Herman Matthijs (UGent, VUB)

Hebben de Belgische openbare financiën nog een toekomst?

‘De aankomende begrotingscontrole zal een zeer belangrijke politieke oefening zijn voor de federale én de Vlaamse regering’, schrijft Herman Matthijs hoogleraar openbare financiën (VUB en Universiteit Gent). ‘Want als men een Vlaams tekort accepteert, dan is er geen verschil meer met de budgettaire aanpak in de andere regeringen van de deelstaten.’

De diverse regeringen in dit land staan voor de traditionele begrotingscontrole. Voortaan is dit een oefening met de toezichthouder op de Belgische openbare financiën, namelijk: de Europese Commissie. De federale staat zou zowat 1,2 miljard euro moeten zoeken. Maar als men daar nog eens met de kam doorgaat, zal dit bedrag wel zakken.

Daarnaast zijn er ook de tekorten in de begrotingen van de deelstaten. Van Vlaanderen werd verwacht dat het een evenwicht zou nastreven. Maar het aangekondigde tekort van 900 miljoen euro is een bijkomend probleem om de EU-voorschriften na te leven. Als men deze twee bedragen optelt, bekomt men zowat 2 miljard euro en dat is maar één procent op een totaal van 200 miljard euro van alle overheidsbegrotingen binnen dit interfederale land. Is dat een politieke mission impossible gedurende dit Europese semester?

Jaren teveel bespaard op investeringen

Valt er op de federale begroting nog te besparen? Laat vooreerst duidelijk zijn dat er al jaren teveel is bespaard op de investeringen. Het zou dan ook beter zijn dat de staat de begrotingswetgeving van 2003 zou amenderen en een wettelijke verplichting oplegt om een minimaal percentage van de uitgaven vast te leggen als investeringen. Een voorbeeld van te weinig investeringen op federaal vlak, is Defensie.

Hebben de Belgische openbare financiën nog een toekomst?

Minder ambtenaren daarnaast kan geld opbrengen. Maar dat dient gepaard te gaan met een ernstige administratieve vereenvoudiging en een herschikking van de Copernicus-structuur. Een vereenvoudiging van de fiscale wetgeving zou ook geld opbrengen voor de schatkist. De spoorwegen en zijn kost van 3 miljard euro per jaar kunnen altijd bijdragen aan de sanering. En de vele heterogene bevoegdheidspakketten, in het kader van de staatshervorming, zijn per definitie duurder en hieraan mag in de toekomst ook eens gesleuteld worden.

Globaal bekeken zijn de grote bedragen niet meer te vinden in deze federale begroting en daarom komt de sociale zekerheid in het vizier, die in omvang groter is dan de federale begroting. Vooreerst liggen besparingen door een administratieve vereenvoudiging binnen de sociale zekerheid op tafel.

Riant pensioensysteem

Hebben de Belgische openbare financiën nog een toekomst?
© iStock

De pensioenen zijn een constant financieel probleem. De kost van de eerste pijler is reeds 40 miljard euro (30 miljard in de sociale zekerheid en 10 miljard in de begroting ) en dat bedrag stijgt enorm. Zowat alle maatregelen inzake de pensioenen grijpen in op de toekomstige pensioenen en doen niets aan de huidige pensioenen. In feite zit men nu meer dan één actieve generatie zwaar te belasten om een riant pensioensysteem te laten betalen van een veel minder actieve generatie.

De tweede pijler staat er al niet veel beter voor. Want de optelsom van de middelen van de groepsverzekeringen en de pensioenfondsen in België bedraagt zowat 150 miljard euro. Ter vergelijking: in Nederland is het kapitaal van de pensioenfondsen te begroten op 1000 miljard euro.

Een eigen huis

De derde pijler is relatief aantrekkelijk door zijn fiscaal voordeel. Maar het bedrag is te klein om van te leven na de werkjaren. Een hoger aftrekbaar bedrag is zeker interessanter voor de mensen, de financiële beheerders én de staat. Al was het maar omdat daardoor veel meer geld op langere termijn kan belegd worden.

De vierde pijler is het eigen huis. Dat een gegeven is voor zowat 80 procent van de gezinnen in Vlaanderen. De woonbonus is een van de weinige directe stimulansen vanwege de Vlaamse regering om de economie te activeren. De bouwsector is juist een van de belangrijkste sectoren in de Vlaamse economie. Maar de regering-Bourgeois heeft hier op gesaneerd, terwijl vele andere inefficiënte toelagen blijven bestaan. Want laat het duidelijk zijn de mensen die op hun zestigste geen eigen huis hebben, zijn de (nieuwe) paria’s in de maatschappij. Ook de overheid heeft er alle belang bij dat er zoveel mogelijk eigen woningen zijn.

De sector van de gezondheidszorg kan op zeer korte termijn voornamelijk geld opbrengen door een verhoging van het remgeld. De structurele ingrepen met onder andere de hertekening van de taken van de ziekenhuizen, zijn pas op langere termijn besparend. Men mag niet onderschatten dat de bevolkingstoename, de veroudering van de maatschappij en de aankondiging van revolutionaire technieken (bijvoorbeeld nano) niet bepaald besparend gaan werken.

Te weinig arbeid geschapen

De Belgische werkloosheid is al langer een structureel probleem omdat er te weinig nieuwe arbeid wordt geschapen. Het ideale om deze kost te laten dalen, is meer volk aan het werk te krijgen. Een beperking van de werkloosheidsuitkeringen in de tijd is geen punt in het regeerakkoord en zodoende niet uitvoerbaar.

