2007: 3 miljoen euro), een villa in Sint-Genesius-Rode (1,7 miljoen euro), een tweede gebouw in Waterloo (4,1 miljoen euro), een gebouw in Ukkel (6,3 miljoen euro) en één in Eigenbrakel (3,35 miljoen euro).

In 2007 had onderzoeksrechter Lugentz opgedragen om die gebouwen terug te geven. In ruil moest een voorafgaande waarborg van 18,45 miljoen euro worden betaald. ‘Die som is echter tot vandaag niet overgemaakt op de rekening van het Centraal Orgaan voor de Inbeslagneming en de Verbeurdverklaring’, staat in de tekst van de minnelijke schikking. De verdachten werden daarom uitgenodigd om het geld binnen de week over te maken op een rekening van de Belgische staat. Het document stelt expliciet dat die deal géén schulderkenning inhoudt.

Knack nam contact op met Patokh Chodiev, maar die wenste niet te reageren. Zijn advocaat benadrukt wel dat ‘een minnelijke schikking afsluiten een wettelijk voorziene manier is om, als de door het parket gestelde voorwaarden worden nageleefd, de strafvervolging te doen vervallen’.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content