Vlinks

‘Geloven doe je met je hart: Scheiding tussen kerk en staat voelt soms aan als scheiding tussen hart en hoofd’

Vlinks Vlinks streeft naar een sociaal, rechtvaardig en inclusief Vlaanderen met maximale autonomie.

Tom Garcia van Vlinks gaat dieper in op de verschillende manieren om de scheiding tussen kerk en staat te organiseren. Hij pleit voor ‘pragmatisch pluralisme’.

Religie eist de jongste tijd -opnieuw- de hoofdrol op in het publieke debat. Vooral de islam vormt het brandpunt van menig geanimeerde discussie, voortgestuwd door de actualiteit in binnen- en buitenland. Dat debat verloopt bovendien bijzonder moeizaam omdat het veelal emotioneel gevoerd wordt. Moslims ervaren het als continu inhakken op hun identiteit, de rechterzijde ziet een oprukkende islam die onze normen en waarden bedreigt en de linkerzijde ontwaart er een vorm van nauwelijks verholen racisme in.

Die emotionaliteit is normaal, want godsdienst is nu eenmaal een spirituele aangelegenheid. Geloven doe je met je hart. De organisatie en structurering van de samenleving is echter een rationeel proces. Organiseren en structureren doe je met het hoofd. Daarom is het nodig om de twee duidelijk te scheiden. Scheiding van kerk en staat zou je met een boutade dus kunnen gelijkstellen aan scheiding van hart en hoofd.

Los van allerlei ideologische overwegingen zijn er een aantal belangrijke redenen om die scheiding door te voeren. Religie is bijvoorbeeld heel rigide. Het woord van God is, volgens de gelovigen, immers ontegensprekelijk waar en bijgevolg ook onveranderlijk. De samenleving, daarentegen, is fluïde en constant in verandering. De twee combineren zal onvermijdelijk tot botsingen leiden.

Religie is ook exclusief. De godsdienstige regels en normen gelden alleen voor de eigen ‘leden’. Zij die een andere religie aanhangen, schikken zich niet naar die regels. Sterker nog: zij hebben hun eigen regels, wat uiteraard voor wrijvingen zorgt. Dat maakt het samenleven moeilijk en in de ergste gevallen zelfs onmogelijk, met alle extreme gevolgen van dien, zoals we bijvoorbeeld kunnen zien in het Midden-Oosten. Komt daar nog bij dat de meeste religies de neiging hebben om hun regels en normen ook aan anderen op te dringen van zodra ze daarvoor hun kans schoon zien. Denken we bijvoorbeeld aan de inmenging in het debat rond abortus en euthanasie, of de houding tegenover condoomgebruik in Afrika.

Religie, ten slotte, is ook persoonlijk. Iedereen bepaalt zelf hoe zeer hij of zij gelooft en hoe hij of zij dat gelooft beleeft. Dat houdt in dat iedereen die vrijheid moet hebben, maar de ander ook die vrijheid moet gunnen. In een samenleving kan persoonlijke vrijheid immers niet absoluut zijn, of zoals het cliché zegt: jouw vrijheid eindigt waar die van een ander begint. Er moeten dus afspraken gemaakt worden om te zorgen dat die vrijheidsbeleving van en voor elkeen in evenwicht blijft.

De samenleving moet zich dus ‘neutraal’ kunnen opstellen om er zo voor te zorgen dat elk individu en elke gemeenschap van de nodige vrijheid kan genieten, zonder daarbij die van een ander in het gedrang te brengen. Die neutraliteit kan enkel verkregen worden als de samenleving strikt seculier is, met andere woorden als de wetten en regels van de samenleving, voor zover die uiteraard democratisch tot stand komen, boven de wetten en regels van religieuze en andere gemeenschappen in die samenleving staan.

De vraag is dan natuurlijk welke die democratische wetten en regels van de seculiere samenleving zijn. Op dit ogenblik liggen die vervat in internationale verdragen zoals de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens en/of het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens, alsook in nationale grondwetten. Dat zijn seculiere overeenkomsten en bijgevolg altijd voor evolutie vatbaar. Ze kunnen dus, in tegenstelling tot religieuze wetten en voorschriften, altijd in vraag gesteld, beoordeeld en aangepast worden.

