Louis Ide (N-VA)

‘Ik geloof niet dat Maggie De Block de tabakslobby achterna zou lopen’

Louis Ide (N-VA) Algemeen Secretaris van N-VA en arts.

‘De strijd tegen de sigaret afwimpelen omwille van de zogezegde hypocriete winsten die de overheid haalt uit de opbrengst van de tabakstaksen, is gewoon geen optie’, schrijft Louis Ide (N-VA). Hij merkt wel op dat de strijd tegen kanker bij het grote publiek meer steun geniet dan de strijd tegen de sigaret.

‘Oud genoeg voor seks, maar te jong voor sigaretten? Allez, allez.’ Eén kwinkslag volstond om een kleine storm te doen losbarsten. De opmerking was nochtans Maggie De Block ten voeten uit. Blijkbaar was ze daarna vogelvrij verklaard door de CD&V (net zoals spreeuwen, kraaien, kauwen, eksters, brandganzen en Vlaamse gaaien eerder die week). Wouter Beke plaatste een aanvalletje op Twitter met de hashtag #seksisgezond. Ik zag er een ludieke knipoog in. Voor sommigen direct de aanleiding om het woord ‘kibbelen’ naar voor te schuiven. Zucht.

Ik ken Maggie De Block als een verstandige vrouw. Ik geloof ook niet dat ze de tabakslobby achterna zou lopen. Eens arts, altijd arts. Anderzijds hoeft het geen slechte zaak te zijn dat ze door een aantal parlementsleden onder vuur wordt genomen over haar rookbeleid. Ze zou dit moeten omarmen. Samen met hen moet ze verder timmeren aan de weg naar een samenleving zonder kanker. In tegenstelling tot het mediastormpje gaat het hier om constructieve kritiek. Onder paarsgroen zou dit bestempeld worden als open-debat-cultuur, nu is het blijkbaar kibbelcultuur. Zucht.

‘Ik geloof niet dat Maggie De Block de tabbakslobby achterna zou lopen’

De minister kan haar eigen mannetje staan. Ze heeft geen Noël Slangen nodig, die niet gespeend door enige kennis zich ondertussen ook in het rokersdebat mengt. Ik ben er van overtuigd dat ze de strijd tegen de sigaret zal voeren. Want er is niets mis om met organisaties zoals Stichting tegen Kanker en Vereniging voor Alcohol en Andere drugproblemen (VAD) te gaan praten.

Want de hypocrisie van de overheid waar Luc Van der Kelen over spreekt in zijn editoriaal van 25 januari -en waar hij De Block ook geen dienst mee bewees- gaat namelijk voorbij aan een andere vorm van hypocrisie. Volgens Van der Kelen is de overheid hypocriet door mondjesmaat de prijs van tabak te verhogen om de inkomsten uit accijnzen te verzekeren. Maar Vlaanderen vereenzelvigt zich al jaren met de acties van Kom op tegen Kanker (KOTK). Allerlei organisaties en burgers spannen zich elk jaar weer in om een grote som geld op te halen voor de strijd tegen kanker. Vanuit de politiek en de media is er wijdverbreide steun voor KOTK. Zo werd vorig jaar nog gefietst tegen kanker door de N-VA afdelingen.

We kunnen niet het ene moment vol enthousiasme deze acties steunen om dan later de ander kant uit te kijken vanwege enkele inconsistenties in het anti-rookbeleid. Het leidt geen twijfel, de strijd tegen kanker is iets waar de Vlaming veel voor over heeft. Het is een thema waar iedereen mee in aanraking komt en dat leeft onder de bevolking. Ik vind het niet meer dan logisch dat wie deze acties ondersteunt, ook de strijd aangaat tegen de sigaret.

‘Nu is het eenmaal zo dat de strijd tegen kanker meer steun geniet bij het brede publiek dan de strijd tegen het roken.’

Want de strijd tegen de sigaret is naast vele, vele andere aandoeningen, de strijd tegen kanker. Roken is de belangrijkste vermijdbare oorzaak van kanker. De strijd tegen de sigaret afwimpelen omwille van de zogezegde hypocriete winsten die de overheid haalt uit de opbrengst van de tabakstaksen, is gewoon geen optie. Nu is het eenmaal zo dat de strijd tegen kanker meer steun geniet bij het brede publiek dan de strijd tegen het roken. Niemand wil kanker krijgen, maar velen willen wel blijven roken. Ook bij het niet-rokende deel van de bevolking is daar begrip voor. “Weeral iets dat ze ons willen afpakken” is een veel gehoorde oprisping. Of men merkt op dat men de vrijheid moet hebben om daar zelf over te beslissen. Toch moet je als politicus ook onpopulaire beslissingen durven nemen. Dat is niet ondemocratisch. De publieke steun voor de strijd tegen kanker levert voldoende legitimiteit om een onpopulaire aanval op de sigaret te aanvaarden. Of om het met ene boutade te stellen: Sommige rokers willen niet stoppen met roken, maar geen enkele roker wil dat zijn kinderen gaan roken.

Het doet met denken aan de campagne die ik als senator voerde tegen roken in de horeca. Mijn compagnon de route hierin was CD&V-senator Dirk Claes. Hoedje af voor de man die als cafébaas zijn eigen belangen ondergeschikt maakte aan die van de maatschappij. Nee, het rookverbod in de horeca heeft niet alles opgelost. Maar het was zeker geen hypocrisie wat Dirk tentoon stelde, het was moed.

Op hun manier zetten Kamerleden Renate Hufkens (N-VA) en Els Van Hoof (CD&V) de parlementaire strijd verder die Dirk Claes en ik een zeven jaar geleden begonnen. Laten we ons niet blind staren op de partijpolitieke nuances of de potentiële hypocrisie van de voorstellen maar laten we de nodige stappen nemen om het aantal kankergevallen te doen dalen, ook al zijn het moeilijke stappen.

Partner Content