Jury bij proces De Gelder moet onmiddellijk antwoorden op toerekeningsvatbaarheid

(Belga) De jury van het Gentse hof van assisen moet al bij de eerste van 109 vragen antwoorden of Kim De Gelder toerekeningsvatbaar was op het ogenblik van de feiten. Dat bleek bij de voorlezing van de 109 vragen die de twaalf gezworenen moeten beantwoorden. De 109de vraag peilt naar de toerekeningsvatbaarheid van De Gelder “op de dag van vandaag”.

Voorzitter Koen Defoort las donderdagavond, zoals de wet het voorschrijft, alle 109 vragen luidop. Er zijn 27 hoofdfeiten, maakte de voorzitter duidelijk. Het gaat achtereenvolgens om de drie moorden in Fabeltjesland, de moord op Elza Van Raemdock in Vrasene, de 22 moordpogingen in Fabeltjesland en de drie moordpogingen op het gezin in de Galgstraat in Vrasene. De laatste drie moordpogingen worden als één feit beschouwd. Voor elk van de 27 hoofdfeiten wordt er een bijkomende vraag gesteld naar de verzwarende omstandigheden van voorbedachtheid. De eerste vraag peilt dus of De Gelder schuldig is aan de doodslag op Corneel Vermeir in Fabeltjesland. Als het antwoord ja is, betekent dat dat de jury De Gelder toerekeningsvatbaar acht op het moment van de feiten. In de tweede vraag moet de jury antwoorden of De Gelder de doodslag op Vermeir met voorbedachten rade pleegde. Als het antwoord daarop ja is, is De Gelder schuldig aan moord en riskeert hij levenslang. (KAV)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content