Pragmatisch pluralisme

In de praktijk neemt de scheiding van kerk en staat verschillende vormen aan, zoals de ‘laïcité’ in Frankrijk of het actief pluralisme in onze contreien. Wij opteren voor het pragmatisch pluralisme. Daarbij mag iedereen in zijn of haar privésfeer geloven in wat hij of zij wil, zolang de regels voor het algemene belang van de samenleving gerespecteerd worden. Met andere woorden: iedereen geniet maximale vrijheid, binnen het wettelijke kader van de seculiere rechtsstaat. Elk ‘conflict’ wordt dan geval per geval bekeken vanuit dat seculiere kader, zonder alles op een hoopje te gooien en op basis van rationele argumenten.

Laten we dat toepassen op enkele actuele hete hangijzers:

De boerkini. De hele discussie drijft puur op emotie. Een vechtpartij op Corsica, negatieve reacties in Nice volgend op de aanslag daar, protestacties voor ‘de vrijheid van de vrouw om over haar eigen lichaam te beslissen’ enzovoort. Er werd geen enkel zinnig en rationeel argument gegeven voor of tegen het verbod op de boerkini. Intussen hebben juristen zich over de zaak uitgesproken: een verbod op de boerkini is juridisch onhaalbaar.

Aansluitend daarop: de hoofddoek. Daar is intussen al zo veel over gezegd en geschreven, dat je door de bomen het bos niet meer ziet. De ene keer is het een simpel lapje stof, de andere een symbool van onderdrukking. Volgens de ene kiest de vrouw er zelf voor om het te dragen, volgens de andere is het een plicht tegenover God. Maar vanuit een seculier standpunt maakt het eigenlijk weinig uit.

In de privésfeer ligt de keuze bij het individu zelf, in de publieke ruimte gelden bepaalde regels. Een werkgever, bijvoorbeeld, heeft het recht de kledingvoorschriften op zijn werkvloer te bepalen. Hij kan dus bepalen dat alle werknemers het hoofd onbedekt moeten laten, net zoals hij kan bepalen dat iedereen in maatpak en stropdas moet komen werken. Een andere kan dan net weer bepalen dat werknemers op hun hoofd zetten wat ze willen, ook een hoofddoek, zolang de job maar gedaan wordt. In beide gevallen heeft de religieuze waarde van het hoofddeksel geen enkele waarde en betekent het niet dat de werkgever respectievelijk anti of pro islam is.

Onverdoofd slachten, dan. Ook daar wordt het debat voornamelijk emotioneel gevoerd, terwijl het in wezen eigenlijk een juridisch probleem is. De bescherming van dieren bij het slachten of doden wordt geregeld door een Europese verordening. Die is echter niet zo duidelijk én ze maakt bovendien één grote uitzondering voor dieren die volgens een religieuze ritus geslacht worden. Dat betekent dus dat er een bevoordeling is op basis van religie, wat indruist tegen het principe van ‘iedereen gelijk voor de wet’. En dat betekent dat de godsdienstige regels voorrang krijgen op de seculiere, en religie dus boven de wet wordt gezet.

Al deze voorbeelden hebben betrekking op de islam. Het is op dit moment dan ook die religie die de grenzen van de seculiere samenleving aftast. Maar nu en dan laat de rooms-katholieke kerk zich ook niet onbetuigd met hun lobbywerk tegen abortus en euthanasie. Dat is hun goed recht, net zoals het het recht van de seculiere rechtsstaat is om zich daartegen te verdedigen. In dat opzicht verschillen religies niet van andere ‘verenigingen’, zoals de scouts of de Hells Angels. De controle van de seculiere rechtsstaat is dan ook navenant. Zolang er geen problemen zijn, gebeurt er niets, maar van zodra het wettelijke kader verlaten wordt, grijpt de staat in, sturend of sanctionerend.

Na de katholieke kerk, de islam

We hebben in Vlaanderen een hele weg afgelegd om de grote invloed van de katholieke kerk op het dagelijkse leven terug te dringen. We hebben de (rooms-katholieke) godsdienst een plaats gegeven in onze samenleving. Nu moeten we hetzelfde doen met de islam. Dat is zeker mogelijk. Maar dan moeten we ophouden met demoniseren aan de ene kant en pamperen aan de andere. Het heeft geen zin om elke moslim en de gehele islam als een harteloze moordmachine weg te zetten, maar het heeft evenmin zin om weg te kijken bij de uitwassen van die godsdienst en zeker niet bang zijn om kordaat in te grijpen wanneer de seculiere wetten overtreden worden.

Het heeft geen zin om elke daad van een moslim(a) meteen als een aanslag op onze normen en waarden te zien, maar het heeft evenmin zin om elke kritiek op de islam meteen als goor racisme weg te zetten. Het debat moet met een open geest en met rationele argumenten gevoerd worden.

We moeten kerk en staat, geloven en denken, hoofd en hart scheiden.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content