Justitie en Staatsveiligheid informeren Buitenlandse Zaken onvoldoende, vindt Reynders

(Belga) Minister van Buitenlandse Zaken Didier Reynders hekelt het gebrek aan doorstroming van informatie vanuit Justitie en Binnenlandse Zaken naar zijn diensten over de Belgische strijders in Syrië. De liberale vicepremier zei op de VRT-radio en bij Bel-RTL dat hij al langer vraagt naar hun identiteit en andere gegevens, maar zonder veel gehoor.

“Sinds meer dan een maand vraag ik dat het ministerie van Buitenlandse Zaken informatie zou krijgen van de Staatsveiligheid, de inlichtingendiensten, over de Belgen die vertrokken zijn”, aldus Reynders. “Ik vraag dat, maar we krijgen geen informatie.” Reynders zegt begrip te hebben voor de confidentialiteit van gerechtelijke onderzoeken, maar wijst op het risico voor de terugkeer van geradicaliseerde jongeren. Zonder de juiste informatie is het moeilijk hen in het buitenland te volgen, aldus de minister. “Hoe wil je dat we iets kunnen doen, bijvoorbeeld in Turkije, als we van niets weten?” Ook binnen Europa en de Navo ijvert hij trouwens voor een vlottere uitwisseling van inlichtingen. De Belgische buitenlandminister onderstreepte voorts het belang van extra humanitaire hulp. Ons land blijft internationaal ijveren voor humanitaire corridors of toch minstens vrije toegang – voor gewonden én dokters – tot de ziekenhuizen in Syrië. Ook voor de miljoenen vluchtelingen blijft aandacht nodig. België trok al 9 miljoen euro uit “en we proberen nog meer te doen”, klonk het voorts. Zo is ons land bereid om in Europees verband de toegangsregels naar Europa voor bepaalde groepen – vrouwen met kinderen, gewonden – wat te versoepelen. Een politieke oplossing blijft echter aartsmoeilijk, vooral met het Russische veto in de VN-Veiligheidsraad, verduidelijkte Reynders nog. Wapenleveringen ziet hij niet zitten. Het lijkt hem immers “geen goed idee” om meer wapens te geven aan “jihadistische groepen” in Syrië. (Belga)