Is bestelling voor opvolger F-16 op ‘juridisch drijfzand gebouwd’?

Steven Vandeput © Belga
Simon Demeulemeester

Volgens Groen-Kamerlid Wouter De Vriendt misbruikt de regering een Europese regel, en begeeft ze zich daarmee op glad ijs. Specialisten sussen dat die Europese regel open is voor interpretatie.

Minister van Defensie Steven Vandeput (N-VA) hoopt voor de zomer van 2018 zijn handtekening te kunnen zetten onder een contract voor 34 nieuwe gevechtsvliegtuigen, ter vervanging van de F-16’s. Een ‘fetisj’ is dat, zegt Kamerlid Wouter De Vriendt (Groen). ‘We gaan 3,5 miljard euro betalen, terwijl er in Europa al een surplus is van 2300 jachtvliegtuigen tegenover 1000 bij de Russen.’ Maar de ecologisten zien nog een probleem: de passage uit de Strategische Visie van Defensie waarin staat dat de regering streeft naar ‘maximale economische return voor de militaire aankopen’.

De Belgische regering legt de wet naast zich neer en loopt daarmee het risico op een nietige procedure.

Oppositiepartij Groen

Concreet: wie het nieuwe gevechtsvliegtuig mag leveren, moet ook Belgische bedrijven in bad nemen – zoals bijvoorbeeld Barco, dat schermen kan leveren. De regering beroept zich hiervoor op artikel 346 van het Europees verdrag: om ‘essentiële veiligheidsbelangen’ (EVB) te vrijwaren, mag een lidstaat eisen dat haar eigen industrieën betrokken worden. Bijvoorbeeld: wanneer België in zee gaat met Boeing en er komt ruzie met de Amerikanen, dan is het onzeker of we nog aan wisselstukken geraken. Wat de groenen zorgen baart, is dat de regering dat EVB-criterium zwaar laat doorwegen in de beslissing. Het telt mee voor 10 procent. Ter vergelijking: de totale kost van de nieuwe vliegtuigen telt mee voor 25 procent.

Juridisch drijfzand

Volgens De Vriendt ‘misbruikt’ de regering artikel 346 uit louter economische overwegingen. En dat is volgens hem verboden: ‘Europa verbiedt die economische compensaties. Dat de regering in haar Strategische Visie letterlijk toegeeft daarnaar te streven, is een stommiteit van jewelste. Zo begeeft ze zich in juridisch drijfzand en is het verwijt van fraude niet veraf.’ Groen ziet zich gesterkt door een nota van de Inspectie Financiën, die Knack kon inkijken. Daarin staat de bemerking dat ‘het juridische risico’ oploopt door het zogenaamde veiligheidsbelang voor 10 procent te laten meewegen. Het valt bovendien ‘niet uit te sluiten’ dat een leverancier zijn aanbod zal opwaarderen met ‘een bijkomende aanbod-inspanning’ op het vlak van EVB. Lees: een leverancier met een minder goed vliegtuig zou haar aanbod kunnen opsmukken door extra indirecte economische steun aan België te beloven. In dat geval is de Belgische belastingbetaler twee keer de dupe, zegt de Vriendt: ‘Een eerste keer door de aankoop van de jachtvliegtuigen en een tweede keer omdat niet de kwaliteit van het materiaal, maar de mogelijke economische compensaties voorop staan in de beslissing.’

De Vriendt sprak op Radio 1 bovendien van valse verwachten, omdat de Belgische bedrijven die van de deal zouden kunnen profiteren, amper deel zouden kunnen nemen aan het productieproces. ‘Die vliegtuigen zijn al quasi volledig ontwikkeld. We springen sowieso laat op de kar. Echt veel voordeel zal daar niet meer te halen zijn voor ons bedrijfsleven.’

Beeld van een Lockheed Martin F-35 Joint Strike Fighter.
Beeld van een Lockheed Martin F-35 Joint Strike Fighter.© EPA

Pim Jansen, onderzoeker aan de Leuvense Rechtenfaculteit , vindt dat de Belgische overheid het inderdaad ‘onhandig formuleert’, maar vindt de kritiek van Groen overdreven. Hij vindt het niet verbazend dat een lidstaat aan dergelijke enorme investeringen een participatie van het eigen bedrijfsleven wil koppelen. ‘Maar de Europese regels moeten daarbij wel gevolgd worden.’ En het is inderdaad zo dat de Europese Commissie dergelijke compensaties zoveel mogelijk wil terugdringen, legt Jansen uit. ‘Om toch voor een meer open defensie- en veiligheidsmarkt te zorgen, vaardigde ze aanbestedingsrichtlijn 2009/81/EC uit. Het doel van die richtlijn is om onder meer onderhandse gunningen (waarbij een beperkt aantal leveranciers worden uitgenodigd) of eisen van militaire compensatieorders zoveel mogelijk terugdringen.’ Uit een recente evaluatie van de Europese Commissie blijkt niettemin een weerbarstige praktijk, stipt Jansen aan. Het is niet evident om de lidstaten te doen afzien van onderhandse gunningen of compensatieorders. Met het bewuste artikel 346 kan een lidstaat dan ook afwijken van die regels – op grond van ‘wezenlijke nationale veiligheidsbelangen’.

Jansen geeft Groen gelijk wanneer het zegt dat het niet toegestaan is om dat artikel in de eerste plaats in te roepen voor maximale nationale economische return. ‘Het Europees Hof van Justitie interpreteert die richtlijn ook op die restrictieve manier.’ De kernvraag is volgens Jansen: ‘Kan België in concreto aan de strikte voorwaarden van dit artikel voldoen?’

Groen is formeel: daaraan is niet voldaan. ‘De Belgische regering legt de wet naast zich neer en loopt daarmee het risico op een nietige procedure. Wij vragen dat de regering zo snel mogelijk bij de Europese Commissie navraagt of ze dit artikel correct inroepen.’ Volgens minister van Binnenlandse Zaken Jan Jambon (N-VA) op Radio 1 zaait Groen ‘graag wat paniek’: ‘Heel die zaak is afgetoetst met Europa. Er is contact met de Europese instanties om te zien dat alles volgens de regels van de kunst verloopt’.

Ook Jansen is minder stellig dan de oppositiepartij. ‘Je kan België niet op voorhand verbieden om te vragen dat ook Belgische ondernemingen deelnemen, om zo bijvoorbeeld specifieke technologieën of industriële capaciteiten in stand te houden. Die eis moet dan wel primair gebaseerd zijn op de bescherming van de wezenlijke belangen van de nationale veiligheid. En het is in de eerste plaats aan België om te bepalen welke maatregelen concreet noodzakelijk zijn daarvoor. ‘ Wanneer ze dat doet, besluit Jansen, ‘dan doet de Belgische regering er goed aan die ‘maximale economische return’ zorgvuldiger te formuleren: in termen van de instandhouding van nationale capaciteiten met het oog op de nationale veiligheid.’

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content