Meevallers

De federale begrotingscontrole heeft ook een aantal meevallers. De lage rente levert misschien 300 honderd miljoen euro op en de indexprovisie van 300 miljoen euro is vrij voor gebruik. Daarnaast zijn er de goed draaiende Noord-Amerikaanse economieën en dat zal ook positieve gevolgen hebben voor onze economie. Dan is er nog de prognose van de ECB , die voor het eerst sinds lang een hogere groei voorspelt dan de EU Commissie.

Tegenvallers

Maar de regering zal ook rekening moeten houden met diverse tegenvallers, zoals de hoge werkloosheid die ook beïnvloed wordt door de enorme demografische toename in dit land. Een klassieke tegenvaller is de Eurocrisis en de Griekse chaos. De miljarden die we geleend hebben voor de nakomelingen van Aristoteles gaan we zeker niet meer terugzien. Dat Griekse probleem kan ook de Russische leider op slechte ideeën brengen ten nadeel van het Europese bancaire landschap.

Schuld

We zitten al jaren in de top drie van de mondiale hitlijst van de belastingdruk. Alleen een verlaging zal bijdragen aan economische verbeteringen

Gezien de lage rente is dit het ideale moment om de overheidsschuld structureel aan te pakken. Want een dergelijke schuld van 107 procent bbp wordt budgettair dodelijk bij een toekomstige stijging van de rente. Om deze schuld eens grondig te verlagen zijn al twee mogelijkheden uitgesloten, namelijk: een begroting met overschot en hogere taksen. We zitten al jaren in de top drie van de mondiale hitlijst van de belastingdruk. Alleen een verlaging zal bijdragen aan een economische verbetering in dit land.

Maar hoe kan dit land op korte termijn dan de schuld kan terugdringen ? Op federaal vlak kan men een aantal activa (overheidsbedrijven en aandelen) verkopen om de schuld gevoelig naar beneden te brengen. Een dergelijke verkoop moet dan wel volledig gebruikt worden om de schuld af te bouwen en niet om, zoals in het verleden, de begroting op te smukken. De uitvoering van dit voorstel zou pas een verandering zijn in het publieke begrotingsbeheer van dit land. De afbouw van de overheidsschuld kan trouwens alleen maar positieve gevolgen hebben op sociaal economisch vlak.

En ook de deelstaten dienen hun schuld onder controle te houden en zeker in Vlaanderen moet er opnieuw een administratief- en budgettair toezicht komen op de lokale besturen. Want anders gaat men de financiën van deze besturen nooit onder controle krijgen.

Taxshift

Johan Van Overtveldt (N-VA), minister van Financiën
Johan Van Overtveldt (N-VA), minister van Financiën© BELGA

Een enorm probleem om industrie en productie in dit land te houden en te krijgen is de kost van arbeid. Hier gaat het specifiek over de bruto loonkost en dus over de torenhoge parafiscaliteit. Indien men die 35 procent werkgeversbijdragen op het bruto loon drastisch wil verminderen om nog concurrentieel te blijven in een open markt, dan moet hier de ’taxshift’ plaatsvinden. Vrij recent heeft de Oostenrijkse regering (sociaaldemocraten en christendemocraten) een dergelijke ingreep aangekondigd van 5 miljard euro. België heeft een hoger bbp dan Oostenrijk land en dan kan men er toch vanuit gaan dat de Belgisch ’taxshift’ minimaal ook over dat bedrag moet gaan.

Een dergelijke taxshift zou men dan best ook toepassen voor iedereen en in combinatie daarbij alle bestaande selectieve systemen schrappen. Dat laatste is dan ook al een besparing en leidt tot een transparanter stelsel. De verlaging van de parafiscale lasten dienen gecompenseerd te worden door een verhoging van andere taksen. Welke? Dikwijls heeft men het over een vermogensbelasting. Maar die bestaat al in België, want iedereen hier belastingen betaalt op bancaire producten, huizen en auto’s. De snelste en goedkoopste ingreep is de verhoging van de btw en de accijnzen. Maar dat leidt ook tot een mogelijke vermindering van de koopkracht van de mensen.

Dus dient een ’taxshift’ ook te zorgen voor een hoger netto loon voor de werkenden. Bovendien stelt zich de politieke vraag of de compensatie van een vermindering van de kost op arbeid alleen maar moet gebeuren langs de inkomstenzijde van de begroting? Zoals in Oostenrijk zal dat ook deels moeten gefinancierd worden door een sanering der uitgaven. Goedkopere arbeid leidt ook tot een terugverdieneffect. Want de buitenlandse voorbeelden hebben al bewezen dat daardoor meer mensen aan het werk zijn en dat is een goede zaak voor de schatkist.

Conclusie: ‘Belangrijke politieke oefening’

De aankomende begrotingscontrole zal een zeer belangrijke politieke oefening zijn voor de federale en de Vlaamse regering. Want als men Vlaams een tekort accepteert, dan is er geen verschil meer met de budgettaire aanpak in de andere regeringen van de deelstaten.

Bovendien brengt een Vlaams tekort de federale regering ook in de problemen om de EU-normen te halen. Indien men het globale Belgische tekort onder de 2,5 procent bbp weet te houden, dan is dat voor dit jaar een mooie prestatie.

Maar een grondige aanpak van de overheidsschuld is wel zeer dringend. De politieke wereld denkt niet zozeer in de toekomst en in het beste geval tot aan de volgende verkiezingen. Het feit dat er nu, voor het eerst sinds een lange tijd, een electorale vrije periode bestaat, zou de stimulans moeten zijn om eens structurele maatregelen te nemen. Die laatste zijn zeker nodig om de welvaart te behouden in dit land.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content