J.J. De Gucht: ‘Ik heb ermee leren leven dat ze me een fils à papa noemen’

Ann Peuteman

Hoewel hij al heel wat leergeld heeft betaald, wordt Jean-Jacques De Gucht nog altijd gezien als de zoon van Europees commissaris Karel De Gucht.

Zes jaar geleden was hij de jongste senator ooit. Hoewel hij ondertussen al heel wat leergeld heeft betaald, wordt Jean-Jacques De Gucht nog altijd in de eerste plaats gezien als de zoon van Europees commissaris Karel De Gucht.

Had u achteraf gezien niet beter een beetje meer levens- en werkervaring opgedaan voor u een parlementair mandaat opnam?

Jean-Jacques De Gucht: Het voordeel van de Senaat was dat ik in mijn rol kon groeien zonder dat er constant camera’s op stonden. In de Kamer of het Vlaams Parlement zou dat anders zijn geweest. Maar voor alle duidelijkheid: het was echt geen uitgekiend plan om al in 2007 senator te worden. De bedoeling was om aan de verkiezingen deel te nemen, een goed resultaat te behalen en dan de volgende keer een verkiesbare plaats te krijgen. Maar met 66.942 voorkeurstemmen was ik toch verkozen. Een machtig gevoel.

Denkt u dat u dat etiket van ‘zoon van’ ooit van u zult kunnen afwerpen?

De Gucht: Ondertussen heb ik ermee leren te leven. Ik weet ook wel dat ze me graag een fils à papa noemen. Ze doen maar. Zeker op de website van Het Laatste Nieuws geven lezers me geregeld een veeg uit de pan. Toen bijvoorbeeld bekend werd dat ik zou trouwen, schreef iemand: ‘Nu moet Karel de Gucht niet alleen een job regelen voor zijn zoon maar ook voor zijn schoondochter.’ Dat soort onnozelheden. Als ik daar wakker van zou liggen, stapte ik beter uit de politiek.

Ik kan ertegen dat ze me uitmaken of heel denigrerend over me doen, zolang ik maar het gevoel heb dat ik in de politiek iets kan betekenen. Als ik zou merken dat ik daar niets kon bijdragen, dan zou ik ermee stoppen. Maar op dit moment is dat niet zo. Integendeel.

Ondertussen gaat het nog steeds niet goed met uw partij.

De Gucht: Hoezo? Het gaat net uitzonderlijk goed.

Dat zou je niet zeggen als je de peilingen ziet.

De Gucht: Nochtans doen onze ministers in de federale regering heel degelijk werk. De sfeer binnen de partij zit ook erg goed en er is een nieuwe dynamiek. Gwendolyn Rutten, die het uitstekend doet als voorzitster, heeft de Open VLD echt weer schwung gegeven.

Alleen merken de kiezers daar nog niet veel van?

De Gucht: Er is toch iets aan het veranderen. We laten de mensen niet meer koud. Ik merk dat ze weer geïnteresseerd zijn in wat we doen, in wat we te zeggen hebben. Dat is een tijd anders geweest: we maakten geen enkele reactie meer los en kregen zelfs amper nog tegenwind. Maar nu hebben we dus een nieuwe start genomen. Ik zeg niet dat we straks 20 of 25 procent van de stemmen zullen halen, maar een bescheiden heropleving zit er echt wel in. Dat kán gewoon niet anders. (AP)

Het volledige interview met Jean-Jacques De Gucht leest u deze week in Knack.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content