Hendrik Schoukens

‘In hoeverre zijn we echt bereid om de aanwezigheid van de wolf te aanvaarden in onze samenleving?’

Hendrik Schoukens Milieujurist verbonden aan de UGent, schepen voor Groen in Lennik

‘Of de terugkeer van de wolf een echt succesverhaal wordt, valt nog te bezien’, schrijft schrijft milieujurist Hendrik Schoukens (UGent).

Groot nieuws! Voor het eerst in meer dan honderd jaar is er terug een wolf in Vlaanderen gesignaleerd. Het Limburgse Bocholt ging met de eer lopen. Een Duitse vrouwtjeswolf mét zender trok daar enkele dagen geleden de Belgisch-Nederlandse grens over. Op zoek naar een Vlaams lief. Voorlopig zal ze van een kale reis thuiskomen. Maar de wolf is here to stay, aan de randen van ons verkavelde Vlaamse landschap.

Welkom terug!

‘Ysengrijn, heb jij gehoord, hoe ’t oude spreekwoord gaat? Vijands praat is valse praat!’ Aan het woord is de das Grimbert, die zijn neef, de vos Reynaert, als gewiekst advocaat probeert te verdedigen tegen de beschuldigingen van de wolf Ysengrijn. Deze smeuïge passage is afkomstig uit het Middeleeuwse dierenepos Van de Vos Reynaerde. De prominente plaats van Ysengrijn toont aan de wolf geen abnormale verschijning was voor onze Middeleeuwse ‘man in de straat’. De afschotcijfers binnen België spreken boekdelen: zo worden in de regio rond Brugge tussen 1480 en 1678 niet minder dan 2500 wolven gedood. In het Zoniënwoud wist de wolf het nog tot in de negentiende eeuw uit te zingen.

In hoeverre zijn we echt bereid om de aanwezigheid van de wolf te aanvaarden in onze samenleving?

En nu staat diezelfde wolf opnieuw aan onze deur te kloppen. Na meer dan honderdvijftig jaar afwezigheid. Bien étonnés de se retrouver ensemble. Een jaar terug gaf ook de Waalse minister bevoegd voor natuur al toe dat er terug wolven in de Ardense wouden zwerven. In een tijd waarin een zesde uitstervingsgolf over onze planeet raast, vormt de terugkeer van Ysengrijn een welkom lichtpuntje. Maar enkel als we bereid zijn onze ‘oerangsten’ aan de kant te schuiven.

Haat-liefde

De verhouding tussen de wolf en de mens is altijd dubbelzinnig geweest. De wolf mag dan wel een cruciale rol spelen in de Romeinse stichtingsmythologie – als ersatzmoeder van Romulus en Remus – er is ook heel wat bad press. De terugkeer van de wolf naar België is dan ook op de eerste plaats het gevolg van EU natuurrichtlijnen. Deze blijken verrassend effectief wanneer ze worden afgedwongen. Met de tijd van grote klopjachten achter de rug, heeft de wolf langzaam aan zijn verloren terrein terug kunnen heroveren. Vanuit Polen en Italië, kwam rukte de wolf met een snelheid van 100 kilometer per jaar op naar onze streken.

En daarbij toonde Ysengrijn zich verrassend adaptief. De wolf heeft helemaal géén nood aan ongerepte wildernis. Hij wist zich discreet te handhaven in ons Europees cultuurlandschap, zelfs in de buurt van steden als Oslo, Berlijn en Hamburg. Jarenlange vervolging hebben hun sporen achter gelaten. De wolf is mensenschuw geworden. Gevallen waarin wolven mensen aanvallen zijn zeldzaam. Slechts weinig Duitsers hebben ooit één van de 200-tal wolven ontmoet die sinds een tiental jaar terug in hun bossen ronddolen.

Aanpassen of oprotten?

De Nederlandse polderwolf zette vorig jaar de zaken op scherp. De jonge zwerfwolf dook plots op in de straat in enkele Groningse dorpjes. Door de uitgebreide media-aandacht had het meer weg van een klopjacht. Maar het zette de zaken wel op scherp. In het Nederlands parlement opperden enkele parlementsleden dat het ging om een invasieve soort. Een parlementslid wou de grenzen sluiten.

