De (s)preekstoel van Knack.be

‘Het Onze Vader herzien: Laat ons prevelen vervangen door zelfreflectie’

De (s)preekstoel van Knack.be Knack.be maakt ruimte voor religie en levensbeschouwing

Vanaf november zal in Vlaanderen en Nederland hetzelfde Onze Vader worden gebeden. ‘Een lovenswaardig initiatief, maar niet meer dan een schijnbeweging’, vreest Johan Temmerman (VPKB).

Onze katholieke broeders in Vlaanderen en Nederland zullen vanaf 27 november 2016 dezelfde tekst van het Onze Vader bidden. Er zijn slechts enkele kleine verschillen, waarbij het woordje ‘bekoring’ in Vlaanderen het nog steeds doet, terwijl men in Nederland vraagt om niet aan ‘verzoekingen’ ten prooi te vallen. Nu zal men zowel boven als onder de Moerdijk over ‘beproevingen’ prevelen.

‘Het Onze Vader herzien: Laat ons prevelen vervangen door zelfreflectie’

Ik ben het met onze katholieke broeders eens dat we in deze barre kerkelijke tijden naar meer eenheid moeten streven. Helemaal lovenswaardig is het initiatief om de Blijde Boodschap en de liturgische praktijken dichter bij de tijd te brengen. Maar ik kan mij tegelijk niet van de gedachte ontdoen dat dergelijke aanpassingen geen enkel verschil maken. In voetbaltermen zouden we spreken van een ‘schijnbeweging’, waarmee men de speler van de andere partij op het verkeerde been zet. Men beweegt naar links, maar gaat dan toch naar rechts.

Maar slecht uitgevoerde schijnbewegingen kunnen ook tot balverlies leiden. Ik kan ervan mee spreken. In mijn jeugd op het Jezuïetencollege werd ik het Onze Vader ingeprent, samen met het Wees Gegroet. Ik gebruikte deze prevelgebeden enkel na de wekelijkse biechtsessie op dinsdagochtend in een donkere kille kerk. Een pater hoorde dan naar mijn zonden, zuchtte diep en droeg mij vijf Weesgegroetjes en één Onze Vader op. Dan moest ik op de achterste rij van de kerk zitten, handen gevouwen en de gebeden opzeggen.

Penitentie

Ze noemden dat penitentie. Maar aangezien niemand wist wat en hoeveel ik moest opzeggen, behalve de in de biechtstoel verscholen opdrachtgever en ik zelf, deed ik enkele minuten alsof en liep dan de zonovergoten speelplaats tegemoet, op zoek naar een bal. Biechten en bidden deed mij als jongeling niets. Ook op de speelplaats was ik niet goed in schijnbewegingen. Meestal ging ik recht op doel af en speelde liefs zo veel mogelijk in één tijd. Onder meer door het mechanisch opzeggen van gebeden, waarvan ik de inhoud in de verste verte niet kende, leed ik tegen het einde van mijn tienerjaren balverlies. Ik raakte het geloof kwijt.

Jaren later kwam ik in contact met de protestantse kerk. Het Weesgegroet ben ik vergeten. Het Onze Vader keerde terug. Aangezien protestanten in Vlaanderen een Nederlands importproduct zijn – in de 16e eeuw was het andersom – kwam het Onze Vader terug, maar dan met ‘verzoeking’ in de voorlaatste bede. Protestanten bidden het Onze Vader gezamenlijk tijdens de eredienst, doorgaans aan het einde van de dankgebeden. Ook hier gaat het om een schijnbeweging, gezamenlijk prevelen.

Ik heb al veel voetbalwonderen zien gebeuren. Zoals Maradonna dertig jaar terug, toen Argentinië tegen België uitkwam tijdens het WK. De kleine driftkikker kreeg de bal op eigen helft, zette zowat alle Rode Duivels op het verkeerde been en legde dan de bal keurig voorbij onze nationale held J.M. Pfaff in het net. Weergaloos. Vijf of zes schijnbewegingen en dan ‘binnen’. Waar wil ik met deze vergelijking naartoe?

Het oppoetsen van liturgisch taalgebruik zal de geloofwaardigheid van het christendom voorin de 21e eeuw niet opkrikken. Daartoe is meer nodig. Het is goed dat men meer eenheid wil bewerkstelligen en de intentie om het taalgebruik aan te passen aan deze tijd is ronduit formidabel. Maar als men wil scoren zal men ook recht naar doel moeten spelen en alle sierlijke schijnbewegingen ten spijt tot een schot moeten komen. Zonder scoringsvermogen zal de ploeg nooit winnen. Hooguit een gelijkspel afdwingen. Deze status quo speelt de kerk in het Westen al jarenlang parten. Om een doelpunt te maken stel ik het volgende voor.

Alertheid voor verleidingen en kwaad

Het Onze Vader gaat over God loven als Diegene die boven alles en iedereen verheven is, het dagelijkse leven gronden in eenvoud en vergeving en uiteindelijk ook alertheid wekken voor verleidingen en kwaad. Het is de evangelist Mattheüs die Jezus het Onze Vader aan zijn leerlingen laat leren. Lucas doet het dunnetjes over. Moeten we dit vandaag klakkeloos navolgen?

Laat ons prevelen vervangen door zelfreflectie. Het Onze Vader is een historische tekst, erken het voorbeeldgebed als zodanig. De christelijke tradities doen er goed aan de hedendaagse mens tot zelfreflectie aan te zetten en dit door hen de weldaad aan te reiken om op geregelde tijdstippen hun verhouding met het verbindende eenheidsprincipe te overdenken, hun dagelijkse wandel na te gaan en te stimuleren tot weerbaarheid tegen onrecht en kwaad. Dat is de bedoeling van het Onze Vader.

Laat ons hopen en bidden dat deze semantische ingreep een voorzet is en dat de volgende stap een kopbaldoelpunt oplevert.

Prof. Dr. Johan Temmerman is hoogleraar systematische vakken (filosofie en ethiek) aan de Theologische faculteit te Brussel (FPG)

Partner Content