De toon doet terugdenken aan de verhitte debatten over het migratie- en asielvraagstuk. Muren bouwen, strikte grenscontroles. Het refrein is bekend. Maar het klopt niet. De wolf maakt deel uit van onze inheemse natuur, al zijn we dat ondertussen vergeten. Nu de wolf een Europees beschermde diersoort is, is het bovendien niet mogelijk om de grenzen te sluiten voor de wolf. Als er zich op termijn enkele roedels wolven zouden vestigen in Wallonië, dan zijn wij juridisch gezien verplicht deze soort in stand te houden.

Niet zelden leidt het wolvendebat echter tot grote polarisering. Stedelingen die meer wolven willen, terwijl de veehouders op het platteland de wolf liever kwijt dan rijk zijn. In Noorwegen laat men de wolf er enkel toe in zogenaamde ‘wolvenzones’. En de populaties wordt kunstmatig laag gehouden door bejaging. Op dit moment zijn er meer wolven in het ‘dichtbevolkte’ Duitsland en Denemarken dan in het ‘ongerepte’ Noorwegen. Een jaar terug stelden maar liefst 16.000 Noren (!) zich kandidaat om een twintigtal wolven legaal af te schieten. En enkele maanden terug barstte er een verhit debat los toen een melkproducent op één van zijn kartonnen een wolf te midden van de Noorse natuur afbeeldde. Voor velen een onbewuste provocatie.

De wolf als spiegel?

Ondertussen is de wolf ook expliciet beschermd binnen Vlaanderen. Op wettelijk vlak zit het dus snor. De wolf zal niet zomaar kunnen worden afgeknald. Het zal uiteindelijk aan de wolf zelf zijn om te bepalen of hij Vlaanderen definitief wil toevoegen aan zijn lijstje met recente heroveringen. Het lijkt weinig waarschijnlijk dat er zich op korte termijn wolvenroedels zullen vestigen binnen ons sterk verkavelde Vlaamse landschap. Ook voor een erg flexibele soort als de wolf is het hier allicht wat te druk. Maar dat neemt niet weg dat er als maar meer zwervende exemplaren kunnen opduiken. En de vestiging van een wolvenpaartje in de Limburgse bossen, is niet langer science fiction. Handig toch? Want is er daar geen sprake van een everzwijnenplaag? De wolf als probleemoplosser?

De recente wolvenwaarnemingen dwingen ons na te denken over het langdurige behoud én herstel van de wolf in de lage landen. Enkele jaren terug is reeds gepleit voor de opmaak van een grensoverschrijdend wolvenmanagementplan. Een plan met populatiedoelen, maar ook tips and tricks voor veehouders, wandelaars die een wolf ontmoeten en duiding over mogelijke vergoedingsmechanismen voor zover sprake van schade. Minister Schauvlieghe wimpelde deze idee enkele jaren terug nog af. Nu lijkt zij wel bereid hierover na te denken.

Maar of de terugkeer van de wolf een echt succesverhaal wordt, valt nog te bezien. Want zij wij wel bereid om de aanwezigheid van de wolf te aanvaarden in een samenleving die alsmaar meer gekenmerkt wordt door risico-aversie en controlewoede? Zien we onszelf als ‘dominator’ van de natuur – waarbij natuur thuishoort in kleine reservaten, achter hekken – of opteren we voor een meer evenwaardige visie, waarbij mens en natuur partners worden? En is een blijvend contact met wilde natuur noodzakelijk om ons echt ‘mens’ te voelen? Of stellen we ons tevreden met Disney-natuur?

De Europese wolf toonde de nodige alvast de nodige wil tot integratie. Of er binnen enkele decennia echt sprake is van een echte Vlaamse love story voor de wolf, zal vooral van de mens afhangen. Willem die Madoc maecte – de auteur van Van de Vos Reynaerde – had het bij het rechte eind: dieren kunnen ons veel vertellen over het complexe verschijnsel ‘mens’. De wolf lijkt hierop geen uitzondering te vormen.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content